Bijlage 6 Financiële effecten COVID-19

In de programma’s in de jaarstukken komen op veel plekken de inhoudelijke en financiële effecten van COVID-19 naar voren. In de Tussenberichten 2021 en de verschillende raadsmemo’s is de gemeenteraad over COVID-19 geïnformeerd. Omdat de situatie en ontwikkelingen van de financiële gevolgen zich tijdens het jaar steeds (en snel) veranderden, was het tijdens het jaar niet goed mogelijk om een actueel integraal financieel overzicht te presenteren. Een dergelijk overzicht is toegezegd bij de jaarstukken en treft u hierbij – naar de situatie/peildatum van de jaarstukken – aan.

Met nadruk met de toevoeging ’peildatum jaarstukken’. Op het onderdeel inkomsten is nog sprake van ’onderhanden werk’. Over een aantal dossiers is -landelijk- nog overleg met het rijk over zowel de mate van vergoeding als de verdeling daarvan over de gemeenten. In de jaarrekening zijn alle extra lasten met betrekking tot het jaar 2021 verantwoord en de extra baten voor zover die zijn ontvangen. Voor de nog lopende 'vergoedings-vraagstukken' met het rijk is het op grond van formele boekhoudregels (BBV) niet toegestaan om een schatting van de rijkscompensatie in de jaarrekening 2021 op te nemen. Hierdoor ontstaat op totaalniveau een zekere mismatch tussen verantwoorde lasten en baten.

Onderstaande tabel geeft het financieel effect van COVID-19 op de uitkomst van het rekening-resultaat op hoofdlijn weer. De toelichting op de verschillende onderdelen is na de tabel opgenomen. 

Algemeen
In bovenstaand overzicht zijn de kosten opgenomen die worden gedekt ten laste van de algemene middelen: de van het rijk via het gemeentefonds ontvangen vergoeding. Voor zover die compensatie niet toereikend is wordt een beroep gedaan op de algemene middelen van de gemeente.
De kosten die gedekt worden uit specifieke uitkeringen, zoals voor de ToZo en de sport zijn niet in het overzicht opgenomen omdat lasten en baten in de jaarstukken budgettair neutraal zijn. 
De specificatie van de in de tabel genoemde bedragen is aan het slot van deze bijlage opgenomen.

Ad A1    uitvoering bestaand beleid
De uitbraak van COVID-19 heeft als gevolg dat in de uitvoering van bestaand beleid extra kosten en minder inkomsten optraden.  Met een grote verscheidenheid aan onderliggende factoren. Zoals extra kosten voor thuis werken vanwege de lockdown en lagere inkomsten van parkeeropbrengsten en precario. De totale meerkosten/minder inkomsten vanuit uitvoering bestaand beleid worden ingeschat op € 5.486.000.  (Het is niet altijd goed mogelijk om het exacte oorzakelijk verband tussen de hoogte van meerkosten/minderinkomsten en COVID-19 vast te stellen. In de verantwoording van de jaarstukken is dit effect op onderdelen gebaseerd op schattingen. )
  
Ad A2    extra kosten op basis van gemeentelijk afwegingskader
Door het college zijn een aantal bewuste acties ondernomen om de financiële gevolgen van de pandemie voor de Zoetermeerse samenleving te verzachten. Dit met toepassing van het door de raad vastgestelde afwegingskader. De daarvoor in de jaarstukken opgenomen kosten bedragen € 1.250.855. Van het bedrag van € 1,251 mln. heeft € 0,955 mln. betrekking op onderdelen waarvoor van het rijk een aanwijsbare bijdrage in financiële compensatie is ontvangen.
In totaal is in de jaarrekening een bedrag van € 6.737.000 aan meerkosten/minderinkomsten als direct gevolg van COVID-19 verantwoord.

Ad B    vergoeding extra kosten 
Rijksvergoeding
Van het rijk is voor de extra kosten/minder inkomsten een vergoeding ten behoeve van gevolgen Covid-19 ontvangen . Een bedrag van € 7.145.000 is in de jaarrekening op het programma OAD verantwoord. Dit betreft compensatie voor een veelheid van onderwerpen waarover afgelopen jaar tussen rijk en VNG - op macro niveau - afspraken tot compensatie zijn gemaakt. 
In de genoemde totale rijksvergoeding is ook een compensatie opgenomen voor de hogere lasten of gederfde inkomsten, die al in de jaarrekening 2020 waren opgenomen. Voor de kosten afvalverwerking en lagere inkomsten toeristenbelasting en parkeeropbrengsten is van het rijk in 2021 een compensatie ontvangen van € 553.000.

Beroep op gemeentelijk budget/Eneco-middelen
Van de onder A2 verantwoorde meerkosten heeft een bedrag van ruim € 955.000 betrekking op posten waarvoor door het rijk een compensatie beschikbaar is gesteld. Die compensatie maakt deel uit van het onder B opgenomen rijkscompensatie. Voor de posten die optellen tot een bedrag van € 296.000 is geen aanwijsbare compensatie gegeven. Dat bedrag is gedekt uit het (restant van het) door de raad beschikbaar gestelde budget van € 5 mln. op programma OAD; de dekking voor dat budget betreft een aanwending van de bestemmingsreserve Eneco. Van het beschikbare gestelde budget resteert eind 2021 nog een bedrag van € 4.400.000.
Dit niet benutte deel van de bestemmingsreserve Eneco zal in 2022 voor het bestaande doel  nog beschikbaar blijven. De begrotingstechnische verwerking hiervoor wordt betrokken in het bestemmingsvoorstel van de jaarrekening 2021.

Totaal
Het saldo van meerkosten en ontvangen vergoeding/dekking betreft een bedrag van € 704.000 positief.

Ad C    Onderuitputting overige budgetten
Een neveneffect van COVID-19 is dat veel gemeentelijke dienstverlening niet geheel kon worden uitgevoerd. De maatregelen van het kabinet ter bestrijding van de pandemie, zoals de lockdown, en de maatregelen in de vorm van steun aan bedrijfsleven zijn van invloed geweest op het beroep dat inwoners/bedrijven op de reguliere dienstverlening hebben gedaan of konden doen. Soms was minder nodig, soms waren activiteiten niet mogelijk of toegestaan. Voorbeelden zijn in de toelichtingen van de jaarrekening terug te vinden als minder beroep op leenbijstand, minder gebruik Zoetermeerpas, minder evenementen en lagere kosten voor huur van ambtelijke vergaderlocaties. Per saldo is hiermee een bedrag aan incidentele meevallers verbonden van € 2.455.000.

Financiële specificatie
In onderstaande tabellen is de opbouw van de in de hoofdtabel opgenomen bedragen opgenomen. De geel opgelichte eindbedragen verwijzen naar de bedragen in de toelichting.
Hoofdboodschap: De rijksvergoeding dekt alle extra kosten; het beroep op Eneco-middelen is beperkter dan voorzien.