De ambities en samenwerkingsafspraken van de gemeente, de kinderopvang en het onderwijs zijn vastgelegd in de Lokaal Educatieve Agenda 2021-2030. Daarin werken we samen aan de ontwikkeling van: Zoetermeer 2040, gelijke kansen en een passende plek. Per kalenderjaar wordt een uitvoeringsagenda opgesteld met activiteiten (en planning), die bijdragen aan het realiseren van onze gezamenlijke ambities.

We hebben vier belangrijke onderwerpen in onze onderwijsvisie. De speerpunten voor 2024 en volgende jaren volgen hieronder per onderwerp.

1.    Stimuleren dat er een (onderwijs)aanbod op maat is, zodat ieder kind, iedere jongere en volwassene zich zo optimaal mogelijk kan ontwikkelen in kwalitatief goede gebouwen. 

  • Hiervoor wordt de verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs herzien. Deze is vastgesteld in de raadsvergadering van 2 februari 2015. De herziening wordt gedaan op basis van de VNG-modelverordening en in nauwe samenwerking met de schoolbesturen. Hierbij zal ook advies worden ingewonnen bij de Toegankelijkheidsraad. Hierna wordt de aangepaste verordening ter besluitvorming aan de gemeenteraad voorgelegd. 
  • Verder wordt de ruimte voor het IKC De Vijf Pilaren van het schoolbestuur Yunus Emre aangepast. Sinds de start in het schooljaar 2020-2021 is de school aan het groeien. 

2.    Organiseren met partners zoals het Samenwerkingsverband, dat kinderen gedurende hun ontwikkeling goed begeleid worden. Met name tijdens de overgangen naar en in het onderwijs krijgen kwetsbare leerlingen extra steun. Dit vindt plaats door te werken aan de onderstaande punten.

  • Het geld uit het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) is de afgelopen jaren ingezet voor zorg, talentontwikkeling en samenwerking. Het NPO-plan loopt door in 2024. De focus ligt op moeilijk bereikbare jongeren, samenwerking tussen organisaties en schoolveiligheid. 
  • Het beperken van ontwikkelingsachterstanden bij jonge kinderen en het aanbieden van voorschoolse educatie. Dit doen wij onder andere door een kwalitatief goed aanbod aan te (blijven) bieden aan de peuters in de stad. Daarnaast willen wij, samen met de partners in de stad zoals de kinderopvang, het bereik van de doelgroep voor voorschoolse educatie verhogen. De eerste resultaten van de peutermonitor voor het bereik zijn bekend en zullen vanaf nu opgenomen worden in de Rapportage Sociaal Domein. Met deze resultaten kunnen we nog gerichter doelgroepkinderen benaderen zodat zij van het aanbod gebruik gaan maken. Daarnaast gaan wij extra inzetten op het verhogen van de ouderbetrokkenheid en het aanbieden van zomer- en vakantiescholen. In 2023 is er 1 zomerschool in Zoetermeer. Ook gaan we ons richten op het verbeteren van het meten en rapporteren van de behaalde resultaten.
  • Extra ondersteuningsmogelijkheden bieden op de basisscholen waar veel kinderen zitten met onderwijsachterstanden. Dit gebeurt onder andere door het aanbieden van schakelklassen, taalklassen en brede school activiteiten. Verder zal in 2024 onderzocht worden hoe de nieuwkomersvoorziening en de Internationale schakelklassen beter kunnen inspelen op de schommelingen in de instroom van nieuwkomers. Deze voorzieningen zijn onder andere voor de Oekraïense kinderen en jongeren, statushouders en vluchtelingen. 
  • De samenwerking kinderopvang en andere organisaties wordt verder verbeterd. We gaan door met het deskundigheidsprogramma binnen de kinderopvang, zodat meer kinderen binnen de reguliere voorzieningen blijven en er minder beroep wordt gedaan op de jeugdhulp. 
  • Het bevorderen van gezonde kinderopvang in de stad zal verder vorm krijgen door webinars en onderlinge kennisoverdracht. 
  • We maken afspraken met de kinderopvang en de schoolbesturen van het primair- en voortgezet onderwijs over het tegengaan van segregatie, het bevorderen integratie, het bestrijden van onderwijsachterstanden en het afstemmen van inschrijvings- en toelatingsprocedures. Hiermee geven we gehoor aan de aanbevelingen vanuit de Inspectie van het onderwijs op basis van het landelijk onderzoek en het nieuw interbestuurlijk toezichtkader. 

3.    Een goede start, maar ook actief kunnen blijven op de arbeidsmarkt, is belangrijk. Dit doen we door onderwijsinstellingen en ondernemers te ondersteunen om te komen tot een betere aansluiting tussen opleidingen en arbeidsmarkt door in te zetten op: 

  • Het werken aan een doorlopende leerlijn voor het techniekonderwijs van primair-, voortgezet-, middelbaar- en hoger onderwijs. Maar ook naar het bedrijfsleven om leerlingen al op jonge leeftijd de kans te bieden bij bedrijven in de praktijk te leren, ongeacht hun achtergrond. We onderzoeken de wensen en mogelijkheden van het beroepsonderwijs, bedrijfsleven, praktijkopleiders en gemeente om samen een businesscase voor een technieklab op te stellen. Hierbij kijken we ook naar kansen en uitdagingen die de energietransitie met zich meebrengt.
  • Vanuit de samenwerkingsovereenkomst tussen mboRijnland, de Haagse Hogeschool, CIV Welzijn en Zorg en CIV Smart Technology is de uitvoeringsagenda IT/ICT opgesteld. Deze agenda wordt uitgevoerd in de Dutch Innovation Factory (DIF) met cofinanciering vanuit de MRDH. De uitvoeringsagenda omvat de volgende doelen:
    • Vergroten instroom en versterken DIF als verzamelplaats voor de uitvoering van verschillende opleidingen. 
    • Vergroten aanbod ‘leven lang ontwikkelen’ zoals de doorlopende leerlijn vo-mbo-hbo en onderwijs aangeboden in cursusvorm waarbij deelnemers in korte periodes les krijgen over bepaalde onderwerpen in de DIF. 
    • Versterken en gebruiken van de Landingsbaan waar onderwijs, onderzoek en bedrijfsleven samenkomen om gezamenlijk opdrachten en projecten uit te voeren. De MKB-digiwerkplaats zal hierdoor ook nieuwe opdrachten krijgen en studentenprojecten kunnen starten. 
    • Inzetten op hybride onderwijs (onderwijs op school en in de werkomgeving) in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven door onder andere praktijkvragen uit het bedrijfsleven toe te voegen aan het reguliere onderwijsprogramma.
    • Doorgaande leerlijn op alle niveaus die aansluit op certificerend vervolgonderwijs. 
    • Samen met de onderwijspartners bespreken wat voor onderwijs tussen mbo- en hbo-onderwijs in Zoetermeer aangeboden kan worden. Zoals Associate Degree-onderwijs wat tussen mbo- en hbo-niveau in zit. Of onderwijs waarvoor je een bewijs van deelname krijgt. 
    • Aansluiting op regionale innolabs, waar studenten in praktijkruimtes onderzoek kunnen uitvoeren en onderwijs kunnen volgen. Maar ook het ontwikkelen van nieuwe projecten voor innolabs in Zoetermeer. Zoals de (her)ontwikkeling van het Experimenteerhuis tot een wooncontainer waar zorginnovatie door vo, mbo en hbo wordt onderzocht en onderwezen samen met het bedrijfsleven. Een plek waar studenten kennis maken met bestaande zorginnovatie en deze kennis ook weer doorgeven aan bijvoorbeeld medewerkers van de Vierstroom. Of de (her)ontwikkeling van het Gamelab in de Dutch Innovation Factory. Daar kunnen studenten van de hbo Game Development opleiding in de praktijk kennis maken met game gerelateerde opdrachten uit het bedrijfsleven.
  • Voor de kernsector Zorg wordt er met partners zoals mboRijnland, De Haagsche Hogeschool en Zoetermeer 2025 uit bovengenoemde samenwerkingsovereenkomst een uitvoeringsagenda opgesteld. Deze uitvoeringsagenda zal net zoals voor de sector IT/ICT, gedeelde ambities en doelstellingen bevatten. 
  • De samenwerking met het vo-onderwijs wordt verder uitgebreid. Er wordt onder anderen ingezet op het binden van jongeren aan de stad en het aanwezige onderwijs in Zoetermeer. Met het vo-onderwijs wordt er gewerkt aan de opzet van duurzame projecten om scholieren uit de klas te halen en op een speelse wijze kennis te laten maken met de huidige arbeidsmarkt. Zo zijn ‘challenges’ (projecten/opdrachten) vanuit het bedrijfsleven steeds belangrijker voor het vo-onderwijs. 

4.    Iedere volwassen inwoner kan maximaal (naar vermogen) meedoen en beschikt over voldoende basisvaardigheden. Daar zetten we ons met partners (zoals bibliotheek/Digi-Taalhuis) voor in. Om zelfstandig en actief te kunnen deelnemen in onze samenleving is het nodig om te beschikken over een goede beheersing van de Nederlandse taal, een basis in rekenvaardigheid en digitale vaardigheden. Het vergroten van deze vaardigheden vindt plaats door aan de slag te gaan met de nieuwe lokale aanpak laaggeletterdheid, waarbij focus ligt op:

  • Het betrekken van het maatschappelijk middenveld en werkgevers om meer aandacht te vragen voor laaggeletterdheid en het bereiken van meer laaggeletterden.
  • Het ontwikkelen van een integrale verbinding binnen het Sociaal Domein, zodat binnen de gemeente oog is voor het signaleren van laaggeletterdheid, het ontbreken van rekenvaardigheden en digitale basisvaardigheden en men ook weet wat er voor mogelijkheden zijn om deze te verbeteren.
  • Te zorgen voor een passend en dekkend educatieaanbod in de stad.

Daarnaast blijven we regionaal uitvoering geven aan de gezamenlijk opgestelde doelen om laaggeletterdheid in de regio Zuid-Holland Centraal te beperken.