Samenvattend resultaat

2023: Samen doen wat nodig is

Terug naar navigatie - 2023: Samen doen wat nodig is


2023: doorpakken in roerige tijden

Zoetermeer heeft in 2023 mooie resultaten geboekt. Met als uitgangspunt ‘Samen doen wat nodig is’ en de visie Zoetermeer 2040 in de hand, is er hard gewerkt aan de stad. Dit ging niet zonder slag of stoot. Zo was er een gespannen arbeidsmarkt. Dat heeft energie gevergd om de capaciteit op peil te houden. Het duurder worden van bouwmaterialen werkte niet bevorderlijk voor bijvoorbeeld het bouwen van woningen. 2023 was daarmee een jaar waarin veel externe factoren sporen op onze gemeente hebben nagelaten. De tijdsgeest en ontwikkelingen vertalen zich ook in de uitslag van de parlementsverkiezingen. Een politieke koerswijzing is niet uit te sluiten. Een koerswijziging heeft ongetwijfeld effect op ons lokale beleid en financiële positie. Internationaal is er veel onrust door het conflict in Gaza. Nog steeds is er onrust door de oorlog in Oekraïne. Dat geeft druk op de opvang van vluchtelingen maar heeft ook stijgende benzine- en energieprijzen tot gevolg. 
In deze jaarrekening vindt u een gedetailleerd overzicht van onze financiële prestaties en onze resultaten. Hieraan voorafgaand worden enkele belangrijke mijlpalen en het financieel perspectief verder toegelicht. 

Stadsfestival 2040
Op 16 september vond het Stadsfestival Zoetermeer 2040 plaats, waar een kleine 600 mensen van verschillende Zoetermeerse organisaties bezoekers toonden op welke manieren er in de samenleving wordt gebouwd aan het Zoetermeer van 2040. Verspreid over de stad vonden de hele dag meer dan 75 activiteiten plaats. Van inhoudelijke activiteiten als een projectenmarkt, duurzaamheidsmarkt, vrijwilligersmarkt tot activiteiten in buurt- en wijktuinen, de Liefste Straatverkiezing, sport, spel, ambacht en dans. Dit unieke festival wist inwoners op een creatieve manier te betrekken bij de visie die als leidraad dient voor ons beleid, de visie Zoetermeer 2040. 

Verbeteren huishoudboekje van inwoners
De bestaanszekerheid van inwoners staat onder druk. De gemeente heeft hierop niet veel invloed, maar wel een paar knoppen om aan te draaien. In 2023 heeft de gemeente hiertoe enkele stappen gezet. Twee van deze maatregelen zijn het verruimen van de kwijtscheldingsnormen bij de gemeentelijke belastingen en het verhogen van de giftendrempel. Zo worden de zwaarste lasten voor inwoners beter verdeeld.

Successen in lastige situaties
We kregen lastige situaties te verwerken die onze aandacht vroegen. Zo was daar de Nelson Mandelabrug, waar we actie op hebben moeten ondernemen. In januari 2023 is, na een intensief traject, de tijdelijke brug in gebruik genomen waardoor voetgangers en fietsers weer veilig gebruik konden maken van de verbinding. Daarnaast is er gewerkt aan extra ondersteuning van het brugdeel over de Zuidweg en het deel boven het treinspoor. Ook het NS-station Zoetermeer en de RandstadRail-halte Driemanspolder zijn begin dit jaar weer in gebruik genomen. Dan zijn er nog de ontwikkelingen rond het HagaZiekenhuis die een onzekere toekomst voorspellen voor het behoud van de geboortezorg in Zoetermeer. Om de maatschappelijke gevolgen van een mogelijke sluiting van geboortezorg in kaart te brengen heeft het college aan GGD Haaglanden een onderzoeksopdracht verstrekt om dit in kaart te brengen. De inzet blijft om duidelijk te maken dat Zoetermeer als derde stad van Zuid-Holland een compleet zorgaanbod in het ziekenhuis nodig heeft. Dit vergt ook veel energie en inzet van de gemeente.

Financiële gevolgen en blik vooruit
Verder treft u in deze jaarrekening het exploitatieoverzicht per programma. Over 2023 was het saldo van de gemeentelijke begroting ca. € 10 mln. positief.  Dat is ca. € 20 mln. minder dan in 2022, wat strookt met de doelstelling om praktijkgerichter te begroten. De begroting van Zoetermeer is daarmee nog steeds sluitend, ondanks de tegenvaller op het jeugdhulpbudget.
Onze verwachting is dat het sluitend houden van de begroting ook komende jaren nog zonder grote mutaties kan worden bewerkstelligd. Echter dient er nogmaals gezegd te worden dat er, net zoals de laatste jaren, met de handen op de rug begroot moet worden. Het financiële ravijn van 2026 weerhoudt ons ervan om een meerjarenbegroting op te stellen zonder lastige beperkingen. Wanneer het voornemen van de Rijksoverheid om het Gemeentefonds anders in te richten niet verandert zal dit al in 2024 tot lastige keuzes leiden. 

Lastige keuzes
Ondanks de tegenslagen, heeft Zoetermeer alsnog veel weten te bereiken. Met die mentaliteit moeten ook in 2024 lastige keuzes worden gemaakt. Het garanderen van een sluiteinde meerjarenbegroting betekent offers brengen. Steeds met het continue streven om Zoetermeer nog mooier en aantrekkelijker te maken. 

Leeswijzer

Terug naar navigatie - Leeswijzer


Het college legt elk jaar tijdens het Resultatendebat verantwoording af aan de raad over het gevoerde beleid. Dit gebeurt op basis van de jaarstukken. De jaarstukken bestaan uit twee onderdelen, het jaarverslag en de jaarrekening. Een groot deel van de opgenomen informatie is verplicht voorgeschreven vanuit wetgeving. De Gemeentewet schrijft voor dat elke gemeente jaarlijks begrotings- en verantwoordingsstukken moet opstellen. Het Besluit begroting en verantwoording (BBV) bevat de regelgeving daarvoor.

Het jaarverslag
Het jaarverslag begint met de programmaverantwoording. Hierin legt het college verantwoording af over de beleidsmatige resultaten in 2023. Voor de programmaverantwoording is het bij de Programmabegroting 2023-2026 vastgestelde beleid het uitgangspunt. De gemeente Zoetermeer heeft zeven programma’s. In deze programma’s wordt ingegaan of de beoogde maatschappelijke effecten en doelstellingen zijn bereikt in 2023. Vanuit het BBV worden daarnaast overzichten voorgeschreven: het overzicht van de kosten van de overhead, het overzicht algemene dekkingsmiddelen en Vennootschapsbelasting (VPB). Ook de paragrafen, zoals opgenomen in deze Jaarstukken, zijn verplicht.

De jaarrekening
De jaarrekening bestaat uit het overzicht van baten en lasten en de toelichting daarop, de rechtmatigheidsverantwoording, de balans en de toelichting daarop, de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling, de bijzondere gebeurtenissen na balansdatum en een aantal bijlagen. 
Over onderwerpen, waarbij gedurende het jaar is gebleken dat er een afwijking op de begroting is ontstaan, is de raad geïnformeerd via de Tussenberichten. Deze afwijkingen zijn verwerkt als ‘begrotingswijziging’.
Tevens is de raad in december geïnformeerd over grote of bijzondere afwijkingen na het Tweede Tussenbericht in de   memo ‘Financiële afwijkingen na het Tweede Tussenbericht 2023’ .

De accountantscontrole is met name gericht op het jaarrekeninggedeelte. De accountant controleert of de administratie van de gemeente aansluit bij de jaarrekening en of aan alle regelgeving over verslaggeving en rechtmatigheid is voldaan.

Als gevolg van rechtstreekse onttrekking van informatie uit het financiële systeem van de gemeente kunnen kleine afrondingsverschillen in de tabellen voorkomen.

Exploitatieresultaat

Terug naar navigatie - Exploitatieresultaat
Bedragen x €1.000
Exploitatie Primitieve begroting Begroting na wijziging jaarrekening saldo begroting na wijziging en jaarrekening
Lasten -441.718 -497.572 -483.644 13.928
Baten 433.478 487.709 479.867 -7.842
Gerealiseerd saldo van baten en lasten -8.240 -9.863 -3.777 6.086
Toevoegingen -10.521 -49.485 -98.491 -49.006
Onttrekkingen 17.938 63.694 112.669 48.975
Mutaties reserves 7.418 14.209 14.178 -31

Toelichting exploitatieresultaat

Terug naar navigatie - Toelichting exploitatieresultaat


In bovenstaande tabel komt het rekeningresultaat (het verschil tussen werkelijke baten en lasten) naar voren van € 10,2 mln. positief. In de gewijzigde begroting 2023 was een begroot positief saldo (na wijziging) van € 4,4 mln. opgenomen. Het verschil tussen de verwachting en het in de jaarstukken gemelde resultaat bedraagt € 5,9 mln. positief.  

De raad is in december in het memo 'Financiële afwijkingen na het Tweede Tussenbericht 2023'  geïnformeerd over € 2,0 mln. aanvullende grote of bijzondere afwijkingen  na het Tweede Tussenbericht. Per saldo geeft de jaarrekening - ten opzichte van de eerdere verwachting - een financieel beter uitkomst van € 3,9 mln. De hoofdlijn van deze verbetering is toegelicht in het eerste hoofdstuk van de jaarstukken. En in meer detail in het onderdeel jaarrekening.  
In de Perspectiefnota wordt voorgesteld om totaal € 6,2 mln. te bestemmen richting 2024 en verder.

In onderstaande tabel duiden we op hoofdlijn het resultaat ten opzichte van de verwachting in 2023. Geplande activiteiten die niet uitgevoerd konden worden beïnvloeden het resultaat. In de duiding van het resultaat wordt vooruitgeblikt op het bestemmingsvoorstel.

Terug naar navigatie - Verschil tussen realisatie en begroting
Bedragen x €1.000
Programma's saldo begroting na wijziging en jaarrekening
1. Onderwijs, economie en Arbeidsparticipatie 30
2. Samen leven en ondersteunen -1.522
3. Leefbaarheid, duurzaam en groen -33
4. Vrije tijd 104
5. Veiligheid -163
6. Dienstverlening en participatie -387
7. Inrichting van de stad 241
Overzicht overhead 49
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien 7.545
Heffingsbedrag Vennootschapsbelasting 191

Samenvatting verschillenverklaringen op hoofdlijnen per programma

Terug naar navigatie - Samenvatting verschillenverklaringen op hoofdlijnen per programma

In de jaarrekening worden de verschillen in de “toelichting op het overzicht baten en lasten” groter dan € 100.000 verklaard. Onderstaande betreft per programma een samenvatting op hoofdlijnen (verschillen > € 0,5 mln.). De optelling tot het totaal per programma van het verschil tussen de gewijzigde begroting en rekening die in onderstaande samenvatting niet wordt verklaard, bestaat uit een optelling van kleinere posten.

Programma 1 Onderwijs, economie en arbeidsparticipatie: € 16.000 nadeel
De gemeente Zoetermeer ontvangt en beheert als centrumgemeente van de arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal de middelen voor de regio. De besteding van deze middelen wordt bepaald in overleg met de regionale partners en vastgelegd in het jaarlijks op te stellen Uitvoeringsplan ZHC. In het Tweede Tussenbericht is melding gedaan van een verwachte onderbesteding van de beschikbare middelen. Ten opzichte van dat bericht stellen wij het beeld voor 2023 als volgt bij:

De kosten van de afgesproken activiteiten vallen op 2 posten lager uit dan ingeschat:

  • Regiogelden (€ 0,1 mln. voordeel): deze middelen ontvangt de regio met als doel om de regionale samenwerking te verstevigen. 
  • Perspectief op werk/Dichterbij dan je denkt (€ 0,5 mln. voordeel): In 2022 zijn incidentele middelen beschikbaar gesteld door het Rijk om in te zetten voor de krapte op de arbeidsmarkt. Besloten is om deze middelen in te zetten voor uitbreiding van dienstverlening van matchmakers, het Leerwerkloket en  praktijkleren. 

Omdat deze middelen van de regio zijn (en daarmee dus niet vrij besteedbaar) wordt met deze jaarrekening een voorstel gedaan tot een voorlopige bestemming van het resultaat. In het Tweede Tussenbericht is al een afwijking gemeld van 2,4 mln. voordelig. Dit brengt het totale over te hevelen bedrag van 2023 naar 2024 op € 3,0 mln. In de Perspectiefnota 2025 zal een voorstel worden gedaan voor een definitieve resultaatbestemming om het bedrag van € 3,0 mln. volledig over te hevelen naar 2024.

In 2023 heeft De Binnenbaan een verzoek ingediend om een eenmalige (indexerings-)compensatie van € 0,5 mln. vanwege uitzonderlijke kostenstijgingen in 2022 en 2023. Dit heeft geleid tot extra uitgaven. Deze kostenstijgingen werden veroorzaakt door de volgende factoren:

  • De hoge inflatie die volgde na de coronacrisis en de oorlog in Oekraïne
  • De stijging van het minimumloon per 1 januari 2023
  • De nieuwe CAO SGO per 1 januari 2023
  • Oplopende kosten van semipermanente inhuurkrachten voor het kaderpersoneel van de Binnenbaan

Er zijn verder geen activiteiten die per saldo een voor- of nadeel geven van meer dan € 0,5 mln.

Programma 2 Samen leven en ondersteunen: € 1,6 mln. nadeel
In de Perspectiefnota 2024 is incidenteel een budget van € 0,3 mln. beschikbaar gesteld voor de projecten Jeugd, ter dekking van personele lasten. Vanwege capaciteitsproblemen en andere dekkingsbronnen is dit budget niet gebruikt.
Daarnaast is op de projecten Toekomstbestendig jeugdhulp € 0,2 mln. minder uitgegeven dan vooraf verwacht, omdat de kosten voor het grootste deel ten laste zijn gebracht van de specifieke uitkering Integraal Zorgakkoord. Activiteiten zijn in 2023 opgestart en zullen in 2024 verder invulling krijgen.  Het totaal zal door middel van budgetoverheveling in 2024 beschikbaar worden gesteld.

Gedurende 2023 bleek dat het beschikbare budget voor specialistische jeugdhulp niet voldoende was om de stijgende vraag te kunnen opvangen. In het Tweede Tussenbericht 2023 is een nadeel gemeld van € 9,0 mln. In de raadsmemo's Nieuwe prognose kosten specialistische jeugdhulp 2023  en de Financiële afwijkingen na het Tweede Tussenbericht 2023  is een aanvullend nadeel met een bandbreedte van € 2,0 tot € 3,7 mln. gemeld. De overschrijding van de Specialistische Jeugdhulp is € 2,8 mln..
Het nadeel wordt verklaard door de volgende oorzaken:

  • Voortzettende stijging van het aantal jeugdigen met jeugdhulp. Dit doet zich met name voor binnen  de jeugd-GGZ. Ook binnen de ambulante jeugdhulp was een lichte stijging te zien van het aantal jeugdigen.
  • In het  raadsmemo over de monitor kosten jeugdhulp (afdoening toezegging 632) is weergegeven hoe de kosten en het gebruik zich verdelen over de verschillende jeugdhulpcategorieën. Daarin is zichtbaar dat de grootste kostenstijging zich voordoet bij ambulante jeugdhulp, jeugdhulp met verblijf en  jeugd-GGZ.
  • Door de toename van het aantal jeugdigen die zeer specialistische landelijk ingekochte jeugdhulp ontvangt, stijgen ook de kosten voor deze vormen van jeugdhulp.
  • Daarnaast neemt de zorgzwaarte toe; jeugdigen krijgen meer en of langer zorg. Dit leidt tot een hogere gemiddelde kostprijs per jeugdige.
  • Er zijn meer kosten gemaakt voor maatwerk en PGB's;
  • Indexatie van de tarieven. 

Op de noodopvang van de ontheemde Oekraïners is een (aanvullend) voordeel behaald van € 1,2 mln. Het totale voordeel bedraagt hiermee € 6,1 mln. In het memo Financiële afwijkingen na Tweede Tussenbericht 2023 was een (aanvullend) voordeel gemeld van € 0,8 mln. De lagere kosten zijn ontstaan door de zelfredzaamheid van de Oekraïners, lagere organisatiekosten en lagere kosten levensonderhoud. Het Rijk heeft geanticipeerd op deze ontwikkelingen en heeft de normvergoeding 2024 voor de opvang en het levensonderhoud naar beneden bijgesteld. Daarnaast wordt door het Rijk nagedacht over een beëindiging van de specifieke regeling en het onderbrengen van opvang van ontheemden en asielzoekers in één regeling. 

Het bureau HHM heeft, in gezamenlijke opdracht van inZet en gemeente,  in 2023 onderzoek gedaan naar een passend budget voor inZet en daartoe ook een rekenmodel ontwikkeld. Eind 2023 hebben de gemeente en inZet onder begeleiding van HHM invulling gegeven aan het rekenmodel. Dat heeft geleid tot een aanpassing van het budget voor 2023, zoals gemeld in het raadsmemo Financiële afwijkingen na  het Tweede Tussenbericht 2023. Op basis van onderzoek en rekenmodel zal het voorstel worden gedaan het budget ook voor 2024 en verder aan te passen. Dit voorstel zal worden betrokken bij Perspectiefnota 2025 / Eerste Tussenbericht 2024.

Er zijn verder geen activiteiten die per saldo een voor- of nadeel geven van meer dan € 0,5 mln.

Programma 3 Leefbaarheid, duurzaam en groen: € 33.000 nadeel
We hebben een nadeel van  € 1,1 mln. op de lasten van riolering. Hiervan heeft € 0,3 mln. betrekking op prijsstijgingen welke worden gedekt uit de stelpost prijsstijgingen in het overzicht algemene dekkingsmiddelen. Het resterende bedrag van € 0,8 mln. heeft betrekking op onvoorziene spoedreparaties naar aanleiding van inspecties en onvoorziene kosten bij projecten.

Er zijn verder geen activiteiten die per saldo een voor- of nadeel geven van meer dan € 0,5 mln.

Programma 4 Vrije tijd: € 0,1  mln. voordeel
Er zijn geen activiteiten die per saldo een voor- of nadeel geven van meer dan € 0,5 mln.

Programma 5 Veiligheid: € 0,2 mln. nadeel
Bij het coalitieakkoord zijn er tijdelijke middelen beschikbaar gesteld vanuit de Reserve fonds Zoetermeer 2040. 
Er is op basis van het coalitieakkoord ingezet op intensivering van de gemeentelijk handhavingscapaciteit. De uitbreiding van team handhaving is nog niet op orde, doordat náást de uitbreiding, we ook te maken hebben gehad met natuurlijk verloop, waardoor de formatie nog niet op volle sterkte is. Daarom is de bijdrage vanuit de Reserve fonds Zoetermeer 2040 in 2023 niet nodig geweest. 

Er zijn geen activiteiten die per saldo een voor- of nadeel geven van meer dan € 0,5 mln.

Programma 6 Dienstverlening: € 0,4 mln. nadeel
Voor het afhandelen van WABO-vergunningen worden leges ontvangen. Bij het memo 'financiële afwijkingen na tweede Tussenbericht 2023' is gemeld dat ten opzichte van het tweede Tussenbericht een nadeel verwacht werd van € 0,9 mln. in 2023. Dit is nagenoeg zo uitgekomen. De belangrijkste reden is dat er minder grote aanvragen zijn ingediend. De oorzaak is een combinatie van hogere bouwkosten en de hoge rentes. 

Het was een uitdaging om goed personeel te vinden voor vergunningverlening waardoor inhuur noodzakelijk was. Daarnaast is ook ingehuurd voor langdurig ziekteverzuim. Hierdoor is er een nadeel ontstaan van € 0,8 mln.

Op grond van de Wet Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa) is een voorziening is getroffen voor de pensioenverplichtingen aan wethouders.  Door het stijgen van de rente in 2023 is een voordeel op de baten van € 0,7 mln.  Dit bedrag valt vrij uit de voorziening vanwege de rentestijging. Daarnaast is er een voordeel op de uitgaven van € 0,1 mln., door de rentestijging is de in 2023 geraamde toevoeging aan de voorziening niet nodig geweest.

Er zijn verder geen activiteiten die per saldo een voor- of nadeel geven van meer dan € 0,5 mln.

Programma 7 Inrichten van de stad: € 0,3  mln. voordeel
Er zijn geen activiteiten die per saldo een voor- of nadeel geven van meer dan € 0,5 mln.

Overzicht Overhead: € 49.000 voordeel
Bij uitbreiding van formatie hebben we rekening gehouden met een stijging van de overheadkosten. De werkelijke stijging is lager dan verwacht. Hierdoor bedraagt de afwijking € 0,5 mln. voordelig.

 Er zijn verder geen activiteiten die per saldo een voor- of nadeel geven van meer dan € 0,5 mln.

Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien: € 7,5 mln. voordeel
In de tweede helft van het jaar hebben we actief leegstandsonderzoek uitgevoerd. Dat heeft geleid tot extra OZB-aanslagen waarmee de opbrengst OZB € 0,6 mln. hoger is uitgekomen. De opbrengsten hondenbelasting, toeristenbelasting en precario zijn per saldo € 0,1 mln. lager dan begroot. 

De inkomsten uit de algemene uitkering uit het gemeentefonds zijn € 4,5 mln. hoger dan begroot. Dit komt door:

  • de effecten van de septembercirculaire (€ 2 mln.);
  • herverdeeleffecten € 1,5 mln.;
  • extra taken € 1 mln. uit de decembercirculaire.

Het vrijvallen van de reservering voor loon- en prijsstijging van € 2,3 mln. is al gemeld bij het memo financiële afwijkingen na TB2. Hier tegenover staan tegenvallers op onder andere programma 1 voor de hogere kosten van de Binnenbaan en op programma 3 voor de hogere kosten voor de riolering.

Voor de eerder gereserveerde taken die de gemeente van het rijk heeft gekregen is  € 0,8 mln. niet uitgegeven. Voor ruim € 0,5 mln. betreft het hier de middelen die we hebben gekregen voor de verbetering van de dienstverlening naar aanleiding van de toeslagenaffaire. Hiervan is bij de Perspectiefnota om de middelen te besteden aan andere zaken door het vrij te laten vallen in het begrotingssaldo. Dit is gedaan voor de jaren 2024-2027. Het bedrag van 2023 valt nu vrij in het jaarrekeningsaldo.  Voor € 0,1 mln. gaat het om middelen voor het klimaatakkoord en voor € 0,2 mln. voor de aanpak van laaggeletterdheid.
Aan de inkomstenkant is een nadeel grotendeels ontstaan doordat de extra middelen voor de noodopvang van asielzoekers nog niet is ontvangen. Hier was in de begroting wel rekening mee gehouden. De verwachting is dat dit in 2024 gecorrigeerd gaat worden.

Er zijn verder geen activiteiten die per saldo een voor- of nadeel geven van meer dan € 0,5 mln.

Heffingsbedrag vennootschapsbelasting: € 0,2 mln. voordeel
Er zijn  geen activiteiten die per saldo een voor- of nadeel geven van meer dan € 0,5 mln.

Overzicht lasten per programma, baten per kostensoort

Terug naar navigatie - Overzicht lasten per programma, baten per kostensoort


Uit de volgende grafiek ‘lasten per programma’ wordt duidelijk hoe de programma’s zich in omvang tot elkaar verhouden. De gemeente geeft het meeste budget uit in de programma’s 1 en 2, aan bijstandsuitkeringen en jeugdzorg. Veruit de meeste inkomsten van de gemeente komen terecht in ‘Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (OAD)’. Voor deze grafiek ‘baten per kostensoort’ is daarom gekozen voor een andere weergave. Kostensoorten (of opbrengstsoorten) zijn een andere manier van indelen van de begroting dan naar programma. De inkomsten van de gemeente komen vanuit het Rijk, via het gemeentefonds en via andere uitkeringen vanuit het Rijk naar de gemeente. Vanuit belastingen en heffingen haalt de gemeente 11% van de inkomsten op.