Paragraaf 7 Verbonden partijen

Inleiding

Terug naar navigatie - Paragraaf 7 Verbonden partijen - Inleiding

Een verbonden partij (ook wel samenwerkingsverband) is een instelling buiten de eigen organisatie, waarin de gemeente Zoetermeer een bestuurlijk en/of een financieel belang heeft. Het is één van de vormen voor de gemeente Zoetermeer om haar taken uit te (laten) voeren: eigen activiteiten, een commerciële partij of door een verbonden partij. Verbonden partijen leveren soms bestuurlijk complexe verhoudingen op, omdat de gemeente bestuurder èn klant is. Bovendien doen meestal meerdere partijen mee aan de verbonden partij. De gemeente is dan niet de enige bestuurder en niet de enige klant. Zij moet haar bestuurlijke doelen en wensen afstemmen met die van de andere deelnemers. Dit soort samenwerkingsverbanden levert een grote bijdrage aan het realiseren van maatschappelijke doelen, maar levert door zijn aard ook bestuurlijke en financiële risico’s op.
Deze paragraaf vermeldt belangrijke ontwikkelingen van diverse verbonden partijen. In bijlage 10 Verbonden partijen is conform het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) meer gedetailleerde informatie (over doel, beleid, risico’s, belangen en dergelijke) per verbonden partij opgenomen.

Nota verbonden partijen

Terug naar navigatie - Paragraaf 7 Verbonden partijen - Nota verbonden partijen

Korte inhoud Kadernota en checklist Verbonden partijen
In de Kadernota Verbonden partijen zijn beleidsrichtlijnen opgenomen waaraan een (beoogde) deelname aan (nieuwe) samenwerkingsverbanden moet worden getoetst. Ook is een checklist beschikbaar die kan worden gebruikt bij afwegingen over het aangaan, inrichten of herzien van een samenwerkingsverband. De checklist is niet limitatief, maar geeft de belangrijkste onderwerpen aan waarover moet worden nagedacht om op de grootste risico’s bij samenwerking een passend antwoord te hebben.

Definitie Samenwerkingsverband
Een samenwerkingsverband bestaat tussen de gemeente en één of meer andere publieke en/of private partijen en heeft een eigen juridische entiteit, waarin activiteiten in organisatorisch verband worden uitgevoerd en de gemeente een bestuurlijk, financieel, integriteits of ander risico loopt. Deze definitie sluit samenwerkingsverbanden zonder juridische entiteit, zoals subsidieverstrekkingen en garantstellingen, uit. Die vallen buiten de reikwijdte van de Kadernota Verbonden Partijen.

De nota bevat beleidsrichtlijnen die betrekking hebben op vier terreinen:

  • Afwegingskader:
    Is sprake van toegevoegde waarde en is sprake van het meest geëigende middel?
  • Publiekrechtelijke of privaatrechtelijke samenwerking:
    Afhankelijk van de aard van de activiteiten (in ieder geval publiek belang) en het doel van de samenwerking.
  • Rolverdeling:
    Wie zijn de gemeentelijke vertegenwoordigers, hoe vervullen zij hun rol als bestuurslid en hoe gaan zij om bij conflicterende belangen tussen het samenwerkingsverband en de gemeente?
  • Good-governance:
    Regie op de samenwerking borgen de aspecten: sturen, beheersen, verantwoorden en toezicht houden.

Belangrijke ontwikkelingen verbonden partijen

Terug naar navigatie - Paragraaf 7 Verbonden partijen - Belangrijke ontwikkelingen verbonden partijen

Financiën van gemeente en verbonden partijen onder druk
Oplopende kosten van onder andere het sociaal domein en onzekerheid over de rijksmiddelen zetten de gemeentefinanciën steeds verder onder druk. Vrijwel alle gemeenten en sommige verbonden partijen hebben de afgelopen jaren één of andere vorm van bezuinigingsoperatie uitgevoerd of zijn er mee bezig. Ook voor de komende jaren heerst onzekerheid en dreigen tekorten. En dat vraagt naar verwachting acties om te komen tot sluitende begrotingen. Voor gemeenschappelijke regelingen in de regio Haaglanden geldt, dat zij jaarlijks voorafgaand aan een nieuwe begrotingscyclus een kaderbrief ontvangen, waarin de (financiële) uitgangspunten zijn opgenomen, waarmee rekening moet worden houden. In de kaderbrief is aandacht gevraagd voor de financiële ontwikkelingen en ook verzocht om inzichtelijk te maken hoe te komen tot een zo efficiënt mogelijke bedrijfsvoering. Gemeenschappelijke regelingen en de Binnenbaan BV is gevraagd om 6,2% bezuinigingen in de begroting 2026 te verwerken.  

Stedin
Voor de energietransitie en beheer en onderhoud heeft Stedin berekend dat de komende jaren € 8 miljard moet worden geïnvesteerd. Omdat de doelstellingen voor de energietransitie de laatste jaren steeds ambitieuzer worden, de snelheid van de energietransitie toeneemt en het verzorgingsgebied (aantal klanten) snel groeit dan gedacht, wordt verwacht dat de investeringen verder oplopen. De omstandigheden om deze investeringen mogelijk te maken zijn uitdagend. Ontwikkelingen die het uitvoeren van deze ontwikkelingen moeilijk maken zijn onder andere: personeelstekorten, ruimtevraag investeringen, de steeds grotere complexheid van het verkrijgen van vergunningen, de versnelling van de energietransitie, de groei van het verzorgingsgebied, verkrijgen materiaal, stikstofproblematiek.
Dit leidt tot problemen met de levering van energie waardoor er steeds meer congestiegebieden (locaties waar het energienetwerk al maximaal wordt benut en nieuwe klanten niet meer aangesloten kunnen worden totdat de capaciteit van het netwerk vergroot is) in het verzorgingsgebied van Stedin ontstaan. Stedin heeft in Zoetermeer nog geen congestiegebieden. Toch is Zoetermeer een congestiegebied. Dit komt omdat op 5 december 2024 Tennet (de beheerder van het landelijke hoogspanningsnet in Nederland) de gehele provincie Zuid-Holland als congestiegebied heeft aangewezen. Dit heeft vooral gevolgen voor grootgebruikers, waaronder ook vaak wijkvoorzieningen vallen.  Zie ook programma's 1 en 4. In de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing zijn risico's netcongestie opgenomen.  

Het tarief voor een gemiddeld twee-persoonshuishouding is in 2025 gestegen van € 650 naar € 733. De stijging komt hoofdzakelijk door de gestegen kosten voor de uitbreiding van het elektriciteitsnet. De netbeheerders maken zich zorgen over de stijging van de netkosten. Ze kunnen onbedoeld leiden tot energie-armoede bij huishoudens of Europese concurrentievervalsing voor bedrijven. Daarom pleiten netbeheerders voor een herijking van de manier waarop die kosten worden doorberekend. Oplossingen hiervoor zijn bijvoorbeeld door de capaciteit van het net – met prijsprikkels – veel beter te benutten. Hiermee kun je investeringen, en dus extra kosten, voorkomen. Consumenten kunnen zelf ook helpen door bijvoorbeeld warmtepompen of laadpalen in de avondpiek (tussen 16.00 en 21.00 uur) zo min mogelijk te gebruiken.

Dunea
Een grote uitdaging voor Dunea is het verhogen van de productie. Het aantal klanten (voornamelijk huishoudens) van Dunea groeit meer en sneller dan tot nu toe verwacht. Ook is de verwachting dat het watergebruik per persoon de komende jaren stijgt. Bijkomend probleem is dat een aantal systemen toe is aan groot onderhoud en dat dat tijdelijk ten koste gaat van de productie. Dit betekent naast het verhogen van de capaciteit ook dat geplande projecten en daarmee de investeringen naar voren moeten worden gehaald.
Dunea wil daarom de capaciteit van het duinwater snel uitbreiden en voor de nabije toekomst wil Dunea ook extra capaciteit realiseren uit nieuwe bronnen (naast de duinen als bron). Hierbij komt kijken dat het steeds tijdrovender wordt om alle benodigde procedures (met name rond natuurvergunningen) te volgen voordat nieuwe investeringen en groot onderhoud kunnen worden uitgevoerd.
Het beleid van Dunea is een reserve overcapaciteit water van 10% met een minimum van 5%. De reserve overcapaciteit is echter lager dan 5% en dreigt op kortere termijn richting 0% te gaan.  Er moeten zich dan geen extreme situaties voordoen waardoor de gevraagde capaciteit niet gerealiseerd kan worden. Wanneer dit onverhoopt toch plaatsvindt, dan treedt het (landelijk vastgelegde) noodplan inwerking van het afsluiten van vooraf vastgelegde activiteiten/bedrijven. Huishoudens blijven daarbij voorzien van drinkwater, maar in het uiterste geval zal de waterdruk verlaagd kunnen worden.
Ook vraagt de kwaliteit van drinkwater als gevolg van toename in regelgeving op gebied van PFAS, de vervuiling van rivierwater en het onderhoud van het duingebied meer investeringen en beheer.
Al deze ontwikkelingen leiden tot hogere investeringen en exploitatiekosten en hebben ook gevolg voor de tarieven van het drinkwater. Met name de kosten voor energie en arbeidskosten stijgen hard. Het tarief voor een gemiddeld twee-persoonshuishouding is desondanks in 2024 marginaal gestegen van € 194 naar € 195. Wel wordt verwacht dat in 2026 de tarieven stijgen.

Gemeenschappelijke regeling Servicebureau Jeugdhulp Haaglanden
Het Servicebureau Jeugdhulp Haaglanden voert voor de gemeenten in de regio Haaglanden een aantal taken uit in het kader van de Jeugdwet. Dit betreft onder andere de ondersteuning bij regionaal te contracteren jeugdhulp, het contractmanagement en het afwikkelen van het declaratie- en betalingsverkeer. De ambitie van het Servicebureau Jeugdhulp Haaglanden is om de dienstverlening verder te professionaliseren. De focus ligt daarbij op doorontwikkeling van de automatisering, ontzorgen, professionalisering van de informatievoorziening en het stroomlijnen van de administratieve keten tussen jeugdhulpaanbieders, gemeenten en Servicebureau Jeugdhulp Haaglanden. Het Servicebureau Jeugdhulp Haaglanden richt zich daarnaast op het realiseren van kostenreductie in de uitvoering van jeugdhulp. In 2026 ondersteunt het Servicebureau Jeugdhulp Haaglanden de gemeenten bij het inkoopproces voor de regionaal ingekochte jeugdhulp vanaf 2027. 

Gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH)
Binnen de gemeenschappelijke regeling MRDH werken 21 gemeenten samen aan het verbeteren van de bereikbaarheid en het vernieuwen van de economie. De MRDH heeft de formele taak als vervoersautoriteit. Dat houdt in dat de rijksmiddelen voor openbaar vervoer via de Brede Doeluitkering (BDU) worden verstrekt. De MRDH is daarom opdrachtgever van het openbaar vervoer namens de 21 gemeenten. De MRDH is met verschillende (top)sectoren, een uitgebreide hoogwaardige kennisinfrastructuur en als (inter)nationaal bestuurlijk centrum belangrijk voor de Nederlandse economie. De MRDH krijgt er de komende jaren circa 400.000 inwoners bij. Dat vraagt om meer woningen (240.000 in de zuidelijke Randstad), meer werk en een betere bereikbaarheid. 
 
De 21 gemeenten werken samen aan de uitvoering van de Strategische Agenda MRDH 2023-2026, met zes opdrachten: 
1.    investeren in bereikbaarheid om de inwonersgroei in de regio te faciliteren;
2.    toekomstbestendige economie stimuleren;
3.    actieve en collectieve vormen van mobiliteit stimuleren;
4.    vernieuwen van werklocaties;
5.    versterken van het regionale mobiliteitsnetwerk;
6.    herstellen van het OV-systeem na corona. Deze laatste opdracht is afgerond.
 
In 2025 heeft de zienswijzeperiode plaatsgevonden voor zowel de Mobiliteitsvisie als de Visie op het Economisch vestigingsklimaat. In 2026 wordt een nieuwe Strategische Agenda opgesteld.

Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Haaglanden (ODH)
De ontwerp-begroting 2026 van de ODH  toont een bezuiniging van 5,27% voor de gemeente Zoetermeer. Het bestuur van de ODH vindt het niet verantwoord verdere besparingen boven de voorliggende 5,27% door te voeren. Deze kunnen ertoe leiden dat de ODH niet aan de gestelde eisen van robuustheid voldoet. Aanvullende bezuinigingen moeten derhalve in het werkplan (-> verlaging inkopen door Zoetermeer) worden gevonden.   

Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Haaglanden (VRH)
De ontwerp-meerjarenbegroting 2026-2029 is niet in overeenstemming met de kaders van de gemeentelijke Kaderbrief begroting 2026 Gemeenschappelijke regelingen. De in de Kaderbrief 2026 opgelegde bezuiniging van 6,2% wordt niet gehaald. Dit leidt tot een nog te realiseren bezuiniging van structureel € 250.000 voor de gemeente Zoetermeer vanaf 2026. Gezien de bezuinigingen die de gemeenten moeten doorvoeren is VRH in de zienswijze verzocht nogmaals te onderzoeken op welke wijze de taakstelling toch kan worden gerealiseerd.

Gemeenschappelijke regeling GGD en Veilig Thuis Haaglanden
Gemeenschappelijke regeling  GGD en VT Haaglanden heeft een financiële taakstelling gekregen van 6,2% voor 2026. Voor Zoetermeer betekent dit een bezuinigingsopgave voor de GGD van € 98.500 en voor VT van € 90.500. Gemeenten hebben in meerderheid in het AB vastgesteld dat het doorvoeren van de totale bezuinigingsopgave teveel schade aan de dienstverlening toebrengt. In de ontwerpbegroting voor 2026 is voor Zoetermeer al een bezuinigingsbedrag van € 71.335 voor de GGD en € 59.785 voor VT doorgevoerd. Voor de GGD leidt deze bezuiniging tot een verlaging van de algemene kosten en een verminderde inzet op het versterken van de kennisfunctie van de GGD. Voor VT heeft de bezuiniging gevolgen voor het versterken lokale teams. Het betreft maatrelen die niet rechtstreeks impact hebben op het primaire proces.

Ondanks een tegenstem van de gemeenten Zoetermeer en Wassenaar is bij meerderheid besloten niet verder te bezuinigen op GGD taken. Wat betreft VT stemden de gemeenten in met het voorkeursscenario van de directeur VT. Dit betekent dat er aanvullend op eerder doorgevoerde bezuiniging van € 59.785 nog € 21.010 bezuinigd wordt. Dit betreft een bezuiniging op de ondersteunende functies en beleidscapaciteit. Deze aanpassing wordt meegenomen in de begrotingswijziging 2026. Daarmee wordt voor de gemeente Zoetermeer een opgave van € 27.165 voor de GGD en € 9.705 voor VT niet gerealiseerd. De begrote deelnemersbijdrage (ex BTW) van Zoetermeer wordt voor de GGD € 1.841.000 en voor VT € 1.478.000. Op het onderdeel GR-ondersteuning was al eerder besloten om vanaf 2025 de deelnemersbijdrage structureel te verlagen. Voor Zoetermeer is de GR ondersteuning voor 2026 begroot op € 36.000.
Over het besluit van het AB niet verder te bezuinigen op de GGD-taken en maar gedeeltelijk op de VT-taken kunnen de gemeenten nog hun zienswijze uitbrengen. Het AB van de GR GGD en VT Haaglanden betrekt deze zienswijzen bij de besluitvorming over de wijziging van de begroting 2026 in de vergadering van 26 februari 2026.

Gemeenschappelijke Regeling Bleizo (GR Bleizo)
De grondexploitatie van Bleizo is nu nog gebaseerd op de in 2014 door de raden van Lansingerland en Zoetermeer vastgestelde ontwikkelingsaanpak ‘Ontwikkeling Bleizo Van plan naar Strategie 2013’. Deze strategie richt zich op de ontwikkeling van een hoogwaardig gebied, met vervoerswaarde, rondom het nieuwe Openbaar Vervoer Knooppunt Bleizo. Het station Lansingerland- Zoetermeer is in 2019 volledig in gebruik genomen. Op de vervoersknoop zijn de volgende upgrades gewenst: een intercitystop, railverbinding ZoRo en doortrekking van Lijn 400 als Bus Rapid Transit(BRT). Hiervoor zijn ook Prorail, NS, het Rijk (MIRT), de Provincie (MOVE) en de MRDH nodig als partijen. De gronden van Bleizo-Oost zijn inmiddels uitgegeven. Na enkele verkennende studies naar de mogelijkheden voor woningbouw op Bleizo-West is in oktober 2021 het ontwikkelperspectief PROEFtuin Bleizo vastgesteld door de gemeenteraden van Zoetermeer en van Lansingerland.  
 In februari 2025 hebben de provincie en de gemeente Lansingerland een bestuursakkoord afgesloten. Onder voorwaarden wordt daarmee de realisatie van 5.000 woningen mogelijk op Bleizo. De uitwerking van het ontwikkelperspectief en de ontwikkelstrategie is in het voorjaar 2025 door de beide gemeenten weer opgepakt. In 2026 nemen de gemeenteraden naar verwachting een besluit over een nieuw plan met een nieuwe grondexploitatie gericht op de ontwikkeling van een stedelijk woon/werkgebied op Bleizo. Ook vanuit de rijksoverheid wordt de bouw van woningen op Bleizo gesteund.  
De begroting voorziet voor het jaar 2026 de volgende activiteiten:

  • Algemene activiteiten van de projectorganisatie; 
  • Beheer van de gronden;
  • Advisering aan de gemeenten ten behoeve van de ontwikkelstrategie van Bleizo-West.

Gemeenschappelijke regeling Bedrijvenschap Hoefweg
Opheffing van de GR Bedrijvenschap Hoefweg stond gepland per 1 januari 2025. Door vertraging in de opheffing van PRISMA (Bedrijvenschap Hoefweg heeft een aandeel van 30% in PRISMA) vindt de opheffing van de GR Bedrijvenschap Hoefweg pas eind 2025 plaats. Het Bedrijvenschap Hoefweg heeft geen gronden meer. Na de opheffing kan het positieve resultaat verdeeld worden tussen de twee deelnemende gemeenten (Zoetermeer en Lansingerland).

Werkbedrijf De Binnenbaan BV (BB)
Werkbedrijf De Binnenbaan BV is verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw), de re-integratie activiteiten van de gemeente Zoetermeer op basis van de  Participatiewet en het gemeentelijke deel van het Werkgevers Servicepunt van de arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal. De Binnenbaan kent een algemene vergadering van aandeelhouders (AVA), waarin namens het college van B&W de wethouders worden afgevaardigd met in de portefeuilles Werk respectievelijk Financiën. Zoetermeer vertegenwoordigt 98% van de aandelen. Leidschendam-Voorburg en Rijswijk vertegenwoordigen elk 1% van de aandelen. De Binnenbaan heeft een raad van commissarissen met drie externe leden. In 2025 is een nieuwe termijn gestart voor de RvC-leden. 

De dienstverleningsopdracht van De Binnenbaan is opgenomen in een dienstverleningsovereenkomst (DVO) met een looptijd van 5 jaar. De huidige DVO loopt tot en met 2025 en vanaf 2026 treedt een nieuwe DVO in werking. In 2024 is bestuurlijke overeenkomst bereikt over de contouren van de nieuwe DVO. In 2025 komt een definitief besluit over de DVO nadat in kaart is gebracht welke mogelijkheden er zijn om oploop van de exploitatiebijdragen voor de deelnemende gemeenten in de periode 2026-2030 zoveel als mogelijk te beperken. Jaarlijks worden de aandachtspunten bij de dienstverlening en het budget opgenomen in een Opdracht- en Budgetbrief. Deze Opdracht- en Budgetbrief wordt ter kennisgeving aan de gemeenteraad verzonden. 
 
In 2025 is het Werkcentrum Zuid Holland Centraal geopend. De Binnenbaan levert als belangrijke speler een bijdrage aan de dienstverlening van het Werkcentrum. De prioriteiten van De Binnenbaan blijven in 2026 liggen bij het verhogen van de uitstroom uit de uitkering naar werk, het ondersteunen van minder kansrijke inwoners naar werk en het behalen van een positief exploitatieresultaat. 
Een aantal ontwikkelingen heeft (mogelijk) gevolgen voor de resultaten van De Binnenbaan en/of de financiële bijdrage van de gemeente aan De Binnenbaan:

  1. De SW-doelgroep wordt kleiner en gemiddeld steeds ouder, waardoor de verdiencapaciteit van deze groep steeds minder wordt. Dit zet druk op de nettoresultaten. 
  2. De krapte op de arbeidsmarkt, hoewel positief voor de netto arbeidsparticipatie, zorgt voor mogelijke onderbezetting van de leer- en werksoorten. Dit heeft als risico dat het beoogde nettoresultaat niet wordt gehaald.
  3. Het aantal mensen met een arbeidsbeperking dat ondersteuning vraagt van de gemeente stijgt door het afsluiten van de Wet Sociale Werkvoorziening en de Wajong. De begeleidingsbehoefte neemt toe terwijl De Binnenbaan lumpsum gefinancierd wordt. De gemeente gaat als opdrachtgever en eigenaar met De Binnenbaan hierover in gesprek, hoe hiermee om te gaan. 
  4. In 2023 en 2024 onderzocht bureau Berenschot mogelijke toekomstscenario’s voor De Binnenbaan. Het onderzoek is in 2025 opgeleverd en het college verkent samen met De Binnenbaan of/welke keuzes gemaakt moeten worden voor de toekomstige dienstverlening en de bedrijfsvoering van De Binnenbaan.
  5. De gemeenten Zoetermeer, Leidschendam - Voorburg en Rijswijk zijn met de Binnenbaan in gesprek over het impulsbudget wat gemeenten ontvangen van het rijk om een impuls te geven aan de ontwikkelbedrijven. We werken toe naar een plan in 2025 om vanaf 2026 uit te voeren.
  6. De gemeente Zoetermeer heeft in het kader van de bezuinigingen aan de Binnenbaan aangegeven dat zij in 2026 € 450.000 moeten bezuinigingen. De Binnenbaan werkt hiervoor een aantal scenario's uit en legt deze besluiten aan de gemeente voor in september 2025.

Overzicht verbonden partijen

Terug naar navigatie - Paragraaf 7 Verbonden partijen - Overzicht verbonden partijen

Zoetermeer kent de volgende verbonden partijen:

Deelnemingen in vennootschappen:

  • NV Bank voor Nederlandse Gemeenten
  • Dunea NV
  • Stedin NV
  • Werkbedrijf De Binnenbaan BV

Gemeenschappelijke regelingen:

  • Gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Rotterdam Den Haag
  • Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Haaglanden
  • Gemeenschappelijke regeling Stadsgewest Haaglanden (in liquidatie)
  • Gemeenschappelijke regeling GGD Haaglanden en Veilig thuis Haaglanden
  • Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Haaglanden
  • Gemeenschappelijke regeling Bedrijvenschap Hoefweg (opheffing eind 2025)
  • Gemeenschappelijke regeling Bleizo
  • Gemeenschappelijke regeling Servicebureau Jeugdhulp Haaglanden (voorheen: inkoopbureau H-10)
  • Gemeenschappelijke regeling Schadevergoedingsschap HSL-Zuid, A16 en A4 (opheffing per 1 januari 2026)

Stichtingen en verenigingen:

  • Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG)
  • Gemeenten voor duurzame ontwikkelingen (GDO)
  • Vereniging De BredeStroomversnelling
  • Stichting BusinessPark Haaglanden (BPH)

Relatie met paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Voor het risico van netcongestie (Stedin) is een specifiek  strategisch risico in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing opgenomen.