Inleiding

Doen wat nodig is: De balans
Met deze begroting sluiten we een bestuursperiode af. Dat is hét moment om de balans op te maken. Balans gaat niet alleen over geld, maar ook over hoe we in Zoetermeer wonen, werken en samenleven. Het in balans houden van onze stad is een belangrijk doel uit de Toekomstvisie 2040. Omdat we niet precies weten hoeveel geld we van het Rijk krijgen, maken we zorgvuldige keuzes. Toch blijven we investeren in de stad. We hebben de afgelopen jaren gedaan wat nodig was – en dat blijven we ook in 2026 doen.

We willen inwoners een stad bieden die voelt als een thuishaven. Een plek waar je kunt vertrouwen op goede voorzieningen, ook in een wereld die snel verandert. Dat is niet eenvoudig, want gemeenten krijgen nog steeds geen financiële zekerheid van de Rijksoverheid. Toch presenteren wij u een gezonde begroting voor 2026. Voor de jaren daarna blijft het ravijnjaar boven de markt hangen. Samen met andere gemeenten blijven we vechten voor eerlijke financiering: wie taken overdraagt, moet ook het geld meeleveren.

Zoeken naar balans gaat om meer dan geld. Het betekent ook aandacht voor goede zorg en bestaanszekerheid voor inwoners, een toegankelijke stad, duurzaamheid en goede manieren om ons te verplaatsen. Balans betekent dat we stap voor stap de kosten voor jeugdhulp terug gaan brengen naar normale proporties, onder andere door de lokale teams. Door kinderen te accepteren zoals ze zijn, zorgen we ervoor dat de jeugd die het echt nodig heeft minder lang hoeft te wachten op hulp. 
Balans betekent ook ruimte voor ondernemers om te vernieuwen en waardering voor verenigingen, organisaties en vrijwilligers. Samen met gemeenteraad, inwoners en medewerkers hebben we dit bijvoorbeeld vertaald naar een Omgevingsvisie en een Ruimtelijke strategie. Voor bomen geldt: we zorgen voor steeds meer bomen, maar we geven ook de mogelijkheid aan bewoners om samen met hun buurt  te beslissen over hun buurtbomen.
Als we nu terugkijken op deze bestuursperiode, mogen we trots zijn. In de binnenstad zijn projecten afgerond en gestart. Voor de nieuwe stadswijk Entree is het besluit genomen om er een levendige en duurzame wijk van te maken. 

Van het Rijk hebben we extra geld gekregen om problemen in kwetsbare wijken aan te pakken. Daarmee verbeteren we de leefbaarheid en de sociale samenhang. Het veiligheidsgevoel van inwoners is verbeterd. 

Deze begroting laat niet alleen cijfers zien, maar ook wat dit betekent voor inwoners. We blijven investeren in cultuur, sport en maatschappelijke voorzieningen, ook nu er uitdagingen zijn zoals de overbelasting van het elektriciteitsnet.

Hoewel het ravijnjaar is uitgesteld tot 2028, blijven de zorgen bestaan. Toch kunnen we de komende jaren ruim 500 miljoen euro investeren, zonder extra lasten voor inwoners. Tegelijkertijd besparen we zo’n 25 miljoen euro, vooral op onze eigen organisatie.

Financieel perspectief op hoofdlijn

Terug naar navigatie - Inleiding - Financieel perspectief op hoofdlijn

Het financieel perspectief ziet er als volgt uit:

De tabel toont  in 2026 een positief begrotingssaldo (zie regel Begrotingssaldo 2026-2029). In 2026 is sprake van positief saldo van € 0,42 mln.  Dankzij een omvangrijk pakket aan bezuinigings- en dekkingsmaatregelen, inclusief een eenmalige inzet van € 5 mln. uit de algemene reserve is het gelukt om voor 2026 een sluitende begroting te presenteren. Dit pakket aan bezuinigingen was voor een bedrag van € 23 mln. opgenomen in de Perspectiefnota en besproken tijdens het perspectiefdebat. Daarnaast zijn de moties en amendementen die door de raad zijn aangenomen in deze begroting verwerkt. Tenslotte zijn ook de meerjarig financiële consequenties van het Tweede Tussenbericht verwerkt, inclusief een voordeel van € 2 mln. door de nadere uitwerking van de bezuinigingsmaatregelen.

Het financiële perspectief voor de jaren na 2026 is zorgelijk. Vanaf 2027 lopen de tekorten structureel op, met daarbij vooral een groot verval in 2028. Dit heeft te maken met de inkomsten die we van het rijk krijgen voor de jeugdzorg. Voor de jaren 2026 en 2027 heeft het rijk een toevoeging aan de algemene uitkering van het gemeentefonds gedaan van zo’n € 10 mln. voor de extra kosten in de jeugdzorg. Deze toevoeging komt vanaf 2028 grotendeels te vervallen. Deze ontwikkeling vraagt om een scherpe bestuurlijke koers en een zorgvuldige afweging van ambities en middelen in de toekomst.

De provincie beoordeelt de begroting op structureel en reëel evenwicht. Omdat het saldo voor 2026 nog positief is, blijft Zoetermeer onder repressief toezicht. Toch is het van belang om alert te zijn op de oplopende tekorten in de meerjarenraming en de noodzaak om tijdig aanvullende maatregelen te treffen waarbij keuzes gemaakt moeten worden die bijdragen aan de robuustheid van onze stad en organisatie.