De gemeente wil dat inwoners van Zoetermeer gezond, zelfstandig en zelfredzaam zijn. Daarom zetten we in op preventie en het stimuleren van gezond leven. Door mee te werken aan de plannen uit de visie Zoetermeer 2040 en door bij te dragen aan verschillende programma's en projecten willen we ervoor zorgen dat de manier waarop de stad er uitziet en hoe mensen in de stad leven, goed geregeld is. In het kader van de Ruimtelijke strategie bepalen we hoe we ook in de fysieke omgeving doelen uit het sociaal domein kunnen bereiken, bijvoorbeeld op het gebied van gezondheid en toegankelijkheid. Op deze manier kunnen ook de doelen gerealiseerd worden die zijn vastgesteld in het akkoord tussen de coalitiepartijen over deze onderwerpen.
We werken aan de veerkracht van onze inwoners en het bevorderen van een gezond leven door het accent te leggen op positieve gezondheid. Een benadering waarbij het gaat om wat iemand wel kan, wat iemand belangrijk vindt en wat iemand eventueel wil veranderen. We streven ernaar om zorg en ondersteuning snel en dichtbij huis beschikbaar te hebben. Niet voor iedereen is het immers vanzelfsprekend om op eigen kracht zelfstandig en zelfredzaam te zijn en een gezond leven te leiden. We zien echter dat steeds meer inwoners een beroep doen op een voorziening in het sociaal domein. Hierdoor nemen de kosten voor zorg en ondersteuning toe en lopen wachttijden op. Dat maakt dat de toegankelijkheid van voorzieningen onder druk komt te staan.
In het afgelopen jaar is veel geïnvesteerd in het vergroten van de gemeentelijke capaciteit voor het behandelen van aanvragen voor Wmo en Jeugdhulp. Ondanks deze investering blijft de druk op de gemeentelijke uitvoeringsorganisatie hoog. Ook de implementatie en doorontwikkeling van het beleid binnen het sociaal domein doen een groot beroep op de organisatie. In de doorontwikkeling van het beleid is normaliseren een belangrijk uitgangspunt. We ondersteunen mensen om zoveel mogelijk zelf problemen op te lossen, waar nodig met hulp vanuit het sociaal netwerk. Zorg en ondersteuning moet passend zijn en duurt niet langer dan nodig en is niet zwaarder dan nodig. Op deze manier blijft specialistische hulp beschikbaar voor inwoners die dit echt nodig hebben.
verbinden onderwijs en jeudhulp, onderwijs en jeugdhulp, onder meer door voortzetting pilots Expertisepool en Onderwijs-behandelgroep;
voorbereiding regionale inkoop specialistische jeugdhulp vanaf 2027.
Wmo-beleid
inzetten op een Sterke Sociale Basis;
gezonde stad: uitvoering van de gezondheidsnota en het plan 'Integraal werken aan een gezonde stad' (GALA);
samen Zoetermeer Gezond: strategische samenwerking en uitvoering transformatie plannen Integraal Zorg Akkoord (IZA);
uitvoering van de woonzorgvisie, als onderdeel van het programma Woningbouw als Aanjager;
innovatie huishoudelijke ondersteuning.
Aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling De Regiovisie Aanpak Huiselijk geweld Haaglanden 2019-2022 is verlengd tot uiterlijk 2026. Het doel is dat huiselijk geweld zo min mogelijk voorkomt en zo snel mogelijk stopt. De focus ligt op preventie, het aanpakken van de oorzaken van geweld en de risicofactoren om zo het geweld duurzaam te stoppen. In 2025 wordt verder gewerkt aan de verbetering van de jeugd- en gezinsbescherming, onder meer met de voorbereidingen van een Regionaal Veiligheidsteam. In dat team werken zorgprofessionals nauw samen met het gehele gezin als uitgangspunt.
Sociaal innovatiefonds In 2025 wordt verder gewerkt aan de uitvoering van de projecten Sociale innovatie en opdrachten. In 2025 worden vier projecten uitgevoerd, waarvan de verwachting is dat er twee worden afgerond. Voor nieuwe voorstellen, dan wel verdere uitbreiding van bestaande projecten die passen binnen de doelstellingen van het programma worden aparte voorstellen voorgelegd aan de raad, inclusief het financiële voorstel voor dekking van deze activiteiten.
Doelstellingen
Indicatoren, trendgrafieken en financiën
Doelstelling 2.1 Bevorderen vroegtijdige, toegankelijke, passende en effectieve jeugdhulp
Aantal unieke jeugdigen 0-23 jaar dat in het betreffende jaar een vorm van specialistische jeugdhulp ontvangt (PB 2025)
Toelichting: Het aantal jeugdigen met specialistische jeugdhulp is gestegen in de afgelopen jaren. Door middel van diverse hervormingen wordt beoogd het aantal jeugdigen met specialistische jeugdhulp te verminderen. Ook de uitvoering van de maatregelen vanuit de crisisorganisatie hebben als insteek om het aantal te laten dalen.
Aantal unieke jeugdigen dat instroomt in de specialistische jeugdhulp (PB 2025)
Toelichting: Het streven is om de instroom in de jeugdhulp te laten dalen en een verschuiving te realiseren naar vrij-toegankelijke voorzieningen. Door middel van het uitvoeren van maatregelen wordt getracht het aantal jeugdigen dat instroomt in de specialistische jeugdhulp te verminderen.
Aantal unieke jeugdigen dat uitstroomt uit de specialistische jeugdhulp (PB 2025)
Toelichting: Het streven is om de uitstroom in de specialistische jeugdhulp te laten stijgen en een verschuiving te realiseren naar vrij-toegankelijke voorzieningen en te sturen op het beperken van de zorgduur (niet langer dan nodig).
% Jeugdigen dat drie jaar aaneengesloten of langer een vorm van specialistische jeugdhulp ontvangt (PB 2025)
Het aandeel jeugdigen dat drie jaar of langer aangesloten een vorm van specialistische jeugdhulp ontvangt, afgezet tegen het totaal aantal jeugdigen met specialistische jeugdhulp in het betreffende jaar.
Toelichting: Het aantal jeugdigen dat in 2023 3 jaar of langer onafgebroken zorg ontving was 2.261. Afgezet tegen het totaal aantal jeugdigen met specialistische jeugdhulp (N= 4.923) leidt dit tot een percentage 45,9%. Dit betekent dat dus iets meer dan de helft van de jeugdigen 1 of 2 jaar onafgebroken zorg ontvangt. Door het uitvoeren van maatregelen wordt getracht het aantal jeugdigen dat langdurig specialistische jeugdhulp krijgt te laten afnemen. Hoe dit zich de komende jaren ontwikkelt is nog lastig te zeggen, zeker omdat de trend is dat jeugdigen juist meer en/of langer zorg krijgen.
Toelichting: De prognose voor het aantal meldingen bij Veilig Thuis in de jaren 2025 tot en met 2028 is in lijn met het gemiddeld aantal meldingen in de periode 2020-2023.
Toelichting: Het budget is grotendeels bestemd voor de specialistische jeugdhulp. Daarnaast wordt het budget besteed aan subsidies voor preventieve ondersteuning, de Stichting Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West, Meerpunt, het jongerenwerk en de bijdragen aan de gemeenschappelijke regelingen Servicebureau Jeugdhulp Haaglanden en GGD en Veilig Thuis Haaglanden. Ook de kinderopvang op basis van een sociaal-medische indicatie wordt uit dit budget bekostigd. De kosten voor de specialistische jeugdhulp zijn in de afgelopen jaren sterk gestegen. Het streven is om, onder meer door de inzet van maatregelen, de trend van kostenstijging te doorbreken en een kostendaling in te zetten.
Doelstelling 2.2 Bevorderen meedoen aan de samenleving en zelfstandig wonen
Gemiddeld budget maatwerkondersteuning per cliënt (PB 2025)
Toelichting: Het gemiddeld budget maatwerkondersteuning gaat over alle maatwerkvoorzieningen vanuit de Wmo, zoals begeleiding, huishoudelijke ondersteuning, hulpmiddelen en woningaanpassingen.
% Klanten dat tevreden is over de kwaliteit van het ondersteuningsaanbod (PB 2025)
Het college voert jaarlijks het cliëntervaringsonderzoek uit onder Wmo cliënten naar de ervaring met gemeentelijke voorzieningen op grond van de Wmo. Het onderzoek wordt jaarlijks in het voorjaar uitgevoerd en de resultaten zijn in de zomer beschikbaar.
Het college voert jaarlijks het cliëntervaringsonderzoek uit onder Wmo cliënten naar de ervaring met gemeentelijke voorzieningen op grond van de Wmo. Het onderzoek wordt jaarlijks in het voorjaar uitgevoerd en de resultaten zijn in de zomer beschikbaar.
Bron: Cliëntervaringsonderzoek Wmo
Type
2023
2025
2026
2027
2028
Realisatie
78%
-
-
-
-
Begroting PB 2025
-
80%
80%
80%
80%
Trendgrafiek % Klanten dat vindt dat de ondersteuning past bij de hulpvraag
Cliënttevredenheid wordt jaarlijks gemeten via het cliënttevredenheidsonderzoek van inZet. Een cliënt is tevreden wanneer die minimaal het cijfer 7,5 geeft voor de kwaliteit van de ondersteuning.
Toelichting: Het samenwerkingsverband inZet voert ieder jaar een onderzoek uit om de ervaring van cliënten met de ondersteuning en dienstverlening te meten. Het streefcijfer is dat minstens 80% van de cliënten (zeer) tevreden is.
% Mantelzorgers dat (zeer) tevreden is over de kwaliteit van de mantelzorgondersteuning van inZet (PB 2025)
Tevredenheid van mantelzorgers wordt jaarlijks gemeten via het mantelzorgerstevredenheidsonderzoek (MTO) van inZet. Een mantelzorger is tevreden wanneer die minstens het cijfer 7,5 geeft voor de kwaliteit van mantelzorgondersteuning.
Toelichting: Deze indicator is met ingang van 2025 aangepast. Voorheen werd tevredenheid van mantelzorgers via de stadspeiling gemeten. Het samenwerkingsverband inZet is verantwoordelijk voor het bieden van mantelzorgondersteuning. inZet voert jaarlijks een tevredenheidsonderzoek uit om de ervaring van mantelzorgers met mantelzorgondersteuning te meten. Het streven is dat minstens 80% van de mantelzorgers (zeer) tevreden is.
Toelichting: Tijdens de COVID-19 pandemie was er een dalende trend in het aantal vrijwilligers. Ook na deze periode blijft het een uitdaging om vrijwilligers te vinden.
Coëfficiënt voor eenzaamheid onder inwoners (> 18 jaar) (PB 2025)
Deze indicator is de uitkomst van elf stellingen die in de omnibusenquête worden voorgelegd en betrekking hebben op eenzaamheid. Hieruit wordt een eenzaamheidsscore berekend volgens de methode van De Jong Gierveld en Kamphuis (1985). Deze score kan (individueel) gehele waarden aannemen tussen nul (niet eenzaam) en 11 (zeer sterke eenzaamheid).
Toelichting: In de periode 2022-2023 was er een (lichte) daling van de eenzaamheidsscore. De eenzaamheidsscore is nog steeds iets hoger dan vóór de COVID-19 periode, dat heeft zeer waarschijnlijk te maken met de maatregelen tijdens deze periode. Het college werkt toe naar een verlaging van de eenzaamheidsscore en zet de ontvangen extra middelen voor de aanpak van eenzaamheid vanuit GALA hiervoor in.
Toelichting: Het budget wordt ingezet ten behoeve van de individuele maatwerkvoorzieningen Wmo (huishoudelijke hulp, vervoers- en woonvoorzieningen e.d.) en voor specialistische ondersteuning (Toekomst Sociaal Domein Wmo) onder regie van de gemeente. Daarnaast is een belangrijk deel bestemd voor het samenwerkingsverband gebiedsgerichte ondersteuning (Inzet) en voor de algemene Wmo-voorzieningen die worden gesubsidieerd door de gemeente.
Doelstelling 2.3 Bevorderen gezondheid, veiligheid en welbevinden
% Mensen dat een goede gezondheid ervaart (PB 2025)
In de omnibus enquête wordt gevraagd aan te geven wat respondenten vinden van hun gezondheid. Het cijfer geeft aan hoeveel respondenten aangeven een zeer goede of een goede gezondheid ervaren.
Huishoudelijke ondersteuning In 2025 start een inkooptraject voor de nieuwe inkoop van huishoudelijke ondersteuning. Voorafgaand vindt er een onafhankelijk onderzoek plaats naar tarieven die passen bij de nieuwe vormen van huishoudelijk ondersteuning. Op basis van de uitkomsten van dit onderzoek wordt er een concrete inschatting gemaakt van de te verwachte kosten voor 2025 en verder. De verwachting is dat de kosten vanaf 2025 stijgen vanwege verhoging van de CAO-lonen voor huishoudelijke medewerkers. De gemeente moet hiermee rekening houden in het uurtarief dat de aanbieders krijgen.
Verbetering dienstverlening Zorg, berichtenverkeer (dekking Wmo budget) Om de administratieve processen met zorgaanbieders te verbeteren is extra capaciteit nodig. Voor de jaarlijks extra kosten is dekking gevonden binnen het Wmo budget.
Seniorenmakelaar (dekking door afroming Wmo budget) Het jaarlijks extra benodigde bedrag voor een seniorenmakelaar (programma 7) van € 65.000 wordt via 'oud voor nieuw’ gedekt door afroming van het budget voor woningaanpassingen (Wmo).