Toelichting op het overzicht van baten en lasten

Exploitatieresultaat

Terug naar navigatie - Exploitatieresultaat


De primitieve begroting 2024 sloot met een nadelig resultaat van € 4,3 mln. Als primitieve begroting geldt de door de raad op 6 november 2023 vastgestelde begroting 2024 inclusief het afrondend begrotingsvoorstel.
In 2024 is de raad tweemaal door middel van een Tussenbericht geïnformeerd over de uitvoering van de begroting. De begroting na alle wijzigingen laat een nadelig resultaat zien van € 7,8 mln. Hierin zijn alle door de raad vastgestelde begrotingswijzigingen voor het dienstjaar 2024 begrepen. 
Het gerealiseerde resultaat bedraagt € 6,9 mln. batig en is afzonderlijk op de balans opgenomen als onderdeel van het eigen vermogen. De raad is in december in het Memo financiële afwijkingen na TB2 geïnformeerd over € 7,5 mln. voordelig aanvullende grote of bijzondere afwijkingen na TB2. Per saldo geeft de jaarrekening - ten opzichte van de eerdere verwachting - een financieel beter uitkomst van € 7,2 mln.. 

 

Rechtmatigheid

Toelichting rechtmatigheid lasten

Terug naar navigatie - Toelichting rechtmatigheid lasten

De raad is in het Memo financiële afwijkingen na TB2 geïnformeerd over € 7,5 mln. aanvullende grote of bijzondere afwijkingen na TB2 aan de lastenkant. Voor programma 7 is er sprake van een overschrijding ten opzichte van hetgeen gemeld is. De hoofdlijn van deze verbetering is toegelicht in het eerste hoofdstuk van de jaarstukken. En in meer detail in het onderdeel jaarrekening 'toelichting verschillen tussen de begroting na wijziging en de rekening per programma'.

Toelichting rechtmatigheid baten

Terug naar navigatie - Toelichting rechtmatigheid baten

De raad is het Memo financiële afwijkingen na TB2 geïnformeerd over € 7,5 mln. aanvullende grote of bijzondere afwijkingen na TB2 aan de batenkant. Per saldo geeft de jaarrekening - ten opzichte van de eerdere verwachting - aan de batenkant een financieel beter uitkomst van € 4,4 mln. De hoofdlijn van deze verbetering is toegelicht in het eerste hoofdstuk van de jaarstukken. En in meer detail in het onderdeel jaarrekening 'toelichting verschillen tussen de begroting na wijziging en de rekening per programma'. 

 

 

Toelichting rechtmatigheid reserve

Terug naar navigatie - Toelichting rechtmatigheid reserve

Bij een beroep op specifiek voor het doel in het leven geroepen bestemmingsreserve is het bedrag van de feitelijke onttrekking gelijk aan de gemaakte kosten tot maximaal de raming van de kosten. Deze beleidslijn maakt het mogelijk om bij lagere kosten dan geraamd ook een lagere aanwending van de reserve te kunnen verantwoorden. Per saldo geeft de jaarrekening - ten opzichte van deze beleidslijn voor programma 7 en het overzicht OAD een overschrijding.

De raad heeft op 16 mei 2023 besloten om de Reserve Investeringsfonds 2023 en Fonds Zoetermeer 2040 samen te voegen per 31 december 2023 en de Reserve Investeringsfonds 2030 per 31 december op te heffen. Hierdoor is er geen sprake van een onrechtmatige onttrekking bij deze reserve in het overzicht van algemene dekkingsmiddelen,

Toevoegingen van het positieve resultaat van een grondexploitatie aan de Reserve investeringsfonds 2030 en de Reserve financiële positie grondbedrijf worden geboekt, ongeacht de hiervoor begrote bedragen.

Toelichting rechtmatigheid investeringskredieten

Terug naar navigatie - Toelichting rechtmatigheid investeringskredieten


Er is sprake van onrechtmatigheid op het (deel)investeringskrediet inventaris zwembad van € 0,221 mln. Ook is er een onrechtmatigheid te melden op het krediet R&D Nederlandlaan van € 0,114 mln. De andere overschrijdingen vallen of onder de grens van € 0,1 mln. (eventueel salderend als de bijdragen op de investering worden meegenomen) of zijn als deelkredieten opgenomen en vallen daarmee onder een groter krediet waardoor het saldo van de overschrijdingen en onderschrijdingen onder de grens van € 0,1 mln. blijven.
In totaal is € 0,335 mln. onrechtmatig. 

Investering

Bedrag

Toelichting
Zwembad bouw     -€ 0,172 mln. In totaliteit is de realisatie van het zwembad niet onrechtmatig maar voor de totale bouw van het zwembad is in het raadsvoorstel drie afzonderlijke investeringskredieten afgegeven. Inclusief inkomsten betekent dit voor de inventaris een overschrijding van € 0,221 mln en daarmee is dit onderdeel onrechtmatig.
Zwembad inventaris     € 0,221 mln.
Zwembad grond - € 0,276 mln.
R&D Nederlandlaan € 0,114 mln.

De overschrijding is ontstaan door vertraging in de planvorming onder meer veroorzaakt door het zich terugtrekken van de belangrijkste ontwikkelpartner. Onderdelen waardoor de overschrijding is ontstaan op de uitgaven zijn:

  • Gemeente investeert nu zelf in onderzoeken en plankosten, in plaats van initiatiefnemer. Het verhalen van kosten zal pas in de volgende fase plaats vinden.
  • Gemeente werkt nu zelf de ruimtelijke plannen in de haalbaarheidsfase uit, in plaats van toetsend te zijn. Dit resulteert in meer VTA.
  • Er is meer externe capaciteit voor dit project ingezet, mede door het uitvallen van interne projectmanagers.

Rechtmatigheidsverantwoording

Terug naar navigatie - Rechtmatigheidsverantwoording

De baten en lasten en ook de balansmutaties moeten getrouw in de jaarrekening worden opgenomen. Uit het getrouw opnemen van de baten en lasten en ook de balansmutaties, blijken een drietal rechtmatigheidscriteria niet expliciet. Dit betreffen het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium. In deze rechtmatigheidsverantwoording licht het college van burgemeester en wethouders toe in hoeverre bij de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten, en ook de balansmutaties het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium zijn nageleefd. Dit houdt in dat de verantwoorde baten en lasten, en ook de balansmutaties in overeenstemming zijn met door de raad vastgestelde kaders zoals de begroting en gemeentelijke verordeningen en met bepalingen in de relevante wet- en regelgeving. Bij de waarderingsgrondslagen in de jaarrekening is het door de raad op 4 november 2024 vastgestelde normenkader van de relevante wet- en regelgeving verder toegelicht. 

Deze verantwoording hanteert een grensbedrag omdat alleen de van belang zijnde aspecten in de verantwoording hoeven te worden betrokken. Deze grens is door de raad bepaald en bedraagt 1% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan de reserves en is daarmee vastgesteld op € 6.808.046. De grondslag voor deze verantwoording is de Kadernota Rechtmatigheid 2024 van de Commissie BBV van oktober 2024.

Begrotingscriterium x € 1.000

1A. Overschrijding lasten op programmaniveau

-
1B. Overschrijding investeringsbudgetten per activum 335
2. Ongeautoriseerde reservemutaties -
3A. Overschrijding van baten op programmaniveau die niet tijdig tot een begrotingswijziging hebben geleid of te laat aan de raad zijn gemeld -
3B. Onderschrijding van baten op programmaniveau die niet tijdig tot een begrotingswijziging hebben geleid of te laat aan de raad zijn gemeld  -
3C. Onderschrijding van lasten op programmaniveau die niet tijdig tot een begrotingswijziging hebben geleid of te laat aan de raad zijn gemeld -
1/3 Totaal begrotingsonrechtmatigheden (1A+1B+2+3A+3B+3C) -
4A. Totaal van de begrotingsonrechtmatigheden (van onderdeel 1A) dat past binnen het vooraf vastgestelde beleid -
4B. Totaal van de begrotingsonrechtmatigheden (van onderdeel 1B) dat past binnen het vooraf vastgestelde beleid -
4 Totaal acceptabele begrotingsonrechtmatigheden (4A+4B) -
5. Saldo onacceptabele begrotingsonrechtmatigheden (1/3 - 4) 335
Voorwaardencriterium  
6. Inkopen ten onrechte niet Europees aanbesteed  2.153
M&O criterium  
7. Geen onrechtmatigheden -

Totaal onrechtmatigheden (1/3 + 6 + 7)

2.488

Niet acceptabel

2.488

Acceptabel

 


Conclusie 

Het college stelt vast dat de omvang van de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties die niet rechtmatig tot stand zijn gekomen bedrag € 2,49 mln. bedraagt. Dit is lager dan de daarvoor gestelde grens van € 6,81. Van de niet rechtmatig tot stand gekomen verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties is volgens het college overigens een bedrag van € 6,81 acceptabel op basis van door de gemeenteraad vastgestelde afspraken. 

Inkooprechtmatigheid:
Uit de controle op de naleving van de Europese aanbestedingsregels is gebleken dat er voor een bedrag van 2,1 miljoen niet rechtmatig is ingekocht. Dit bedrag bestaat in totaal uit 7 posten die uit de steekproef van de verbijzonderde interne controle voortkomen en 1 post die voortkomt uit de controle van het cluster inkoop. 

Van de 7 posten uit de steekproef van de verbijzonderde interne controle is gebleken dat 7 posten reeds onrechtmatig waren in 2023 en een doorwerking hadden in 2024. Vier hiervan waren reeds gemeld via een collegememo aan de raad. In 5 van de 7 posten was er sprake van een onrechtmatigheid wegens overschrijding van het Europese drempelbedrag. 

Uit de controle van het cluster inkoop is 1 onrechtmatige post naar voren gekomen die al eerder via een collegememo aan de raad is gemeld. De betreffende overeenkomst is in september 2024 beëindigd en er is opnieuw aanbesteed.

Beheersing en maatregelen inkooprechtmatigheid
Voor alle dossiers waarbij inkooponrechtmatigheid is geconstateerd zijn de inkopen gestaakt (het betrof hier eenmalige inkopen) en/of -al dan niet opnieuw- Europees aanbesteed. Van deze aanbestedingen is het grootste deel in 2024 afgerond, waardoor een deel van 2024 nog onrechtmatig was. Bij 1 post is in dit stadium nog niet in te schatten wanneer de aanbesteding is afgerond en wat de impact met betrekking tot de inkooprechtmatigheid zal zijn voor het controlejaar 2025. 

In 2024 heeft het college onder andere een aantal maatregelen genomen om het proces rondom de verplichtingenadministratie en het contractbeheersysteem te verbeteren. Waar in 2023 het percentage op de verplichtingen nog op 65% lag, ligt dit in 2024 op 80%. Daarnaast wordt er per kwartaal een spendanalyse gemaakt waardoor mogelijke overschrijdingen eerder gesignaleerd en besproken kunnen worden met de betreffende budgethouder. Ook is het “startformulier aanbestedingstraject” in 2024 aangepast waardoor de contractwaarde bij de start van een aanbesteding beter wordt vastgelegd. Tot slot is het Cluster Inkoop samen met het Business Intelligence team bezig om nieuwe inkooprapportages te ontwikkelen. Hiermee worden bestaande handmatige overzichten geautomatiseerd en nieuwe overzichten gecreëerd. Met deze maatregelen en ontwikkelingen kunnen we sneller inspelen op dreigende inkooponrechtmatigheden. 

Toelichting verschillen tussen de begroting na wijziging en de rekening per programma

Programma 1 Onderwijs, economie en arbeidsparticipatie

Financieel overzicht Programma 1

Financiële verschillen programma 1

Terug naar navigatie - Financiële verschillen programma 1

Bedragen x € 1.000

  Afwijking lasten Afwijking baten Toevoeging reserve Onttrekking reserve Saldo
Doelstelling 1.1 Bijdragen aan maatwerk in spelen en leren
Nationaal Programma Onderwijs -3 2 0 0 -1
Onderwijsachterstandenbeleid - rijksdeel  -659 811 0 0 152
Onderwijsachterstandenbeleid - gemeentelijk deel 104 105 0 0 209
Leerlingenvervoer -253 1 0 0 -252
Lokaal onderwijsbeleid & huisvesting kinderopvang -70 134 0 0 64
Huur- & lokaalvergoedingen Onderwijshuisvesting 215 0 0 215
Onderhoud & beheer Onderwijsgebouwen 408 0 0 0

408

Toevoeging reserve Beeldende kunst OR agv nieuwbouw 0 0 154 0 154
Overige verschillen 6 -1 0 0 5
Totaal 954
 
Doelstelling 1.2 Beperken uitval in het onderwijs
Voortijdig schoolverlaten / RMC / volwasseneducatie 305 0 0 0 305

Overige verschillen

-51

-61

0 0 -112
Totaal 193
 
Doelstelling 1.3 Bevorderen van een beter vestigings- en ondernemersklimaat
Personeelslasten economie 116 0 0 0

116

Reclame 42 -65 0 0 -23
Overig 12 -58 0 0 -46
Totaal 47
 
Doelstelling 1.4 Bevorderen groei werkgelegenheid
Personeelslasten economie -39 0 0 0 -39
Overig 29 0 0 0 29
Totaal

-10

 
Doelstelling 1.5 Stimuleren duurzame arbeidsparticipatie
Volwasseneneducatie 309 -98 0 0 210
Arbeidsmarktregio/RMT 259 291  0 0 550
Zoetermeer 2040 en gebiedsontwikkeling 113 0 0 0 113
Arbeidstoeleiding PrO-vso ZHC 23-25 -171 0 0 0 -171
Overig -74 -32 0 -5 -111
Totaal

591

 
Doelstelling 1.6 Voorzien in noodzakelijke middelen van bestaan
Gemeentelijke armoede- en schuldhulpverleningsbeleid 215 232 0

0

447
Wet Inburgering -588 370 0 0 -217
BUIG (bijstandslasten) 159 1.040 0 0 1.199
Personeel 488 0 0 0 488
Alleenverdienersproblematiek 168 0 0 0 168
Correctie aansluiting subadministratie -843 214 0 0 -630
Kwijtscheldingen 24 55 0 0 79
Correctie TOZO 0 468 0 0 468
Overig -11 58 0 0 48
Totaal 2.049
TOTAAL PROGRAMMA 1 3.824

 

Doelstelling 1.1 Bijdragen aan maatwerk in spelen en leren

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Nationaal Programma Onderwijs (NPO) (nadeel € 1.000) 
De gemeente heeft in 2022 de gehele Rijksbijdrage voor het Nationaal Programma Onderwijs ontvangen voor de periode 2022-2025. Dit geld mag tot en met juli 2025 worden besteed en zal naar verwachting geheel ingezet worden. 
De afwijking is voor de lasten een nadeel (ten opzichte van begroot) van € 0,03 mln. en voor de baten een voordeel (ten opzichte van begroot) van € 0,02 mln.

Onderwijsachterstandenbeleid - rijksdeel (voordeel € 152.000) 
De afwijking op de baten is ontstaan door de lagere vaststelling in 2024 van een aantal verstrekte subsidies 2023 (€ 0,39 mln.). Daarnaast is er sprake van een hogere specifieke uitkering 2024 van het rijk (hoger dan begroot: € 0,17 mln.). Tenslotte is gebleken dat op de balanspost Vooruitontvangen een te hoog bedrag is opgenomen, dat wil zeggen € 0,25 mln. hoger dan maximaal met het rijk afgerekend zal worden. Dat bedrag valt vrij ten gunste van het rekeningresultaat. De afwijking van de lasten is met name veroorzaakt door een hoger bedrag aan verstrekte subsidies (€ 0,56 mln.) en hogere personeelslasten (€ 0,09 mln.). 

Onderwijsachterstandenbeleid - gemeentelijk deel (voordeel € 209.000) 
Het voordeel op de baten heeft betrekking op lager vastgestelde subsidies 2023 (dus een terugvordering) voor Gro-up en Junis kinderopvang (€ 0,105 mln.). Op de lasten doet zich een geringe onderschrijding voor (voordeel € 0,104 mln.).

Leerlingenvervoer (nadeel € 252.000)
Er is leerlingenvervoer als een kind niet zelfstandig naar school kan of omdat de school ver weg is.

Per augustus 2024 is de nieuwe aanbesteding ingegaan. Dit contract kent hogere tarieven. Daarnaast is een toename van het aantal leerlingen dat gebruik maakt van het leerlingenvervoer. Ten opzichte van vorig jaar zijn er ongeveer 100 unieke leerlingen bijgekomen. Dit heeft geleid tot een nadeel van € 0,25 mln.

Lokaal onderwijsbeleid (voordeel € 64.000)
De huurinkomsten / vergoeding servicekosten van kinderopvangvoorzieningen en brede school zijn hoger uitgevallen dan geraamd. Hierdoor is er een voordelig verschil ontstaan.

Huur- & lokaalvergoedingen Onderwijshuisvesting (voordeel € 215.000)
De te ramen huurinkomsten/servicekosten zijn niet volledig in de begroting opgenomen. Hierdoor is er een voordelig verschil ontstaan.

Onderhoud & beheer Onderwijsgebouwen (voordeel € 408.000)
De reservering voor groot onderhoud van tijdelijke onderwijsgebouwen is geactualiseerd. Dit betekent een lagere afstorting aan de egalisatieonderhoudsvoorziening ad. € 0,14 mln. Verder is er een voordeel ontstaan op de portefeuille onderwijsgebouwen ten aanzien van het onderhoud & beheer van per saldo € 0,27 mln.

Reserve Beeldende kunst Openbare Ruimte (voordeel € 154.000)
Gekoppeld aan de start van de nieuwbouw van schoolgebouwen vindt een afstorting plaats in de reserve beeldende kunst OR. Het gaat hier om de bouw van scholen volgens het Integraal Huisvestingplan Onderwijs waaronder het MBC-college. De geplande start van de bouw is naar achteren verschoven in de tijd. De afstorting schuift door naar het jaar waarin de bouwactiviteiten worden aangevangen.

Overig (voordeel € 5.000)
Per saldo een klein voordeel op de lasten (€ 6.000) en de baten (-€ 1.000).

Doelstelling 1.2 Beperken uitval in het onderwijs

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Voortijdig schoolverlaten / RMC (voordeel € 305.000)
De personeelslasten voor leerplicht en doorstroompunt vallen in 2024 lager uit door het verloop van personeel, onderbezetting en ziekteverzuim. Dit heeft geleid tot een voordeel aan de uitgavenkant van € 0,3 mln.

Overig (nadeel € 112.000)

Doelstelling 1.3 Bevorderen van een beter vestigings- en ondernemersklimaat

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Personeelslasten Economie (voordeel € 116.000)
De inzet van het personeel en de inhuurkrachten was lager en iets anders dan tijdens TB2 was voorzien en in het contract van de inhuurkrachten was opgenomen. Hierdoor is het in TB2 voorziene nadeel van € 0,3 mln. uitgekomen op een nadeel € 0,184 mln. Dit geeft ten opzichte van de begroting na wijziging een voordeel van € 0,116 mln. bij doelstelling 1.3. Tegen over dit voordeel staat een nadeel op personeelslasten bij doelstelling 1.4 van € 39.000.

Reclame-inkomsten en uitgaven (nadeel € 23.000)
De opbrengst reclame aan lichtmasten is door opzeggingen € 65.000 lager dan begroot. Daardoor behoefde er ook geen onderhoud plaats te vinden. Dit geeft per saldo een nadeel van € 23.000.

Overig (nadeel € 46.000)

Doelstelling 1.4 Bevorderen groei werkgelegenheid

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Personeelslasten Economie (nadeel € 39.000)
De inzet van het personeel en de inhuurkrachten was lager en iets anders dan tijdens TB2 was voorzien en in het contract van de inhuurkrachten was opgenomen. Hierdoor is het in TB2 voorziene nadeel van € 0,3 mln. uitgekomen op een nadeel € 0,184 mln. Dit geeft ten opzichte van de begroting na wijziging een voordeel van € 0,116 bij doelstelling 1.3. Tegen over dit voordeel staat een nadeel op personeelslasten bij doelstelling 1.4 van € 39.000.

Overig (voordeel € 29.000)

Doelstelling 1.5 Stimuleren duurzame arbeidsparticipatie

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Volwasseneneducatie (voordeel € 210.000)
Het WEB-budget is een regionaal rijksbudget, bedoeld voor de regionale aanpak van laaggeletterdheid. Zoetermeer is de contactgemeente van de regio en dus verantwoordelijk voor de financiële afwikkeling.

Voor 2024 hebben wij in totaal € 1,8 mln. aan rijksgeld ontvangen en € 0,4 mln. vanuit 2023 mogen meenemen (25% meeneemregel). Het besteedbaar budget was daarmee € 2,2 mln. 
Dit budget is niet geheel gebruikt. Een reden is dat een aantal gemeenten hun deel van het regionale budget niet volledig ingezet heeft. 
Er is uiteindelijk € 1,7 mln. besteed. Van wat er over is, mogen we 25% meenemen naar 2025 (€ 0,45 mln.) en wordt er € 0,05 mln. door het Rijk teruggevorderd. 

Het nadeel op de baten ten opzichte van de begroting bedraagt in totaal € 0,10 mln., met name als gevolg van de lagere uitgaven (lager dan geraamd). Doordat als gevolg hiervan de ontvangen baten deels worden doorgeschoven naar 2025, ontstaat er per saldo een nadeel ten opzichte van de begroting. Daarnaast zijn er niet geraamde inkomsten als gevolg van lagere subsidievaststellingen 2023.
Het voordeel op de lasten ten opzichte van de begroting bedraagt in totaal € 0,31 mln. als gevolg van lagere uitgaven.

Arbeidsmarktregio/RMT (voordeel € 547.000)
De gemeente Zoetermeer ontvangt en beheert als centrumgemeente van de arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal de door het Rijk beschikbaar gestelde middelen voor de regio. Vanuit de decentralisatie-uitkering worden structurele kosten gemaakt om de regiefunctie uit te voeren (programmamanager, programmasecretaris) en de publieke werkgeversdienstverlening (WSP, social return) vorm te geven. Daarnaast zijn er incidentele middelen om dienstverlening aan inwoners vorm te geven (psychisch beperkten, arbeidsbeperkten, jongeren, en statushouders). 

De besteding van deze middelen wordt bepaald in overleg met de regionale partners en wordt vastgelegd in het jaarlijks op te stellen Uitvoeringsplan ZHC. In TB2 is melding gedaan van een verwachte onderbesteding van de beschikbare middelen. Ten opzichte van dat bericht vallen de kosten lager uit dan ingeschat. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door het vertraagd invullen van openstaande vacatures en het herfaseren van (deel-)projecten.

Omdat de gemeente deze middelen namens de regionale samenwerking beheert (en daarmee dus niet vrij besteedbaar zijn) wordt met deze jaarrekening een voorstel gedaan tot een voorlopige bestemming van het resultaat. In TB2 is al een afwijking gemeld van € 1,92 mln. voordelig. Dit brengt het totale over te hevelen bedrag van 2024 naar 2025 op € 2,44 mln. 

Zoetermeer 2040 en gebiedsontwikkelingen (voordeel € 113.000)
In de programmabegroting 2024-2027 is voor de jaarschijven 2024 en 2025 € 0,213 mln. gealloceerd aan de inzet van extra beleidsadviseurs om nieuwe kennis en werkwijzen te ontwikkelen voor Zoetermeer 2040. Inzet hierbij is om nieuwe expertise en werkprocessen te ontwikkelen om de samenhang en bundeling tussen het fysiek en sociaal domein tot stand te brengen. De middelen zijn in 2024 niet besteed. Met deze jaarrekening wordt een voorstel gedaan tot een voorlopige bestemming van het resultaat. In TB2 is al een afwijking gemeld van € 0,1 mln. voordelig.

Arbeidstoeleiding PrO-vso ZHC 23-25 (nadeel € 171.000)
De gemeente Zoetermeer ontvangt uit het Europees Sociaal Fonds Plus middelen voor de integrale begeleiding van leerlingen in het Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) en het Praktijkonderwijs (PrO) richting de arbeidsmarkt. De projectperiode is 1 augustus 2023 t/m 31 juli 2025. In boekjaar 2024 heeft een tussentijdse verrekening plaatsgevonden met de Pro/VSO-scholen, waardoor de lasten € 0,17 mln. hoger liggen dan begroot. De eindafrekening zal in boekjaar 2025 plaatsvinden. 

Doelstelling 1.6 Voorzien in noodzakelijke middelen van bestaan

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring


Gemeentelijke armoede- en schuldhulpverleningsbeleid (voordeel € 447.000)
Het Rijk heeft de gemeente gevraagd te ondersteunen bij de maatregelen in het kader van de kinderopvangtoeslag (toeslagenaffaire). Dit beroep betreft enerzijds zaken in de uitvoering en anderzijds het kwijtschelden van gemeentelijke vorderingen op de betreffende groep ouders. Deze uitgaven worden vergoed door het Rijk, wat leidt tot hogere inkomsten. Hogere uitgaven t.b.v. de toeslagenaffaire leiden op zijn beurt weer tot lagere uitgaven voor bijzondere bijstand in de vorm van individuele verstrekkingen en scholingsbijdragen.

Bovenstaande leidt tot een voordeel aan de uitgavenkant van € 0,22 mln., en een voordeel aan de inkomstenkant van € 0,23 mln. 

Wet Inburgering (nadeel € 217.000)
De hogere lasten ten opzichte van de begroting zijn te verklaren doordat € 0,6 mln. meer is uitgegeven aan inburgeringstrajecten. Gemeenten ontvangen via een Specifieke Uitkering van het Ministerie van SZW-middelen voor de bekostiging van de inburgeringsvoorzieningen. Ook de baten zijn hiermee € 0,6 mln. hoger dan begroot.

Daarnaast is geconstateerd dat de inkomsten in de jaarrekening 2023 voor € 0,217 mln. te hoog zijn gerapporteerd. De (boekhoudkundige) correctie hiervan zorgt in 2024 voor een nadeel van € 0,217 mln. aan de batenzijde.

BUIG & Bbz (Bijstand) (voordeel € 1.199.000)
De gebundelde uitkering Participatiewet, ook wel genoemd de BUIG, wordt door het Rijk uitgekeerd aan de gemeente en bestaat uit vijf uitkeringen. De totale omvang van de BUIG voor de gemeente Zoetermeer was € 52,9 mln. in 2024. De uitkering participatiewet (PW) is de voornaamste en beslaat ongeveer 95% van de BUIG; hiervan betaalt de gemeente de reguliere bijstandsuitgaven. Daarnaast zijn in volgorde van omvang aflopend:

  • Loonkostensubsidie
  • Inkomensondersteuning arbeidsongeschikte werknemers (IOAW)
  • Inkomensondersteuning arbeidsongeschikte zelfstandigen (IOAZ)
  • Besluit bijstandsverlening zelfstandigen levensonderhoud (Bbz)

In 2025 is er € 0,16 mln. minder uitgegeven dan begroot en € 1,04 mln. meer binnengekomen dan begroot. Per saldo leidt dit tot een voordeel voor de gemeente Zoetermeer van € 1,20 mln. Dit verschil wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een loon- en prijsbijstelling van de BUIG (prijsverschil).

Personeel (voordeel € 488.000)
Dit voordeel wordt verklaard door ziekengelduitkering van het UWV van € 0,192 mln. waarmee in de begroting geen rekening was gehouden. De overige € 0,3 mln. is een meevaller op de personeelsbegroting van SHV en JGH. 

Alleenverdienersproblematiek (voordeel € 168.000)
In de septembercirculaire 2024 heeft het Rijk middelen beschikbaar gesteld aan gemeenten om financiële ondersteuning te bieden aan huishoudens die als gevolg van de alleenverdienersproblematiek in 2023 en 2024 onder het bestaansminimum uitkomen. De middelen zijn in 2024 nog niet besteed.

Correctie aansluiting sub-administratie (nadeel € 630.000)
Bij de controle van de jaarrekening 2023 heeft de accountant van de gemeente Zoetermeer aan aansluitverschil geconstateerd tussen de hoofdadministratie (bedrijf 10) en de sub-administratie van het sociaal domein (bedrijf 40). Dit betrof een verschil van ongeveer € 0,84 mln. In 2024 is de oorzaak van het ontstaan van dit verschil uitgezocht en gecorrigeerd. De correctieboeking zorg per saldo voor een (boekhoudkundig) nadeel van € 0,63 mln.

Kwijtscheldingen (voordeel € 79.000)
Het aantal kwijtscheldingsaanvragen is ten opzichte van vorig jaar licht gedaald met ongeveer 3%. Daarnaast heeft de verhoging van de kwijtscheldingsnorm vorig jaar niet geleid tot de verwachte meerkosten waarvoor een correctie is gemaakt. Per saldo zijn de kosten € 0,046 mln. lager uitgevallen dan geraamd. De inkomsten hebben betrekking op de 'Regeling specifieke uitkering kwijtschelding gemeentelijke belastingen (C62)'. In totaal € 0,033 mln.

Correctie Tozo (voordeel € 468.000)

De Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) was een regeling bedoeld om zelfstandig ondernemers te ondersteunen tijdens de coronacrisis. Het voorzag in een aanvullende uitkering voor levensonderhoud wanneer het inkomen door de coronacrisis tot onder het sociaal minimum daalde, en een lening voor bedrijfskapitaal om liquiditeitsproblemen op te vangen die ontstonden door de coronacrisis. Indien mogelijk worden deze leningen door zelfstandig ondernemers aan de gemeente afgelost. Het Rijk staat garant voor deze leningen, wat betekent dat aflossingen (grotendeels) terug worden betaald aan het Rijk. 

Bij de jaarrekening 2024 is geconstateerd dat de terugbetalingen aan het Rijk in 2022 en 2023 boekhoudkundig niet goed zijn verwerkt. De correctie hiervan levert in 2024 een voordeel op van € 0,47 mln.

Overig (voordeel € 47.000)

Programma 2 Samen leven en ondersteunen

Financieel overzicht Programma 2

Financiële verschillen programma 2

Terug naar navigatie - Financiële verschillen programma 2

Bedragen x € 1.000

 

Afwijking lasten

Afwijking baten Toevoeging reserve Onttrekking reserve Saldo
Doelstelling 2.1 Bevorderen vroegtijdige, toegankelijke, passende en effectieve jeugdhulp
Preventie 120       120
Specialistische jeugdhulp 4.048 229     4.277
Voorziening JeugdhulpPlus   499     499
Integrale Vroeghulp 125       125
Vrij besteedbaar budget JGH 182       182
Jeugdhulpvervoer -470       -470
Crisisorganisatie 261       261
Programma Toekomstbestendige Jeugdhulp 720       720
Btw GR Servicebureau en Veilig Thuis 142       142
Personeelskosten -330 48     -282
Overige 66 22   36 124
Totaal 5.698
 
Doelstelling 2.2 Bevorderen meedoen aan de samenleving en zelfstandig wonen
SIF-project Preventie in de praktijk 112 0 0 -112 0
Noodopvang Oekraïne 500 586 0 0 1.086
Noodopvang statushouders 200 0 0 0 200
Formatie en inhuur Wmo -1.035 0 0 0 -1.035
Wmo huishoudelijke ondersteuning en maaltijdvoorziening 255 0 0 0 255
Wmo hulpmiddelen en woningaanpassingen  591 0 0 0 591
Wmo Begeleiding (Toekomst Sociaal Domein) en persoonsgebonden budget Begeleiding  -671 0 0 0 -671
Overige -60 54 0 -44 -50
Totaal 376
 
Doelstelling 2.3 Bevorderen gezondheid, veiligheid en welbevinden
SPUK GALA  300 -300 0 0 0
Overige  99 -2 0 0 97
Totaal 97
TOTAAL PROGRAMMA 2 6.171

 

Doelstelling 2.1 Bevorderen vroegtijdige, toegankelijke, passende en effectieve jeugdhulp

Doelstelling 2.2 Bevorderen meedoen aan de samenleving en zelfstandig wonen

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Project Sociaal Innovatie Fonds Preventie in de praktijk (saldo € 0)
Voor het project Preventie in de praktijk zijn minder casussen behandeld dan gepland omdat het eigen maken van de methodiek meer tijd heeft gekost. Hierdoor is de planning verschoven en zal het restant benodigd zijn in 2025.

Voor het project was in 2024 € 0,3 mln. geraamd. In werkelijkheid bedragen de lasten ongeveer € 0,19 mln. De lasten zijn dus € 0,11 mln. lager dan begroot. Als gevolg hiervan is de onttrekking aan de reserve Sociaal Innovatiefonds eveneens € 0,11 mln. lager dan begroot. De verschillen op de lasten en de baten vallen tegen elkaar weg.

Noodopvang Oekraïners (voordeel € 1.086.000)
Op de noodopvang van de ontheemde Oekraïners is een (aanvullend) voordeel behaald van € 1,086 mln. Het totale voordeel bedraagt hiermee € 5,4 mln. Dit komt ten gunste van het rekeningsaldo van de gemeente. De lagere kosten van € 0,5 mln. zijn vooral ontstaan door de verminderde uitkering van leefgeld. Dit komt omdat meer ontheemden werk hebben dan voorzien en voor de werkenden geen levensonderhoud behoeft te worden verstrekt. De gemeente ontvangt voor de opvang van het rijk een normvergoeding. Het rijk heeft deze in 2024 van € 82 naar € 61 per bed per dag verlaagt. De normvergoeding van het rijk voor de gemeente pakt in totaal door de vergoeding voor het leefgeld per saldo hoger uit dan verwacht. Daarnaast is de beschikbare capaciteit door een herschikking iets verhoogd. Dit geeft samen een aanvullend voordeel van € 0,5 mln. 

Noodopvang statushouders (voordeel € 200.000)
Sinds 2021 vangen we op verzoek van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) statushouders en asielzoekers op in de toen leegstaande Penitentiaire Inrichting (PI) in Zoetermeer. De gemeente ontvangt hiervoor een vaste vergoeding van € 0,28 mln. De gemeente is verantwoordelijk voor o.a. het garanderen van de openbare orde en de veiligheid, de inrichting van de onderwijsvoorzieningen, de handhaving van de leerplicht, de publieke gezondheidszorg en de jeugdhulpverlening. Hiervoor is een budget van € 0,2 mln. beschikbaar. In 2024 behoefde er geen gebruik te worden gemaakt van dit budget en dat geeft een voordeel van € 0,2 mln. Het gebruik is ook situatieafhankelijk en hangt samen met de samenstelling en het totaal van de opgevangen groepen. 

Formatie en inhuur Wmo (nadeel € 1.035.000)
Het nadeel van € 1,0 mln. op de personele kosten en specifiek inhuur wordt veroorzaakt door personeelsverloop, ziekteverzuim en de noodzaak om vervanging in te zetten. Daarnaast is extra personeel ingezet om te waarborgen dat Wmo-meldingen binnen de wettelijke termijnen worden opgepakt. De instroom van Wmo aanvragen blijft hoog, met gemiddeld 100 meldingen per week, en de aanvragen worden steeds complexer, wat de afhandeltijd verlengt. Door krapte op de arbeidsmarkt is het lastig om specialistische vacatures in te vullen, waardoor inhuur noodzakelijk blijft om de continuïteit te waarborgen. De toenemende werkdruk op Wmo-consulenten wordt verder versterkt door factoren zoals de woningnood en de decentralisatie van beschermd wonen, wat structurele extra capaciteit vereist. In TB2 is een nadeel van € 0,32 mln. gemeld.

Wmo huishoudelijke ondersteuning en maaltijdvoorziening (voordeel € 255.000)
De huishoudelijke ondersteuning is de meest gebruikte voorziening binnen de Wmo. Het budget bedraagt € 13,8 mln. (inclusief PGB). In TB2 is een melding gemaakt van € 1,5 mln. voordeel. Er is een groei van het aantal aanvragen huishoudelijke ondersteuning maar tegelijkertijd was de begroting 2024 aan de ruime kant waardoor er opnieuw een overschot is ontstaan van € 0,46 mln. Daarnaast zijn in 2024 alle achterstanden weggewerkt, waardoor de kosten niet meteen in 2024 tot uitdrukking komen.

Binnen de raamovereenkomst huishoudelijke ondersteuning viel ook de maaltijdvoorziening. Het omvat ondersteuning bij het bereiden en nuttigen van maaltijden aan kwetsbare inwoners die dit door hun beperking niet zelfstandig kunnen. In 2024 is de maaltijdvoorziening tijdelijk losgekoppeld van de raamovereenkomst omdat er geen aanbieder meer was die onder de huidige voorwaarden en tarieven kon leveren. Dit duurt tot de start van de nieuwe raamovereenkomst huishoudelijke ondersteuning in november 2025. In 2024 is er meer gebruik gemaakt (€ 0,39 mln.) van deze voorziening dan vooraf was begroot (€ 0,19 mln.). Daarnaast is deze ondersteuning tijdsintensief en relatief duur, waardoor de kosten daarmee snel oplopen. Dit heeft geleid tot een nadeel van € 0,2 mln. De overschrijding op de maaltijdvoorziening en het overschot op de huishoudelijke ondersteuning verklaart het totale voordeel van € 0,26 mln. 

Wmo hulpmiddelen en woningaanpassingen (voordeel € 591.000)
De Wmo hulpmiddelen, zoals een rolstoel of scootmobiel, worden ingezet om beperkingen in de zelfredzaamheid of participatie van een cliënt te verminderen. Het budget bedraagt € 2,3 mln. In TB2 is een overschot gemeld van € 0,3 mln. In werkelijkheid is minder uitgegeven omdat er minder dure voorzieningen zijn verstrekt. Het voordeel is € 0,36 mln.

Ook de woningaanpassingen hebben het doel om de zelfredzaamheid van mensen met een hulpvraag of beperking te verbeteren door (langer) zelfstandig thuis te wonen. Omdat het daadwerkelijk aantal aanvragen voor woningaanpassingen en de toekenning daarvan moeilijk te voorspellen is, is het structurele budget van de woningaanpassingen van € 1,5 mln. gebaseerd op de realisatie van de afgelopen vijf jaren. Tussentijds wordt een inschatting gemaakt van de nog te verwachten kosten en wordt de begroting bijgesteld. Dit is in TB2 gebeurd waar een overschrijding is gemeld van € 0,3 mln. In werkelijkheid zijn de kosten lager uitgevallen omdat er minder woningaanpassingen zijn geïndiceerd. Dit heeft geleid tot een voordeel van €0,24. Het totale voordeel van de hulpmiddelen en de woningaanpassingen samen geeft een voordeel van € 0,59 mln.

Wmo Begeleiding (Toekomst Sociaal Domein) en persoonsgebonden budget Begeleiding (nadeel € 671.000)
De maatwerkvoorzieningen voor begeleiding, dagbesteding en kortdurend verblijf zijn per 1 januari 2024 opnieuw regionaal ingekocht met vier gemeenten onder de naam Toekomst Sociaal Domein (TSD). Het budget TSD (€ 0,97 mln.) wordt overschreden met € 0,58 mln. In TB2 is een nadeel gemeld van € 0,3 mln. De forse toename van het aantal klanten begeleiding in 2024 ten opzichte van 2023 verklaart het tekort op het budget. Daarnaast is er sprake van hogere tarieven. 

De forse stijging bij de ZIN (Zorg in Natura) Begeleiding cliënten, is niet geconstateerd bij het aantal PGB Begeleiding cliënten. In TB2 is een voordeel gemeld van € 0,5 mln. Het regulier aanbod van begeleiding is vergroot, zoals via InZet (algemene voorziening). Dit maakt dat de kosten PGB Begeleiding teruglopen. De verwachting van de afname van het aantal PGB klanten in 2024 was alleen te hoog ingeschat. Dit heeft geleid tot een nadeel op de PGB Begeleiding van € 0,1 mln. Het totale nadeel op de maatwerkvoorzieningen ZIN en PGB is € 0,67 mln.

Overige (nadeel € 50.000)

Doelstelling 2.3 Bevorderen gezondheid, veiligheid en welbevinden

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Uitgaven en inkomsten op grond van de specifieke uitkering Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA ) (saldo € 0) 
In het kader van het Gezond en Actief Leven Akkoord is de samenwerking tussen het sociaal domein, het fysieke domein en sport verstevigd. De nota Gezondheidsbeleid 2024 - 2027 heeft daaraan richting gegeven.
De specifieke uitkering GALA 2024 bedroeg afgerond € 2,0 mln. Hiervan had € 0,7 mln. betrekking op het hoofdthema Sport, cultuur en bewegen (zie programma 4 Vrije Tijd) en € 1,3 mln. op de hoofdthema's Gezondheid en sociale basis en Ondersteunende onderdelen. Aan laatstgenoemd bedrag is € 0,22 mln. toegevoegd dat over was van het jaar 2023 en € 0,06 mln. indexatie 2024. Totaal beschikbaar voor 2024: € 1,58 mln.
Van laatstgenoemde bedrag is in 2024 € 1,23 mln. aangewend. Vooral vanwege een gebrek aan capaciteit konden bepaalde zaken niet worden uitgevoerd, waardoor er een budgettair saldo is op GALA. Er vloeit € 0,35 mln. terug naar het rijk.

Overige verschillen (voordeel € 97.000)

Programma 3 Leefbaarheid, duurzaam en groen

Financieel overzicht Programma 3

Financieel overzicht

Terug naar navigatie - Financieel overzicht
Bedragen x €1.000
Programma 3 Leefbaarheid, duurzaam en groen Primitieve begroting Begroting na wijziging Jaarrekening Saldo begroting na wijziging en jaarrekening
Lasten -69.102 -72.883 -68.404 4.479
Baten 34.500 36.217 37.486 1.270
Gerealiseerd saldo van baten en lasten -34.602 -36.666 -30.918 5.748
Toevoegingen 0 -184 -184 0
Onttrekkingen 5.489 3.250 2.218 -1.032
Mutaties reserves 5.489 3.066 2.034 -1.032

Financiële verschillen programma 3

Terug naar navigatie - Financiële verschillen programma 3

Bedragen x € 1.000

 

Afwijking lasten

Afwijking baten Toevoeging reserve Onttrekking reserve Saldo
Doelstelling 3.1 Bevorderen duurzame ontwikkeling
Afvalinzameling 169 525 0 0 694
Energiearmoede 840 -840 0 0 0
Tijdelijke regeling capaciteit decentrale overheden voor klimaat- en energiebeleid (CDOKE) 279 -279 0 0 0
Specifieke Uitkering Lokale Aanpak Isolatie 283 -283 0 0 0
Duurzaamheidsfonds 404 0 0 -404 0
Klimaatgelden 130 0 0 -130 0
Budget groen 201 0 0 0 201
Overig 44 3 0 0 47
Totaal 942
 
Doelstelling 3.2 Behouden aantrekkelijke & veilige openbare ruimte
Begraafplaatsen 150 64     214

 Adviescommissie bomen

100       100
Wegen klein onderhoud 430       430
Wegen groot onderhoud en vervanging -163       -163
Gladheidsbestrijding en ongedierte 340       340
Dagelijks onderhoud openbare ruimte 430       430
Riolering 115 267     382
Parkeren 57 590     647

Buitengym en verbetering schoolpleinen

226       226
Nazorg grondexploitaties  497     -497 0
Voorziening Europatunnel   1.248    

1.248

Overig -54 -25     -79
Totaal 3.775
TOTAAL PROGRAMMA 3 4.717

 

Doelstelling 3.1 Bevorderen duurzame ontwikkeling

Doelstelling 3.2 Behouden aantrekkelijke & veilige openbare ruimte

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Begraafplaatsen (voordeel € 214.000)
De onderhoudskosten vallen € 92.000 lager uit. Er was dit jaar minder onderhoud nodig dan begroot. Er is ook minder toegevoegd aan de voorziening Afkoopsommen onderhoud. Het voordeel bedraagt € 58.000.
De baten vallen € 64.000 hoger uit door voornamelijk een toename van het aantal begravingen en omdat er meer koopgraven zijn afgenomen.

Externe adviescommissie bomen (voordeel € 100.000)
In 2024 is uitvoering gegeven aan adviezen van de Externe Adviescommissie Bomen (EAB) op overlast van bomen. Het project Topaas is doorgeschoven naar 2025. Voorgesteld wordt om dit incidentele voordeel van € 0,1 mln. over te hevelen.

Klein onderhoud (voordeel € 430.000)
In 2024 zijn we nog niet toegekomen aan de geplande werkzaamheden voor het klein onderhoud van wegen. Hierdoor is een eenmalig voordeel ontstaan van € 0,43 mln. waarvan € 0,3 mln. in 2024 beschikbaar was voor schadeherstel als gevolg van de aanleg van glasvezelkabels. Voorgesteld wordt om dit bedrag (€ 0,3 mln.) over te hevelen naar 2026.

Groot onderhoud (nadeel € 163.000)
De geplande vervanging van wegen is vanwege de samenhang met de integraal geprogrammeerde projecten niet volledig uitgevoerd. Om de wegen veilig te houden is er meer groot onderhoud uitgevoerd dan gepland.

Gladheidsbestrijding en ongedierte (voordeel € 340.000)
Vanwege de zachte winter zijn minder uitgaven gedaan voor de gladheidsbestrijding. Daarnaast zijn er minder kosten voor de bestrijding van ongedierte gemaakt.

Dagelijks onderhoud openbare ruimte (voordeel € 430.000)
Voor het dagelijks integraal onderhoud van de wijken van Zoetermeer was in 2024 € 13,4 mln. beschikbaar. Door het doorschuiven van werkzaamheden is een voordeel ontstaan van € 0,43 mln.

Riolering (voordeel € 382.000)
Het voordeel van € 0,382 mln. op riolering bestaat uit de volgende onderdelen:

  • Toename van het aantal calamiteiten en werkzaamheden die hieruit voortkwamen (nadeel € 0,191 mln.);
  • De reiniging en inspectie van een aantal hoofdleidingen verschuiven van 2024 naar 2025 (voordeel € 0,115 mln.);
  • Voor het baggeren heeft de gemeente een overeenkomst met de waterschappen. Doordat de waterschappen minder bagger werkzaamheden hebben uitgevoerd is er onderschrijding (voordeel € 0,167 mln.);
  • Hogere opbrengsten uit de rioolheffing (voordeel € 0,257 mln.);
  • Overige voor- en nadelen (voordeel € 34.000). 

Parkeren (voordeel € 647.000)
In 2024 is een nieuwe aanbesteding gedaan voor parkeerbeheer, waarbij gestart is met de inzet van een scanauto voor handhaving. Deze aanbesteding levert een voordeel op van € 57.000 op de lasten. De inkomsten zijn € 0,59 mln. hoger uitgevallen. Door het inzetten van de scanauto is het betaalgedrag verbeterd en is het aantal uitgegeven vergunningen, ontheffingen en naheffingen toegenomen.

Nazorg grondexploitaties (saldo € 0)
De reserve voor de nazorg van afgesloten grondexploitaties is bedoeld voor de laatste aanpassingen in openbare ruimte. In 2024 is een onttrekking aan de reserve gedaan van € 0,103 mln. Hierdoor blijft € 0,497 mln. in de reserve. 

Buitengym en verbetering schoolpleinen (voordeel € 226.000)
Voor het aanleggen van twee buitengymlocaties en de verbetering van schoolpleinen was in 2024 € 0,27 mln. beschikbaar. Hiervan is € 44.000 uitgegeven. 

Vrijval voorziening tunnelbak Europaweg (voordeel € 1.248.000)

De uitvoering van urgent groot onderhoud was voorzien in 2024 maar er is, gezien de belangrijke verkeerskundige functie voor gekozen om de constructieve werkzaamheden te combineren met overige groot onderhoud werkzaamheden ( o.a. asfaltering) in 2025. Hierdoor zullen de werkzaamheden maar eenmalig overlast geven. Voor het bedrag dat vrijvalt uit de voorziening wordt een voorstel tot resultaatbestemming gedaan.

Overig (nadeel € 79.000)

Programma 4 Vrije tijd

Financieel overzicht Programma 4

Financieel overzicht

Terug naar navigatie - Financieel overzicht
Bedragen x €1.000
Programma 4 Vrije tijd Primitieve begroting Begroting na wijziging Jaarrekening Saldo begroting na wijziging en jaarrekening
Lasten -35.713 -37.408 -36.295 1.113
Baten 11.788 10.937 10.724 -214
Gerealiseerd saldo van baten en lasten -23.925 -26.471 -25.572 899
Toevoegingen 0 0 0 0
Onttrekkingen 75 339 317 -23
Mutaties reserves 75 339 317 -23

Financiële verschillen programma 4

Terug naar navigatie - Financiële verschillen programma 4

Bedragen x € 1.000

 

Afwijking lasten

Afwijking baten Toevoeging reserve Onttrekking reserve Saldo
Doelstelling 4.1 Bevorderen laagdrempelig toegankelijke culturele en sportvoorzieningen
Subsidieregeling Impuls jongerencultuur Zoetermeer 55 -55     0
Erfgoedcentrum/Stadslobby 183       183

Voorziening grootonderhoud

  -617     -617
Toegankelijkheid vastgoed 229       229
Huurinkomsten sportvoorzieningen   409     409
Overige 77 14   -7 84
Totaal 288
 
Doelstelling 4.2 Bevorderen levendige stad
Deze zomer naar het zwembad 355       355
Brede SPUK (buurtsportcoaches) 155       155
Overige 60 36   -16 80
Totaal 600
TOTAAL PROGRAMMA 4 877

 

Doelstelling 4.1 Bevorderen laagdrempelig toegankelijke culturele en sportvoorzieningen

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Subsidieregeling Impuls jongerencultuur Zoetermeer (saldo € 0)
Met deze regeling stimuleert het College cultuurdeelname door jongeren tussen de 14 en 27 jaar. De subsidietermijn is door het Rijk met een jaar verlengd. De beschikbare middelen zijn niet volledig besteed hierdoor ontstaat er een voordeel van € 0,055 mln. op de uitgaven en een nadeel van hetzelfde bedrag op de baten. 

Erfgoedcentrum/Stadslobby (voordeel € 183.000)
De ontwikkeling van de locatie Brusselstraat met daarin opgenomen een erfgoedcentrum (ook wel Stadslobby genoemd) als onderdeel van het project Modernisering Brandweerkazerne is nog niet begonnen. Daardoor is op het budget van het erfgoedcentrum/stadslobby een voordeel behaald. 

Vrijval voorziening grootonderhoud (nadeel € 617.000)
De voorziening grootonderhoud gebouwen bestaat uit twee delen: schoolgebouwen en overige gebouwen. In de begroting was een vrijval geraamd van € 0,62 mln. vanuit de voorziening overige gebouwen. Deze bleek niet nodig.

Toegankelijkheid vastgoed (voordeel € 229.000)
Het voordeel van € 0,23 mln. komt door een onderbesteding op de Toegankelijkheidsmiddelen. Omdat om het eenmalige middelen gaat, wordt hiervoor een voorstel gedaan tot budgetoverheveling zodat de werkzaamheden in 2025 kunnen worden afgerond.

Huurinkomsten sportvoorzieningen (€ 409.000)
In de begroting 2024 waren de volledige huurinkomsten van het nieuwe zwembad de Watergeus nog niet opgenomen. 

Overige verschillen (voordeel € 84.000)

Doelstelling 4.2 Bevorderen levendige stad

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Deze zomer naar het zwembad (voordeel € 355.000)
Samen met de exploitant van zwembad De Watergeus is motie 2306-46a uitgevoerd: Deze zomer naar het zwembad. Voor de zomervakantie ontvingen alle huishoudens een brief met gratis zwemkaartjes. Hier is weinig gebruik van gemaakt, vandaar dat de kaartjes ook komend jaar nog enkele maanden ingewisseld kunnen worden. Op basis van de begrote € 0,6 mln. en de voorschotnota € 0,245 mln. ontstaat er dit jaar een voordeel van € 0,355 mln. Omdat we nog kosten kunnen verwachten, stellen we een voorstel tot budgetoverheveling voor.

Brede SPUK buurtsportcoaches (voordeel € 155.000)
Een aantal uitkeringen zijn door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport gebundeld in één brede ‘specifieke uitkering’ (Brede SPUK). Gemeenten kunnen dit geld inzetten voor het aanmoedigen van gezondheid, sport en bewegen, valpreventie en het versterken van de sociale basis. De Buurtsportcoaches hebben een bijdrage aan een aantal thema’s geleverd. Een aantal van de thema’s zijn in programma 2, doelstelling 2.3 opgenomen. Hierdoor ontstaat er een voordeel van €0,155 mln. op de personeels uitgaven in programma 4.

Overig (voordeel € 80.000)

Programma 5 Veiligheid

Financieel overzicht Programma 5

Financiële verschillen programma 5

Terug naar navigatie - Financiële verschillen programma 5

Bedragen x € 1.000

 

Afwijking lasten

Afwijking baten Toevoeging reserve Onttrekking reserve Saldo
Doelstelling 5.1 Bevorderen van de veiligheid in de woning
Bijdrage kwartiermaker digitale criminaliteit       -81 -81
Overig -43       -43
Totaal -124
 
Doelstelling 5.2 Bevorderen /behouden veiligheid en leefbaarheid in de wijk
Inzet handhaving -125       -125
Overig -23 -77     -100
Totaal -225
 
Doelstelling 5.3 Behouden veiligheid in de stad
Loonkosten ten laste van Subsidies

416

      416
Nog niet bestede subsidie 132 -132     0
Nog niet bestede middelen Social Hub 114       114

Subsidie HIC (High Impact Crime)

111 111     222
Bijdrage Veiligheidsregio Haaglanden 95       95
Overig 1 -111     -110
Totaal 737
TOTAAL PROGRAMMA 5 388

Doelstelling 5.1 Bevorderen van de veiligheid in de woning

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Bijdrage kwartiermaker digitale criminaliteit (nadeel € 81.000)
De bijdrage voor de kwartiermaker digitale criminaliteit zal worden doorgeschoven naar 2025.

Overig (nadeel € 43.000)

Doelstelling 5.2 Bevorderen /behouden veiligheid en leefbaarheid in de wijk

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Inzet handhaving (nadeel € 125.000)
Vanwege het tijdelijk moeten inhuren op formatie zijn de lasten voor inzet personeel wat hoger uitgevallen.

Overig (nadeel € 100.000)

Doelstelling 5.3 Behouden veiligheid in de stad

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Loonkosten ten laste van Subsidies (voordeel € 416.000)
Door het aantrekken van een aantal subsidies (zoals Social Hub en Preventie Met Gezag) konden de loonkosten ten laste van deze subsidies worden gebracht.

Nog niet bestede subsidie (saldo € 0)
Door nog niet bestede subsidie (Preventie met Gezag) is er een voordeel op de lasten en nadeel op de baten. Per saldo neutraal

Nog niet bestede middelen Social Hub (voordeel € 113.000)
De middelen voor het realiseren van een Social Hub zijn dit jaar niet volledig ingezet. De planning voor realisatie in 2025 zal wel gehaald worden. De middelen worden via een budgetoverhevelingsvoorstel overgeheveld naar 2025

Subsidie HIC (High Impact Crime (voordeel € 222.000)
De toekenning van de middelen HIC (High Impact Crime) is in 2025 binnengekomen. De uitvoering vond al plaats in 2024. Ook hier konden loonkosten ten laste van deze subsidie worden gebracht. Bij het 1e Tussenbericht zal het totaal van deze subsidie gemeld worden.

Bijdrage Veiligheidsregio Haaglanden (voordeel € 95.000)
De bijdrage aan de Veiligheidsregio Haaglanden van € 11,2 mln. is iets lager uitgevallen.

Overig (nadeel € 110.000)

Programma 6 Dienstverlening en participatie

Financieel overzicht Programma 6

Financiële verschillen programma 6

Terug naar navigatie - Financiële verschillen programma 6

Bedragen x € 1.000

 

Afwijking lasten

Afwijking baten Toevoeging reserve Onttrekking reserve Saldo
Doelstelling 6.1 Continueren klanttevredenheid
Legesopbrengsten   -1.844     -1.844
Burgerzaken 85 94   18 197
Voorbereiding omgevingswet 259       259
Totaal -1.388
 
Doelstelling 6.2 Bevorderen van de participatie
Griffie 257       257
Functioneren bestuur -604 46     -558
Vrije beleidsruimte Raad 246       246
Vrije beleidsruimte College 152       152
Totaal 97
TOTAAL PROGRAMMA 6 -1.290

 

Doelstelling 6.1 Continueren klanttevredenheid

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Legesopbrengsten (nadeel € 1.844.000)
Voor het afhandelen van Omgevingsvergunningen worden leges ontvangen. Er is een nadeel van € 1,8 mln. (hiervan is € 1 mln. gemeld in het memo financiële afwijkingen na TB2) . De belangrijkste reden is dat er minder vergunningen voor grote projecten zijn aangevraagd en verstrekt dan rekening mee was gehouden in de begroting. Wel zien we nu een stijging van het aantal projecten.

Burgerzaken (voordeel € 197.000)
Het aantal naturalisaties en aanvragen voor een persoonsdocument zijn hoger dan verwacht. Na aftrek van de afdrachten aan het Rijk en overige kosten die ook toerekenbaar zijn aan de leges, is het saldo op de leges bijna nul. Verder is een bedrag aan loonkostensubsidie ontvangen. Ook zijn sommige kosten lager uitgevallen onder meer bij verkiezingen en door kosten af te boeken die niet meer nodig zijn (realistisch begroten). Het resultaat is hierdoor € 0,2 mln. positief.

Voorbereiding Omgevingswet (voordeel € 259.000)
Op 1 januari 2024 is de omgevingswet in werking getreden. Voor de transitiefase is in 2024 een budget beschikbaar gesteld van € 0,46 mln. Door softwareproblemen is een vertraging ontstaan waardoor € 0,26 mln. niet is uitgegeven.
Voorgesteld wordt het voordeel van € 0,26 mln. via een resultaatbestemming over te zetten naar 2025.

Doelstelling 6.2 Bevorderen van de participatie

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Griffie (voordeel € 257.000 ) 
In de begroting is rekening gehouden met wettelijke vergoedingen en rechtspositieregelingen voor raadsleden. In 2024 is dit budget niet volledig gebruikt. Dit verklaart een groot deel van het overschot. Daarnaast is door een lagere bezetting gedurende het jaar ook een voordeel behaald op de personele inzet.

Voorziening wehouderspensioenen (nadeel € 558.000)
Op grond van de Wet Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa) is een voorziening is getroffen voor de pensioenverplichtingen aan wethouders. Het dalen van de verplicht te gebruiken rekenrente (DNB >25 jr) ten opzichte van 2023 betekent een extra storting in de voorziening wethouderspensioenen. Hierdoor is in 2024 een nadeel op de lasten van € 0,6 mln. Dit bedrag is gestort in de voorziening. Daarnaast is er een incidenteel voordeel € 50.000 door de bijdrage van acht gemeenten als gevolg van de New Town alliantie.

Vrije beleidsruimte Raad (voordeel € 246.000)
In 2024 is uitsluitend voor de moties 2306-11 'Bevordering van cyberveiligheid van onze ouderen' en 2306-13 'Bevordering van cyberveiligheid van onze jeugd' een beroep gedaan op het potje van de raad. Hierdoor is er een voordeel behaald van € 0,25 mln.

Vrije beleidsruimte College (voordeel € 152.000)
Er is geen gebruik gemaakt van het potje van het college in 2024.

Programma 7 Inrichting van de stad

Financieel overzicht Programma 7

Financieel overzicht

Terug naar navigatie - Financieel overzicht
Bedragen x €1.000
Programma 7 Inrichting van de stad Primitieve begroting Begroting na wijziging Jaarrekening Saldo begroting na wijziging en jaarrekening
Lasten -26.875 -41.554 -38.943 2.611
Baten 21.824 34.792 26.189 -8.603
Gerealiseerd saldo van baten en lasten -5.051 -6.762 -12.754 -5.992
Toevoegingen -3.891 -13.613 -18.273 -4.660
Onttrekkingen 2.248 14.551 18.764 4.213
Mutaties reserves -1.643 938 491 -447

Financiële verschillen programma 7

Terug naar navigatie - Financiële verschillen programma 7

Bedragen x € 1.000

 

Afwijking lasten

Afwijking baten Toevoeging reserve Onttrekking reserve Saldo
Doelstelling 7.1 Bevorderen passende woonruimte voor iedere Zoetermeerder
Woningbouwsubsidies 1.460 -1.460 0 0 0
Woonwagenhuisvesting 125 -11 0 0

114

Buitengebieden 76 0 0 0 76
Volkshuisvesting 52 0 0 0 52
Overig 72 -21 0 0 51
Totaal 293
 
Doelstelling 7.2 Bevorderen vernieuwende en gewenste functies voor stad en regio
Opstalovereenkomst -450 0 0 0 -450
Gemeentelijke eigendommen Grondzaken

185

87 0 0 272
Grondexploitaties en faciliterend grondbeleid 5.484

-7.047

-4.545 4.902 -1.206
Gebiedsprogramma Middengebied Entree -5.049 0 0 0 -5.049
Gemeenschappelijke regeling Bedrijvenschap Hoefweg 0 115 -115 0 0
Gebiedsprogramma Meerzicht -75 80 0 0 5
Strategische Agenda Zoetermeer 2040 677 24 0

-634

67
Kapitaallasten 66 0 0 0 66
Overig 53 -8 0 -55 -10
Totaal -6.305
 
Doelstelling 7.3 Bevorderen kwaliteit van gebouwde omgeving en publieke ruimte

Lasten Ruimtelijk beleid

72 0 0 0 72
Overig 73 -33 0 0 40
Totaal 112
 
Doelstelling 7.4 Behouden goede bereikbaarheid en bevorderen verkeersveiligheid
Overig 53 76 0 0 129
Totaal 129
 
Doelstelling 7.5 Overige
Diverse gemeentelijk vastgoed -310 -406 0 0

-716

Overig  49 0 0 0 49
Totaal -667
TOTAAL PROGRAMMA 7 -6.438

 

Doelstelling 7.1 Bevorderen passende woonruimte voor iedere Zoetermeerder

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Woningbouwsubsidies (saldo € 0)
Om de woningbouw te stimuleren is in de programmabegroting voor drie projecten een budget opgenomen van € 1,46 mln. met dekking vanuit subsidie van de provincie. De verschillende projecten zijn vertraagd. Het project Engelandlaan 140 wordt in 2025 opgeleverd, het project ’t Seghe Waert start in 2025 en het project Palenstein is wel gestart, maar de beschikking is nog niet opgemaakt en de uitbetaling geschiedt in 2025. Daardoor worden de subsidies pas in 2025 verstrekt. Dit geeft voor 2024 een voordeel op de kosten van € 1,46 mln. Hier staat een even hoog nadeel subsidieopbrengsten tegenover. In het Memo financiële afwijkingen na TB2 was een voordeel gemeld van € 1,21 mln.

Woonwagenhuisvesting (voordeel € 114.000)
De inzet van externe deskundigen en juristen op het woonwagendossier bedroeg € 0,16 mln. Dit geeft een voordeel van € 80.000. Onderzocht wordt of er een structureel element in dit voordeel zit. Op de woonwagenexploitatie is door lagere onderhoud en kapitaallasten (vanwege vertraging van de realisatie woonwagens) een voordeel van € 45.000 ontstaan. Hier staan ook lagere inkomsten tegenover € 11.000. 

Buitengebieden (voordeel € 76.000)
Op het werken aan de regionale groengebieden is een voordeel behaald van € 76.000. Het werken aan de gebieden geschiedt via verschillende samenwerkingsverbanden met regionale partners. Aandacht en capaciteit is gegaan naar de vernieuwing van de samenwerkingen en nieuwe afspraken over het investeren in middelen en capaciteit in deze gebieden. In november is een samenwerkingsovereenkomst door de Landschapstafel Duin Horst & Weide 2024-2028 getekend, met daaraan verbonden het Uitvoeringsprogramma 2024-2028. In dezelfde maand is het door het Bestuurlijk Overleg Bentwoud het Uitvoeringsprogramma Bentwoud 2024-2028 vastgesteld.

Volkshuisvesting (voordeel € 52.000)
In de begroting is budget vrijgemaakt voor de aanstelling van een tweede seniorenmakelaar. Deze is aangesteld in oktober. Dit geeft een voordeel van € 37.000. Daarnaast zijn er vanwege het lopende onderzoek van het programma woningbouw als aanjager geen onderzoeken uitgevoerd. Dit geeft een voordeel van € 15.000.

Overig (voordeel € 51.000)

Doelstelling 7.2 Bevorderen vernieuwende en gewenste functies voor stad en regio

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Opstalovereenkomst (nadeel € 450.000)
Voor de afwikkeling van een verlopen en niet verlengde opstalovereenkomst is op hoofdlijnen minnelijke overeenstemming bereikt met de eigenaar van het opstalrecht. Onderdeel van de afspraken is het betalen van een vergoeding van € 0,45 mln. door de gemeente. Bij de beëindiging van dit opstalrecht heeft de gemeente de verplichting om een vergoeding voor de waarde van achterblijvende opstallen te betalen. Het betreft een contractuele plicht die uit de wet voortvloeit. Het nadeel is gemeld in het Memo financiële afwijkingen na TB2.

Gemeentelijke eigendommen Grondzaken (voordeel € 272.000)
De gemeente heeft grond in haar bezit en voor de exploitatie (regulier beheer, advisering en begeleiding verkopen) is in 2024 een budget opgenomen van ongeveer € 2,60 mln. aan uitgaven en ongeveer € 3,18 mln. aan inkomsten. Het betreft structureel en incidenteel budget. Incidenteel is er een voordeel op inkomsten van € 87.000 gerealiseerd door een ontvangen reserveringsvergoeding op een perceel en een uitgekeerde vergoeding voor de brandschade bij een gemeentelijk pand. Aan de lastenkant is een voordeel gerealiseerd van € 0,185 mln. op loonkosten. Het in TB2 verwachte nadeel op loonkosten van € 0,3 mln. is lager uitgevallen.

Grondexploitaties en faciliterend grondbeleid (nadeel € 1.206.000)
Voor de uitvoering van het Grondbeleid is ongeveer € 23,1 mln. aan lasten en ongeveer € 23,8 mln. aan baten in de programmabegroting opgenomen. Het Grondbeleid wordt gevoerd om een programma (woningen, kantoren, voorzieningen en bedrijfsterreinen) te realiseren. De uitgangspunten hierbij zijn het rijks-, provinciale en regionale beleid en de gemeentelijke visie op het toekomstige ruimtelijk beleid. In de Nota Grondbeleid zijn de kaders en uitgangspunten weergegeven voor het grondbeleid van de gemeente.

Er is een relatie tussen de lasten, baten, mutaties in reserves en boekwaarde van de verschillende grondexploitaties (en faciliterend grondbeleid) op de balans. Het resultaat van de grondbedrijf functie is per saldo via een mutatie in de voorraad neutraal verwerkt, zodat de ontstane afwijkingen in de regel geen invloed hebben op het rekeningresultaat van de gemeente. Ook is er (jaarlijks) sprake van faseringsverschillen. De redenen zijn vaak divers en zijn vaak exogeen van aard. Met projectontwikkelaars is bijvoorbeeld een afnamecontract afgesloten, maar het tempo van de afname en daarmee de opbrengsten wordt door de ontwikkelaars zelf bepaald. Het effect van de faseringsverschillen is verwerkt in het Meerjarenperspectief Grondbeleid (MPG).

Het MPG bevat naast informatie over de voortgang, ook een actualisatie van de grondexploitaties, de resultaatprognoses en de risico’s. In het MPG is het effect van de werkelijke voortgang meegenomen. Het resultaat van de actualisatie van het MPG is verwerkt in de jaarrekening en komt tot uitdrukking in mutaties in reserves en de winstafdrachten en het al dan niet vrijvallen van (een deel) van voorzieningen en reserves. De verwerking van het resultaat is vastgesteld in de Nota Grondbeleid en gaat via vastgestelde stappen: in eerste instantie voor 50% toegevoegd aan de reserve Financiële Positie Grondbedrijf (FiPo) en voor 50% aan de Reserve Fonds Zoetermeer 2040. Vervolgens wordt de maximale omvang van de reserve Financiële Positie Grondbedrijf en de reserve risico's Ontwikkelingsbedrijf bepaald aan de hand van de benodigde weerstandscapaciteit. Het surplus wordt afgeroomd naar de Reserve Fonds Zoetermeer 2040. In de paragraaf Grondbeleid is een inhoudelijke toelichting opgenomen op de uitvoering van het grondbeleid.

Het nadelig resultaat ontstaat doordat er ook vennootschapsbelasting (Vpb) over het resultaat moet worden afgedragen aan het rijk. Hier staat eenzelfde voordeel tegenover dat verantwoord is bij het afzonderlijke onderdeel Vpb.

Baten
Het nadeel op de baten € 7,05 mln. bestaat uit een hogere mutatie in de voorraad onderhanden werken. Het verschil met de raming komt o.a. doordat de te verkopen gronden voor Dwarstocht, Voorweg Noord en voor de transformatorstations Stedin later worden geleverd dan verwacht. De hogere mutatie onderhanden werken houdt verband met lagere lasten. 

Lasten
Het voordeel op de lasten van € 5,5 mln. ontstaat doordat begrote werkzaamheden voor bouw- en woonrijpmaken doorschuiven naar een volgend boekjaar. Het faseringsverschil bij het bouw- en woonrijpmaken is onder meer ontstaan in de grondexploitatie Voorweg Noord, Dwarstocht en Palenstein. 

Onttrekkingen reserves
De reserve FiPo, reserve Fonds Zoetermeer 2040 en reserve risico's Ontwikkelingsbedrijf worden elk jaar herijkt op basis van een herziening van grondexploitaties. De herijking heeft geleid tot een afroming van de reserve FiPo en het Rif van totaal € 9,3 mln. en van de reserve risico's Ontwikkelingsbedrijf van € 0,4 mln. Begroot was € 4,8 mln. Er is een totaalvoordeel van € 4,9 mln. gerealiseerd.

Toevoeging en reserves
Op basis van het grondbeleid komt het resultaat van de grondexploitaties (de winstneming) voor 50% ten gunste van de reserve FiPo en voor 50% ten gunste van de reserve Fonds Zoetermeer 2040. De toevoegingen voor de reserve FiPo en Fonds Zoetermeer 2040 zijn € 4,5 mln. hoger dan begroot (nadeel). Dit komt grotendeels door de afroming van de reserve FiPo omdat de omvang van de weerstandscapaciteit lager is vastgesteld. De weerstandscapaciteit is lager vastgesteld vanwege bijstelling (verlaging) van de projectrisico's.

Gebiedsprogramma Middengebied Entree (nadeel € 5.049.000)
Vanaf maart 2021 zijn er voorbereidingskosten (VTA-kosten) gemaakt voor de planvorming en planologische procedure van Entree. Een belangrijk deel bestaat uit de kosten voor het maken van het exploitatieplan, de gebiedsbusinesscase, het schetsontwerp voor de openbare ruimte, de (ontwerp-)bestemmingsplanprocedure, de gebiedsmarketing en tenslotte de programmakosten in de periode 2021-2023. Diverse ontwikkelingen hebben ertoe geleid dat er in juni 2023 een pas op de plaats moest worden gemaakt en het plan voor Entree wezenlijk aangepast moest worden en onder de Omgevingswet kwam te vallen. Eind 2023 vervielen van rechtswege ook de afgesloten anterieure overeenkomsten en zijn nieuwe onderhandelingen met de grondeigenaren/ontwikkelaars gestart. Uit bespreking met de ontwikkelaars en onderzoek kwam naar voren dat de kosten die gemaakt zijn in de periode 2021 tot en met half 2023 niet verhaald konden worden waardoor er in de jaarrekening een afboeking heeft plaatsgevonden van in totaal ongeveer € 5 mln. De raad is hierover geïnformeerd met het raadsmemo afboeken plankosten bestemmingsplanprocedure Entree van 20 februari 2025. Het risico op afboeking is gemeld in de jaarrekening 2023.

Gemeenschappelijke regeling Bedrijvenschap Hoefweg (saldo € 0)
De looptijd van de gemeenschappelijke regeling (GR) Bedrijvenschap Hoefweg is per per 1 januari 2025 beëindigd. Het batig saldo is op basis van de statuten op basis van 50/50 verdeeld over de gemeenten Zoetermeer en Lansingerland. Het aandeel van de gemeente bedraagt € 3,965 mln. Dit is in overeenstemming met de besluitvorming gestort in de reserve Zoetermeer 2040. De werkelijke uitkering is € 0,115 mln. hoger ten opzichte van de melding in het 2e Tussenbericht. Hier staat een hogere storting tegenover.

Gebiedsprogramma Meerzicht (voordeel € 5.000)
Binnen de hoofdlijnen van het toekomstbestendige woningen, een veilige leefbare wijk en een verbeterde woonomgeving wordt de ontwikkeling voor Hart van Meerzicht uitgewerkt. Voor de kosten van een verkenning is subsidie verkregen. De extra kosten zijn deels gedekt vanuit de subsidie en deels vanuit de bestaande dekking. Dit geeft per saldo een voordeel van € 5.000. 

Strategische Agenda Zoetermeer 2040 (voordeel € 67.000)
Op de uitvoering van de Strategische Agenda Zoetermeer 2040 is ten opzichte van de eerdere melding in TB2 een verder voordeel ontstaan. Hierdoor schuift een deel van het werk door naar 2025. Voor 2024 geeft dit op de uitgaven een voordeel van € 0,677 mln. Daar tegenover staan hogere inkomsten van € 0,024 mln. en een lagere bijdrage van de reserve van € 0,634 mln. Dit per saldo een voordeel van € 67.000. De lagere uitgaven van € 0,677 mln. bestaan uit de volgende posten:

  • Ruimtelijke Strategie: voordeel € 0,244 mln.
  • Woningbouw als aanjager € 0,168 mln.
  • Onderzoekskosten € 55.000.
  • Relatiemanagement € 0,123 mln.
  • Nieuwe initiatieven: voordeel € 0,087 mln.

In 2024 is gewerkt aan de ontwikkeling van de Ruimtelijke Strategie Zoetermeer (RSZ) en zijn de opgaven per thema uitgewerkt. Hiervoor zijn de ‘Zoetermeerse principes’ opgesteld die vertaald zijn naar 7 richtinggevende uitspraken over de toekomst van de stad. Na vaststelling van deze principes is verder gewerkt aan de RSZ. Deze is uitgewerkt in tien strategische keuzes. Om hiertoe te komen zijn onderzoeken verricht en opdrachten uitgezet. Niet alles wat in 2024 was gepland is door de verschillende organisaties uitgevoerd. Dat zal in 2025 gebeuren. Naar verwachting wordt in het 3e kwartaal een eindresultaat ter besluitvorming aan de raad voorgelegd. Voor het programma woningbouw als aanjager behoefde niet alle budgetten voor onderzoek te worden aangewend. Het geplande participatietraject voor het ontwerp-Volkshuisvestingsprogramma geschiedt in 2025 wanneer dit ter inzage wordt gelegd. Daarna wordt nog een participatieverslag opgesteld. Op het budget onderzoekskosten strategische agenda is een voordeel ontstaan. Hiervoor zijn in 2024 al wel opdrachten verstrekt maar deze zijn nog niet allemaal afgerond. Dat gebeurt in 2025. Op relatiemanagement is de personele inzet beperkt gebleven. De gemeente was wel aanwezig op de landelijke vastgoed bijeenkomst en de bijeenkomsten voor de permanente markt dialoog zijn doorgegaan. Voor het budget nieuwe initiatieven geldt dat er in afwachting van beschikbare capaciteit in 2024 beperkt nieuwe initiatieven zijn opgestart. Er is onderzoek verricht en er zijn maatregelen genomen om de doorlooptijd te verkorten en belemmeringen voor een snelle doorstart weg te nemen. Daarmee wordt het proces effectiever en spelen we capaciteit vrij om nieuwe initiatieven op te pakken en daarmee de woningbouw te versnellen.

Kapitaallasten (voordeel € 66.000)
Vanwege uitgestelde investeringen is een voordeel behaald op het budget voor de kapitaallasten van € 66.000.

Overig (nadeel € 10.000)

Doelstelling 7.3 Bevorderen kwaliteit van gebouwde omgeving en publieke ruimte

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Lasten Ruimtelijk beleid (voordeel € 72.000)
In 2024 is minder gebruik gemaakt van de advisering van derden voor de algemene vergunningverlening. Dit geeft een voordeel van € 72.000.

Overig (voordeel € 40.000)

Doelstelling 7.4 Behouden goede bereikbaarheid en bevorderen verkeersveiligheid

Doelstelling 7.5 Overige

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Diverse gemeentelijk Vastgoed (nadeel € 716.000)
Leegstand van gemeentelijke commerciële panden aan het Stadhuisplein en het Rakkersveld leiden tot een verlies op huurinkomsten en servicekosten van € 0,406 mln.
Daarnaast zijn doordat de geplande investeringen achterliepen minder loonkosten verantwoord op projecten en werken voor derden. Deze verschuiving naar de exploitatie van de loonkosten betekent een nadeel van € 0,31 mln.

Overig (nadeel € 23.000)

Overhead

Financieel overzicht

Terug naar navigatie - Financieel overzicht
Bedragen x €1.000
Overhead Primitieve begroting Begroting na wijziging Jaarrekening Saldo begroting na wijziging en jaarrekening
Lasten -57.563 -54.454 -54.383 71
Baten 198 82 247 165
Gerealiseerd saldo van baten en lasten -57.365 -54.372 -54.136 236
Toevoegingen -290 -290 -290 0
Onttrekkingen 27 27 0 -27
Mutaties reserves -263 -263 -290 -27

Financiële verschillen Overhead

Terug naar navigatie - Financiële verschillen Overhead

Bedragen x € 1.000

 

Afwijking lasten

Afwijking baten Toevoeging reserve Onttrekking reserve Saldo
Loonkosten overhead 611 76     687
Personeelsvergoedingen: woon-werkverkeer 176       176
Informatisering en Automatisering 147       147
Wet open overheid 79       79
Subsidiecoördinator 82       82
Stelpost Overhead 341       341
Voorziening bovenwettelijk spaarverlof -108       -108
Regeling vervroegd uittreden -217       -217
Huisvestingskosten -694 45     -649
Fietsenstalling -481       -481
Overig 135 17     152
TOTAAL OVERHEAD 209

 

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Loonkosten Overhead (voordeel € 687.000)
Het voordeel op de lonen bedraagt € 0,69 mln. positief. Dit is voornamelijk het gevolg van openstaande vacatures voor financiële functies als gevolg van krapte op de arbeidsmarkt. Op de baten is een voordeel van € 0,08 mln. behaald, als gevolg van een hogere bijdrage van het samenwerkingsverband doordat de gemeente meer aanbestedingstrajecten is aangegaan.

Personeelsvergoedingen: woon-werkverkeer (voordeel € 176.000)
Het voordeel van € 0,18 mln. op het budget voor woon-werkverkeer is voornamelijk het gevolg van een lager aantal medewerkers dat gebruik heeft gemaakt van de fiscale uitruilregeling voor de fiets.

Informatisering en Automatisering (voordeel € 147.000)
Het resultaat van Informatisering en Automatisering is positief met € 0,15 mln., voornamelijk door lagere afschrijvingskosten en lagere uitgaven voor datagedreven werken. In 2022 zijn in het coalitieakkoord extra middelen toegekend voor opleiding en training in het kader van datagedreven werken. Door het vertrek van de ambtelijk opdrachtgever zijn de uitgaven vertraagd. Nu er weer een opdrachtgever is en het programma is aangepast, moet de opleiding van medewerkers worden hervat. Er zal (voor een deel) een verzoek worden ingediend om het niet gebruikte bedrag over te hevelen.

Wet open overheid (voordeel € 79.000)
In 2024 is er € 0,79 mln. beschikbaar gesteld voor de uitvoering van de Wet open overheid. Het voordeel van € 79.000 is ontstaan doordat de projectleider minder uren werkte dan oorspronkelijk gepland. Dit komt doordat de beleidslijnen vanuit de overheid vertraging opliepen. Ook was er minder geld nodig voor externe trainingen, omdat medewerkers de trainingen zelf hebben gegeven. 

Subsidiecoördinator (voordeel € 82.000)
Om het maximale uit de subsidiemogelijkheden te kunnen halen is naast extra inzet ook een professionele aanpak noodzakelijk. Hiervoor is in 2024 en 2025 € 0,12 mln. beschikbaar gesteld om een subsidieadviesbureau in te zetten voor subsidieverwerving op zowel nationaal als Europees niveau. Het voordeel van € 82.000 heeft verschillende oorzaken: De subsidiecoördinator is pas later in het jaar gestart, het aantal gemaakte uren was minder dan verwacht en het tarief was lager dan geraamd. Voorgesteld wordt deze € 82.000 met een budgetoverheveling over te zetten naar 2025. 

Stelpost Overhead (voordeel € 341.000)
Bij uitbreiding van het personeel houden we rekening met hogere overheadkosten, die op een stelpost worden geparkeerd. In 2024 is er minder gebruik gemaakt van de stelpost, wat heeft geleid tot een voordeel van € 0,34 mln. 

Voorziening bovenwettelijk spaarverlof (nadeel € 108.000)
Met de regeling verlofsparen kunnen medewerkers, passend bij hun levensfase, hun bovenwettelijke vakantiedagen inzetten op een manier die aansluit bij hun persoonlijke levens- en carrièreplanning en het gemeentelijke vitaliteitsbeleid. Doordat meer medewerkers dan verwacht gebruik hebben gemaakt van deze regeling, is een nadeel van € 0,11 mln. ontstaan.

Regeling vervroegd uittreden (nadeel € 217.000)
De Regeling Vervroegd Uittreden (RVU) biedt medewerkers de mogelijkheid om het dienstverband te beëindigen in combinatie met een maandelijkse ontslagvergoeding ter overbrugging tot aan de AOW-leeftijd. Uiteindelijk maken meer medewerkers gebruik van deze regeling, wat leidt tot een nadeel van € 0,22 mln. 

Huisvestingskosten (nadeel € 649.000)
Het nadeel is het gevolg van sterk gestegen kosten op het gebied van ambtelijke huisvestingskosten. De grootste afwijkingen zijn € 0,40 mln. ten aanzien van gebouwenbeheer en -onderhoud, € 0,09 mln. voor beveiliging en € 0,16 mln. voor overige pand gerelateerde kosten, zoals energielasten.

Fietsenstalling (nadeel € 481.000)

De fietsenstalling nabij de Frankrijklaan 6 moet plaatsmaken voor de grondexploitatie Markt 10. De inbreng en afboeking was begroot in 2025. Financieel-technisch is dit een voorzienbaar verlies (het verschil tussen de boekwaarde en de inbreng) dat in 2024 moet worden verwerkt. Dat geeft een extra afschrijvingslast van € 481.000. Hier staat een even hoog voordeel in 2025 tegenover. 

Overig (voordeel € 152.000)

Overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

Financieel overzicht

Terug naar navigatie - Financieel overzicht
Bedragen x €1.000
Overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Primitieve begroting Begroting na wijziging Jaarrekening Saldo begroting na wijziging en jaarrekening
Lasten -10.261 -5.155 -4.234 922
Baten 330.535 339.547 345.092 5.545
Gerealiseerd saldo van baten en lasten 320.274 334.391 340.858 6.467
Toevoegingen -2.796 -125.974 -126.417 -442
Onttrekkingen 14.218 142.159 142.117 -42
Mutaties reserves 11.422 16.185 15.700 -485

Financiële verschillen Overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

Terug naar navigatie - Financiële verschillen Overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

Bedragen x € 1.000

  afwijking lasten afwijking baten toevoeging reserve onttrekking reserve saldo
Algemene uitkering          
Effecten septembercirculaire en decembercirculaire   4.180     4.180
Verrekening oude jaren   589     589
Reserveringen 1.380       1.380
Storting reserve fonds 2040 n.a.v. woningbouw    

260

 

260

           
Belastingen          
Heffen en invordering -64 86     22
Bezwaarschriften -335       -335
Voorziening dubieuze belastingdebiteuren 69       69
           
Treasury          
Te betalen / ontvangen / doorbelaste rente -135 705 -705   -135
Hogere opbrengst Stedin   90     90
           
Concernreserves          
Geen onttrekking aan kapitaaldekkingsreserve      

-40

-40

 

         

 

Overig        

 

Btw effecten -30 -130     -160
Overig 37    

25

62

TOTAAL OVERZICHT ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN EN ONVOORZIEN 5.982

 

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Effecten septembercirculaire en decembercirculaire (voordeel € 4.180.000)
Het verschil aan inkomsten uit de algemene uitkering is € 4,18 mln. Dit is gemeld in het Memo septembercirculaire en in het Memo financiële afwijkingen na TB2. Het voordeel heeft te maken met herverdeeleffecten tussen gemeenten en door de toevoeging van het niet gebruikte deel van het BTW-compensatiefonds aan de algemene uitkering.

Verrekening oude jaren (voordeel € 589.000)
Dit betreft een verrekening van de algemene uitkering over eerdere jaren. 

Reserveringen (voordeel € 1.380.000)
Een deel van de reservering voor nieuwe taken (taakmutaties) is niet ingezet in 2024. Dit levert een voordeel op van € 0,3 mln. Dit is gemeld in het Memo financiële afwijkingen na TB2. Daarnaast zijn in de begroting reserveringen gedaan ten behoeve van extra uitgaven vanwege prijsstijgingen en vergrijzing van de bevolking. Deze reserveringen staan tegenover de gestegen lasten op de andere programma's. 

Storting reserve Fonds 2040 n.a.v. woningbouw (voordeel € 260.000)
Om extra kosten vanwege woningbouw (groei van de stad) te kunnen dekken storten we € 750 per nieuwe woning in de reserve Fonds 2040. Op basis van de gebouwde woningen in 2023 (dus woningen die per 1 januari 2024 gereed waren) blijkt de storting € 0,26 mln. lager.

Heffen en invordering (voordeel € 22.000)
Voor de taxatie van complexe objecten is een extern bureau ingeschakeld. De kosten hiervan bedragen 
€ 0,06 mln. De opbrengst aan invorderingskosten is € 0,09 mln. hoger dan verwacht. Het resultaat per saldo is minimaal.

Bezwaarschriften (nadeel € 335.000)
Het enorme aantal bezwaarschriften van 2023 heeft geleid tot aanzienlijk meer beroepszaken, meer proceskosten en hogere proceskostenvergoedingen. De proceskosten zijn met € 60.000 toegenomen en de proceskostenvergoeding met € 0,2 mln. Dit jaar zijn minder bezwaarschriften ingediend maar nog steeds ligt het aantal iets hoger dan het normale jaargemiddelde. Om alle bezwaren binnen de gestelde termijn af te handelen is een deel van de bezwaarschriften uitbesteed aan een extern bureau. De kosten hiervan bedragen € 70.000.

Voorziening dubieuze belastingdebiteuren (voordeel € 69.000)
Op basis van verwachte oninbare vorderingen is de dotatie aan de voorziening met € 69.000 verlaagd.

Treasury (nadeel € 135.000)
De rentelasten (voor leningen) waren ongeveer zoals begroot, de rentebaten (schatkistbankieren & uitzettingen) waren ongeveer € 0,7 mln. hoger dan begroot. De hogere baten komen hoofdzakelijk voort uit een hoger dan verwachte liquiditeit door vooruit-ontvangen gelden (specifieke uitkeringen en/of subsidies). Dit heeft samen geresulteerd in een toevoeging aan de rentegalisatiereserve van € 0,7 mln. Daarnaast is er voor € 0,135 mln. minder doorbelast dan begroot aan de grondexploitaties. Dit heeft te maken met zowel een lager rentepercentage dat mag worden toegerekend aan de grondexploitatie als door de lagere boekwaarde van de grondexploitaties.

Hogere opbrengst aandelen Stedin (voordeel € 90.000)
De aandelen Stedin hebben € 90.000 meer opgeleverd dan geraamd.

Concernreserves (nadeel € 40.000)
De kapitaaldekkingsreserve is bedoeld om de kapitaallasten te dekken van bepaalde investeringen. Hierover wordt door de raad een specifiek besluit genomen. Op basis van de verwachting zou in 2024 € 40.000 worden onttrokken. De investering in een WarmteKoudeOpslag (WKO) voor gemeentelijke panden in Palenstein is nog niet uitgevoerd. Hierdoor is de onttrekking aan de reserve ook niet nodig is. 

BTW-effecten (nadeel € 160.000)
De effecten van de BTW-analyse over de jaren 2021 t/m 2023 zijn in de begroting volledig geraamd op dit programma OAD. In werkelijkheid landt een deel van de effecten op andere programma's, waardoor op OAD een nadeel ontstaat. In totaliteit is er geen afwijking op de BTW.

Overig (voordeel € 62.000)

VPB

Financieel overzicht

Terug naar navigatie - Financieel overzicht
Bedragen x €1.000
Vennootschapsbelasting Primitieve begroting Begroting na wijziging Jaarrekening Saldo begroting na wijziging en jaarrekening
Lasten 0 -818 -592 226
Baten 0 0 32 32
Gerealiseerd saldo van baten en lasten 0 -818 -560 258

Financiële verschillen VPB

Terug naar navigatie - Financiële verschillen VPB

Bedragen x € 1.000

 

Afwijking lasten

Afwijking baten Toevoeging reserve Onttrekking reserve Saldo
Vbp Grondbedrijf 209 362     571
Belastingrente Vpb -136 32     -104
Correcties vorige jaren Vpb -603 394     -209
Overig -4 4     0
TOTAAL VPB 258

Verschillenverklaring

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring

Algemeen
De Vpb wordt begroot op de lasten. De boekingen zijn gebaseerd op een voorlopige aanslag (lasten) en een herberekening op basis van de de situatie eind 2024. Is de voorlopige aanslag hoger dan de uiteindelijke berekening dan wordt het verschil als baten geboekt. Ditzelfde geldt ook voor de belastingrente en correcties voorgaande jaren.

Vpb Grondbedrijf (voordeel € 571.000)
De Vpb Grondbedrijf is begroot op € 0,82 mln. en komt uit op € 0,25 mln., een verschil van € 0,57 mln.

Belastingrente Vpb (nadeel € 104.000)
Over de Vbp 2022 was nog € 0,14 mln. rente verschuldigd, over de Vpb 2021 is nog € 32.000 ontvangen. Per saldo € 0,1 mln.

Correcties vorige jaren Vpb (nadeel € 209.000)
Voor voorgaande jaren zijn correcties op de Vpb-aanslagen van € 0,21 mln. Dit geeft een nadeel van € € 0,21 mln.

Overig (Saldo € 0)

Overzicht van de aanwending van het begrotingsbedrag voor onvoorzien

Het bedrag voor de heffing voor de vennootschapsbelasting

Terug naar navigatie - Het bedrag voor de heffing voor de vennootschapsbelasting
Te betalen Vpb 2024 Basisbedrag waarop Vpb berekend wordt Basisbedrag waarop Vpb berekend wordt
Resultaat restromen afval € 11.000
Resultaat grondbedrijf € 953.000
Resultaat reclame € 217.000
Af: Gemengde kosten -€ 6.000
Basisbedrag waarop Vpb berekend wordt € 1.175.000
Heffing 19% < € 200.000 € 38.000
Heffing 25,8% > € 200.000 € 252.000
Te betalen Vpb € 290.000
Verwachte terugvordering VpB reclame -€ 42.000
Belastingrente € 104.000
Correctie t/m 2023 € 209.000
Te verwachten te betalen Vpb € 561.000

De Vpb voor het Grondbedrijf was begroot op € 0,82 mln. en is uiteindelijk € 0,29 mln. geworden. Oorzaak is dat de fiscale winst op projecten Grondbedrijf lager is uitgevallen dan begroot.
Over de Vpb Reclame-inkomsten loopt een rechtszaak waarbij wij ervan uitgaan dat de Vbp reclame-inkomsten (Vpb € 42.000) op € 0 uitkomt. De tegenboeking reclameactiviteiten voor 2024 is inmiddels verwerkt.
Over eerder Vpb-aanslagen was nog belastingsrente van € 0,1 mln. verschuldigd. 
Voor voorgaande jaren zijn correcties op de Vpb-aanslagen van € 0,21 mln.

Overzicht van de incidentele baten en lasten

Terug naar navigatie - Overzicht van de incidentele baten en lasten

De Programmabegroting 2024 met de in 2024 vastgestelde begrotingswijzigingen is het uitgangspunt voor het overzicht van incidentele baten en lasten. Het overzicht is aangevuld met de overige incidentele posten. Verschuivingen tussen reserves zijn buiten het overzicht gehouden. Die zijn voor de exploitatie neutraal.

Verschillen tussen begroting en realisatie worden toegelicht in de Toelichting verschillen tussen de begroting na wijziging en de rekening per programma in de Jaarrekening.

bedragen x € 1.000 Incidentele baten en lasten Geraamde incidentele baten lasten Werkelijke incidentele baten lasten
Nr Programma's, baten en lasten Programma's, baten en lasten Programma's, baten en lasten
Progr. 1 Onderwijs, economie en arbeidsparticipatie
1 Bestuurlijke afspraken laaggeletterdheid (baten op OAD) 129 122
2 Aanpak zorgfraude 107 115
3 Actieagenda Economie 110 107
4 ESF project Re-integratie en arbeidsinpassing AMR ZHC 2020-2022 348 342
5 ESF project baankansen Vso en PrO 2022-2023 204 204 204 213
6 Zoetermeer 2040 en gebiedsontwikkelingen 113 0
7 Strategie werklocaties (DIF) 70 105
8 Eenmalige energietoeslag 2023 900 402
9 Verbouwing Paltelaan 103 92 130
10 Toeslagenaffaire kwijtschelding, verstrekkingen en uitvoeringskosten 2.692 2.692 3.166 2.801
11 Correctie ToZo, correctie 2022 en 2023 468
overige posten < € 100.000 0 167 0 67
Progr. 2 Samen leven en ondersteunen
12 Toegankelijkheid 150 0
13 Woonzorgvisie, incl overhead 106 93
14 Opvang vluchtelingen (HAR, bijdrage COA) 187 187 187 129
15 Noodopvang statushouders 200 0
16 Noodopvang Oekrainevluchtelingen 8.350 4.000 8.936 3.496
17 Uitvoeringsplan Gezond en Actief Leven akkoord (GALA) 1.524 1.524 1.222 1.225
18 Activiteiten Integraal Zorg Akkoord (IZA) 6.725 6.725 6.724 6.724
19 Projecten Sociaal Innovatiefonds 901 759
20 Projecten jeugd 1.207 487
21 Maatregelen crisisorgansatie Sociaal Domein 474 213
Progr. 3 Leefbaarheid, duurzaam en groen
22 Beheersysteem openbare ruimte 100 87
23 Bomen 150 205
24 Tijdelijk budget klein onderhoud wegen 550 231
25 Kwaliteitsverbetering Openbare Ruimte 1.500 1.638
26 Riolering dagelijks onderhoud en exploitatie 100 50
27 Klimaatakkoord, duurzaam & groen 604 474
28 Duurzaam & Groen, t.l.v. het Duurzaamheidsfonds 545 141
29 Lokale aanpak isolatie (LAI) 285 285 2 2
30 Energiearmoede 840 840 -3
31 Project verbetering schoolpleinen 150 44
32 Nazorg grondexploitaties 184 601 184 99
33 Afboeken voorbereidingskosten 2019-2022 301 301
34 Buitengym 120 0
35 Vrijval voorziening Europatunnel 1.248
36 Vrijval voorziening Mandelabrug 55
overige posten < € 100.000 152 188 152 172
Progr. 4 Vrije tijd
37 Uitvoeringsagenda Cultuurvisie 2030 178 178
38 Herstelregeling cultuur 100 93
39 SPUK impuls jongerencultuur 295 295 240 240
40 Groen, spelen, leren, netwerkregisseur 116 116
41 Project toegankelijk maken vastgoed 400 179
42 Zoetermeers noodfonds 204 204
overige posten < € 100.000 0 75 -32 60
Progr. 5 Veiligheid
43 Extra impuls handhaving 200 200 200 200
overige posten < € 100.000 81 80 80
Progr. 6 Dienstverlening en samenspraak
44 Omgevingswet 462 202
45 Potje van het college 140 0
46 Hoger potje van de raad 150 30
overige posten < € 100.000 45 58
Progr. 7 Inrichting van de stad
47 Nachtbus
48 Afboeking voorbereidingskosten Entree 200 18 187
49 Grondzaken (inclusief af te dragen VPB) - 5.049
50 Binnenstad 23.774 23.958 17.516 18.645
51 Schaalsprong 769 827
52 Snowworld 70 1.773 116 1.368
53 Nieuwe initiatieven 141 141 116 202
54 Binnengebied Palenstein 420 333
55 Woningb als aanjager 145 145 145 145
56 Woningbouwsubsidies 469 301
57 Gebiedsontwikkeling Meerzicht 1.460 1.460 0 0
58 Wijkaanpak Buytenwegh 753 81 870
59 Gebiedsvisie Vernedepark en Paltelaan 220 229
60 Verkoop hoeve Voorweg 55 182 229
61 GR Bedrijvenschap Hoefweg 1.350 674 1.350 629
overige posten < € 100.000 3.850 3.965
0 357 0 337
Overzicht Overhead
62 Subsidieverwerving 120 38
63 Verbeteren kwaliteit en functioneren Stadhuis-Forum, herstelmaatregelen 700 770
64 Traineeprogramma 153 154
65 Reiskostenregeling 500 104
66 Burgerberaad afvalbeleid 194 194
67 Fietsenstalling 481
overige posten < € 100.000 80 0
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
1 Bestuurlijke afspraken laaggeletterdheid (lasten op programma 1) 129 174
68 Opbrengst OZB (waardeontwikkeling) -2.300 -2.300
Totaal incidentele baten en lasten 50.257 62.154 44.216 53.704
Incidentele mutaties reserves 157.901 139.440 160.839 144.651
Totaal 208.159 201.594 205.056 198.355

Toelichting per programma

Terug naar navigatie - Toelichting per programma

Programma 1 Onderwijs, economie en arbeidsparticipatie

1.    Bestuurlijke afspraken laaggeletterdheid
In de septembercirculaire 2019 is een decentralisatie-uitkering voor de aanpak van laaggeletterdheid toegekend. Het betreft een tijdelijke aanvulling van vijf jaar. De inkomsten staan op het overzicht algemene dekkingsmiddelen (OAD).

2.    Aanpak zorgfraude
Voor de aanpak van fraude door zorgaanbieders is in het coalitieakkoord een bedrag gereserveerd van € 0,107 mln. per jaar voor 2023/2025 en voor 2026 de helft.

3.    Actieagenda Economie
Voor de actieagenda Economie is in het coalitieakkoord € 0,110 mln. per jaar gereserveerd voor vier jaar. 

4.    ESF project Re-integratie en arbeidsinpassing AMR ZHC 2020-2022
De gemeente Zoetermeer heeft als centrumgemeente van de arbeidsmarkttregio middelen ontvangen uit het Europees Sociaal Fonds (ESF) om kwetsbare uitkeringsgerechtigden te bereiken en stapsgewijs toe te leiden naar arbeidsparticipatie of betaald werk.

5.    ESF project baankansen Vso en PrO 2022-2023
Ook voor het doen van investeringen in arbeidstoeleiding en arbeidsinpassing van leerlingen uit het praktijkonderwijs heeft Zoetermeer middelen ontvangen uit het ESF en doorgestort aan de betreffende scholen.

6.    Zoetermeer 2040 en gebiedsontwikkelingen
In de Programmabegroting 2024-2027 is voor 2024 en 2025 budget beschikbaar gesteld voor de inzet van extra beleidsadviseurs om nieuwe kennis en werkwijzen te ontwikkelen voor Zoetermeer 2040 om de samenhang tussen het fysiek en sociaal domein tot stand te brengen.

7.    Strategie werklocaties
In 2022 is de MRDH gestart met het actualiseren van de Strategie Werklocaties 2019-2030. Het werk liep door in 2023 en 2024. Om te komen tot een actualisatie is er een uitgebreid regionaal participatietraject doorlopen. De lasten worden gedekt uit de Reserve Fonds Zoetermeer 2040. 

8.    Energietoeslag
Als gevolg van de sterk stijgende energieprijzen zijn de huishoudens met lagere inkomens ondersteund in hun koopkracht. Het kabinet heeft daarvoor middelen vrijgemaakt om met inzet van de gemeenten, de huishoudens met een inkomen van maximaal 120% van de bijstandsnorm, een compensatie te verstrekken van € 1.300 per huishouden. De inkomsten hiervoor zijn opgenomen op OAD. Een deel van uitgaven is in 2024 gedaan.

9.    Verbouwing Paltelaan 103
Het voormalige zalencentrum 2BHome is verbouwd om tijdelijk als onderwijslocatie voor internationale schakelklassen voor kinderen van 12-16 jaar te kunnen dienen.

10.    SPUK, toeslagenaffaire
Het rijk heeft gemeenten gevraagd te ondersteunen bij de maatregelen in het kader van de kinderopvangtoeslag. Het gaat om een combinatie van uitkeringen, kwijtschelding van gemeentelijke vorderingen en uitvoeringskosten. 

11.    ToZo
De Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) was een regeling bedoeld om zelfstandig ondernemers te ondersteunen tijdens de coronacrisis. Het voorzag in een aanvullende uitkering voor levensonderhoud wanneer het inkomen door de coronacrisis tot onder het sociaal minimum daalde, en een lening voor bedrijfskapitaal om liquiditeitsproblemen op te vangen die ontstonden door de coronacrisis. In 2024 zijn er correcties in de administratie verwerkt.

 

Programma 2 Samen leven en ondersteunen

12.    Toegankelijkheid
Om een impuls te geven aan de toegankelijkheid is in het coalitieakkoord 'Samen doen wat nodig is' een jaarlijks budget gereserveerd. 

13.    Woonzorgvisie
In het coalitieakkoord 2022-2026 is vier jaar € 133.000 beschikbaar gesteld voor de woonzorgvisie. 

14.    Opvang vluchtelingen (HAR en bijdrage COA)
De gemeente heeft gebruik gemaakt van de Hotel- en Accommodatieregeling (HAR) van het COA voor de invulling van de gemeentelijke taakstelling voor de huisvesting van statushouders.

15.    Noodopvang statushouders
Sinds 2021 vangt Zoetermeer statushouders en asielzoekers op in de voormalige penitentiaire inrichting. Hiervoor ontvangt de gemeente een vaste vergoeding van het COA.

16.    Noodopvang Oekraïners
Voor de opvang van ontheemde Oekraïners ontvangt de gemeente een bijdrage van het rijk. Het rijk vergoedt niet de werkelijke kosten maar hanteert een norm. 

17.    Uitvoeringsplan Gezonde en Actief Leven Akkoord (GALA)
De Brede Specifieke Uitkering is een bundeling van 15 nieuwe en bestaande rijksregelingen op het gebied van gezondheid, sport en welzijn, waarmee gemeenten preventief kunnen werken aan een gezonde generatie in 2040. 

18.    Integraal zorgakkoord (IZA)
Net als in 2023 heeft Zoetermeer ook voor 2024 vanuit het Integraal Zorgakkoord (IZA) en het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) een groot bedrag van het Rijk ontvangen om de gezondheid van inwoners te bevorderen. In 2024 zijn de middelen ingezet voor regionale samenwerking en zijn vijf ketenaanpakken opgezet.

19.    Projecten sociaal innovatiefonds 
In 2022 is gestart met de inrichting van het programma Sociale innovatie. Het gaat om zeven projecten in het Sociaal Domein in programma’s 1, 2 met dekking uit de reserve Fonds Zoetermeer 2040. 

20.    Projecten jeugd
De raad heeft voor de uitvoering van het programma Toekomstbestendige jeugdhulp voor 2024 en 2025 € 2,8 mln. beschikbaar gesteld. Het programma omvat vijf projecten die bijdragen aan het normaliseren van het jeugdhulpgebruik.

21.    Maatregelen crisisorganisatie Sociaal Domein
Ten behoeve van het keren van de kosten van specialistische jeugdhulp is in 2024 een crisisorganisatie ingericht. Door diverse maatregelen wordt geprobeerd het aantal jeugden met specialistische jeugdhulp en daarmee ook de kosten af te laten nemen. Er is voor twee jaar budget.

 

Programma 3 Leefbaarheid, duurzaam en groen

22.    Beheersysteem openbare ruimte 
De ontwikkeling en gebruik van data en software wordt steeds meer ingezet bij beheer en onderhoud van de stad. Dit brengt hogere kosten met zich mee. De verwachting is dat deze meerkosten tijdelijk zijn en door standaardisering en efficiency over enkele jaren worden terugverdiend.

23.    Bomen
In het coalitieakkoord is € 0,150 mln. beschikbaar gesteld voor vervanging van bomen op voorstel van inwoners die overlast van bomen ervaren. 

24.    Tijdelijk budget klein onderhoud wegen
In 2024 was budget beschikbaar voor schadeherstel aan wegen als gevolg van de aanleg van glasvezelkabels.

25.    Kwaliteitsverbetering Openbare Ruimte
In het coalitieakkoord is als tijdelijke impuls voor de openbare ruimte € 1,5 mln. per jaar uitgetrokken voor de jaren 2023/2026. Het bedrag komt uit Fonds Zoetermeer 2040. 

26.    Riolering dagelijks onderhoud en exploitatie
In het Tweede Tussenbericht is melding gemaakt van hogere lasten door toename van het aantal calamiteiten.

27.    Klimaatakkoord Duurzaam & Groen
Vanuit het klimaatakkoord is een decentralisatie-uitkering verkregen voor het helpen van inwoners bij de energietransitie.

28.    Duurzaamheidsfonds
Het Duurzaamheidsfonds is gevormd voor het incidenteel bevorderen van energiebesparende maatregelen, het aardgasvrij maken van woningen en het opwekken van duurzame energie. 

29.    Lokale aanpak isolatie (LAI)
De specifieke uitkering is erop gericht om eigenaar-bewoners van slecht geïsoleerde woningen te helpen met het verduurzamen.
 
30.    Energiearmoede (SPUK)
De middelen worden gericht ingezet om huishoudens in een kwetsbare positie te helpen met het nemen van maatregelen om de energierekening te verlagen. 

31.    Project verbetering schoolpleinen
In 2024 en 2025 is budget vrijgemaakt voor de verbetering van vier schoolpleinen.

32.    Nazorg grondexploitaties
Nazorg is bedoeld voor de laatste aanpassingen in openbare ruimte van afgesloten grondexploitaties. 

33.    Afboeking voorbereidingskosten 2019-2022
In 2019 is voor de verduurzaming van de gemeentelijke gebouwen een voorbereidingsbudget beschikbaar gesteld van € 0,5 mln. Van 2019 tot en met 2023 is hierop € 0,302 mln. uitgegeven aan voorbereidings- en advieskosten. De kosten zijn niet toerekenbaar aan de toekomstige verduurzamingsprojecten en moeten daarom worden afgeboekt.

34.    Buitengym
In motie 2206-69 is budget opgenomen voor meer buitengymplekken. Er worden in samenspraak met de buurt buitengymlocaties in verschillende wijken gerealiseerd. 

35.    Voorziening Europatunnel
De uitvoering van urgent groot onderhoud was voorzien in 2024 maar er is, gezien de belangrijke verkeerskundige functie voor gekozen om de constructieve werkzaamheden te combineren met overige groot onderhoud werkzaamheden ( o.a. asfaltering) in 2025. De voorziening valt vrij in 2024.

36.    Vrijval voorziening Mandelabrug
Een deel van de voorziening die voor de Mandelabrug was getroffen kan vrijvallen.

 

Programma 4 Vrije tijd

37.    Uitvoeringsagenda Cultuurvisie 2030
In 2021 heeft de gemeenteraad de Cultuurvisie 2030 vastgesteld. Deze visie geeft op hoofdlijnen richting aan het cultuurbeleid in de periode 2022-2030 en bestaat uit acht programmalijnen. In 2023 is gestart met de uitvoering.

38.    Herstelregeling cultuur
De coronacrisis heeft een grote impact gehad op de culturele sector. Culturele organisaties hebben waar nodig noodsteun gekregen om de financiële gevolgen van de coronamaatregelen op te vangen. 

39.    SPUK impuls jongerencultuur
Zoetermeer heeft van het ministerie van OCW een bedrag ontvangen om een impuls te geven aan jongerencultuur. In 2024 zijn acht projecten van kunst- en cultuuraanbieders ondersteund met activiteiten voor jongeren van 14 tot en met 27 jaar. Met deze regeling stimuleert het College cultuurdeelname door jongeren tussen de 14 en 27 jaar. 

40.    Groen, spelen, leren, netwerkregisseur
Om samen met interne en externe partijen toekomstgericht beleid vanuit GSL te maken, is inzet van een netwerkregisseur GSL nodig. De functie van netwerkregisseur GSL wordt tijdelijk ingezet voor de jaren 2023 tot en met 2025, inclusief werkbudget voor de organisatie van activiteiten. 

41.    Project toegankelijk maken vastgoed
Openbare gebouwen moeten toegankelijk zijn voor mensen met een handicap of beperking. In het Stadstheater, zwembad De Veur, gymzalen, sportaccommodaties en atelierruimtes worden aanpassingen doorgevoerd.

42.    Zoetermeers noodfonds
Op voorstel van de raad is een noodfonds gecreëerd waar sportverenigingen en culturele instellingen een aanvraag voor kunnen indienen als bijdrage in de hogere energielasten.

 

Programma 5 Veiligheid

43.    Extra impuls handhaving
Voor handhaving zijn in het coalitieakkoord, naast structurele middelen, ook tijdelijke middelen voor een extra impuls opgenomen. In de jaren 2023/2025 € 0,6 mln. en in 2026 de helft. Deze extra middelen komen ten laste van Fonds Zoetermeer 2040.

 

Programma 6 Dienstverlening en participatie

44.    Omgevingswet
Op 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden. Hierbij zijn ook de overgangstermijnen opnieuw vastgesteld. De Omgevingsvisie moet uiterlijk 1 januari 2027 voldoen (dit was 2025). Het nieuwe Omgevingsplan moet voor 1 januari 2032 gereed zijn (dit was 2029). De ontwikkeling van de Omgevingswet is nog in beweging. 

45.    Potje van het college
Op grond van het coalitieakkoord 'Samen doen wat nodig is' is gedurende de collegeperiode € 0,14 mln. per jaar ter beschikking gesteld als werkbudget voor de wijkwethouders en wijkregisseurs om op snelle wijze kleine maar belangrijke zaken op te pakken en op te lossen.

46.    Hoger potje van de raad
In het coalitieakkoord 2022-2026 is opnieuw een zogenaamd potje van de raad opgenomen en het bedrag is voor deze periode verhoogd.

Programma 7 Inrichting van de stad

47.    Nachtbus
In het begrotingsdebat in 2023 heeft de raad besloten tot het beschikbaar stellen van een budget om een nachtbus te kunnen laten rijden tussen Den Haag en Zoetermeer ter overbrugging tot de bus in de reguliere dienstregeling van de HTM opgenomen wordt.

48.    Afboeking voorbereidingskosten Entree
Vanaf 2021 zijn er voorbereidingskosten gemaakt voor de planvorming van de Entree. Door diverse ontwikkelingen is dit project in 2023 on hold gezet en zijn afgesloten overeenkomsten vervallen. Er moesten nieuwe onderhandelingen worden gevoerd waaruit bleek dat de gemaakte kosten niet konden worden verhaald. In de jaarstukken van 2023 was dit als een risico opgenomen. In en raadsmemo van 20 februari 2025 is de raad over de afboeking ten laste van 2024 geïnformeerd.

49.    Grondzaken
De in dit programma geraamde incidentele baten en lasten betreffen de geraamde kosten en opbrengsten in de grondexploitaties. Alhoewel de projecten een meerjarig karakter hebben, worden de in de begroting opgenomen baten en lasten toch als incidenteel beschouwd.

50.    Binnenstad
Ten behoeve van de vernieuwing van de stad in onder andere de Binnenstad is een programma opgezet. Het programma omvat diverse deelprojecten op het gebied van woningbouw, mobiliteit en de aanleg van Centraal Park. De middelen komen uit de Reserve Zoetermeer 2040.  

51.    Schaalsprong
De Schaalsprong bestaat uit veel met elkaar samenhangende deelprojecten waaronder woningbouw, wijkverkenningen en gebiedsontwikkelingen. Daarvoor zijn middelen gereserveerd in de Reserve Zoetermeer 2040. Elk jaar worden de plannen geactualiseerd en via raadsbesluiten aan de raad voorgelegd.

52.    Project Snowworld, haalbaarheidsfase
Voor het doorlopen van de haalbaarheidsfase van het project 'SnowWorld uitbreiding en modernisering' is in 2023 een budget van € 250.000 beschikbaar gesteld. Een deel van de kosten is in 2024 gemaakt. De kosten zijn verhaalbaar.

53.    Nieuwe initiatieven
Met het raadsmemo van 20 december 2022 over de prioritering van projecten is aangegeven dat er niet voldoende capaciteit is om de huidige projecten uit te voeren en er slechts beperkt capaciteit beschikbaar is om nieuwe initiatieven op te pakken. In afwachting van de beschikbare capaciteit zijn in 2024 beperkt nieuwe initiatieven opgestart. Er is onderzoek verricht en er zijn maatregelen genomen om de doorlooptijd voor een snelle doorstart weg te nemen. Daarmee wordt her proces effectiever en wordt capaciteit vrijgespeeld om nieuwe initiatieven op te pakken en daarmee de woningbouw te versnellen.

54.    Binnengebied Palenstein
Een gedeelte van het openbaar gebied van Palenstein is onderdeel van de herstructurering Palenstein. In het binnengebied ontwikkelt Vidomes een bouwplan. Er zijn afspraken gemaakt dat de gemeente het binnengebied bouwrijp en woonrijp zal maken. De kosten van de herinrichting zijn voor rekening van Vidomes.  

55.    Woningbouw als aanjager
Het programma Woningbouw als aanjager is onderdeel van de Strategische agenda Zoetermeer en heeft twee hoofdoelstellingen: 1. Voldoen aan de grote vraag naar woningen en 2. Een bijdrage leveren aan een sociaaleconomisch krachtigere stad. Het programma is in 2024 opgestart.

56.    Woningbouwsubsidies
Om de woningbouw te stimuleren is in de Programmabegroting voor drie projecten een budget opgenomen met dekking vanuit een subsidie van de provincie. Het gaat om Engelandlaan 140, ’t Seghe Waert en Palenstein.

57.    Gebiedsprogramma wijkontwikkeling Meerzicht
In de Visie Zoetermeer 2040 is aangegeven dat de focus gelegd wordt op de wijken die kwetsbaar zijn. Meerzicht is de eerste woonwijk die langs de lijnen van Zoetermeer 2040 wordt aangepakt. In 2024 is het programma aangevuld met meer inzet voor het opknappen van het winkelcentrum ‘Hart van Meerzicht’ en uitbreiding van het participatieproces. De middelen worden gedekt vanuit de reserve Fonds Zoetermeer 2040.

58.    Wijkaanpak Buytenwegh 
Onderdeel van het coalitieakkoord is de aanpak van kwetsbare wijken, waaronder Buytenwegh. In 2024 is de wijkverkenning van Buytenwegh uitgevoerd. De uitkomsten van de onderzoeken en de inbreng van inwoners is gestart in december en loopt door in 2025. De uitgaven worden gedekt uit de Reserve Fonds Zoetermeer 2040.

59.    Gebiedsvisie Vernèdepark en Paltelaan
In de visie Zoetermeer 2040 is het toekomstbeeld van Zoetermeer ‘Stad in en tussen de parken’. De raad heeft het college opdracht gegeven om voor het Vernèdepark en de omgeving Paltelaan een integrale gebiedsvisie op te stellen en daar voor twee jaar budget beschikbaar gesteld. De kosten worden gedekt uit de Reserve Fonds Zoetermeer 2040.

60.    Verkoop hoeve Voorweg 55
In december 2022 heeft het college besloten om de hoeve Voorweg 155 te verkopen. De netto opbrengst is gestort in de Vrij inzetbare reserve. Dit is gemeld in het Eerste Tussenbericht 2024.

61.    GR Bedrijvenschap Hoefweg
In juli 2024 heeft het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling het liquidatieplan van de GR vastgesteld. Bij opheffing van de regeling wordt een verdeling van 50%-50% aan de deelnemers van de regeling aangehouden. De resterende gronden van GR Bedrijvenschap Hoefweg zijn overgedragen aan de GR Bleizo. Dit verkoopopbrengst is in de reserves gestort.

 

Overzicht Overhead

62.    Subsidieverwerving
Er is budget in 2024 en 2025 beschikbaar gesteld is om het aanvragen van subsidies te centraliseren en te professionaliseren en het maximale uit de subsidiemogelijkheden te halen door het inschakelen van een subsidieadviesbureau.

63.    Stadhuis-Forum
Uit een evaluatie onder de verschillende groepen gebruikers is gebleken dat het Stadhuis-Forum op onderdelen niet goed functioneert. De raad heeft budget toegekend in 2024 en 2025 voor aanpassingen. 

64.    Traineeprogramma
In oktober 2022 heeft het college in een memo aan de raad aangegeven dat het college een tweejarig traineeprogramma voor maximaal acht trainees wil ontwikkelen. Het traineeprogramma Zoetermeer is in 2023 uitgewerkt en volgens planning begin januari 2024 van start gegaan.

65.    Reiskostenregeling
Er is nieuw beleid vastgesteld voor de reiskostenvergoeding. Door de financiële situatie is slechts voor twee jaar budget beschikbaar gesteld.

66.    Burgerberaad afvalbeleid
In het coalitieakkoord is budget gereserveerd voor de start van een inwonersberaad. Met dit inwonersberaad worden inwoners betrokken bij de plannen voor afvalinzameling. Zij krijgen zo de kans om de politiek te adviseren.

67.    Fietsenstalling
De raad heeft besloten tot een herinrichting van Markt 10. Onderdeel daarvan is de fietsenstalling van het personeel. De huidige fietsenstalling wordt gesloopt. Dit leidt tot een extra afschrijvingslast in 2024.

 

Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

Bestuurlijke afspraken laaggeletterdheid
Zie 1.

68.    Opbrengst OZB (waardeontwikkeling)
Bij het bepalen van de tarieven voor de OZB wordt rekening gehouden met de verwachte waardestijging. Bij een waardestijging wordt het tarief verlaagd en andersom. In 2023 bleken de waardestijgingen fors hoger dan waarbij de tariefstelling mee gerekend was. De te hoge tarieven van 2023 zijn gecompenseerd door een incidentele extra verlaging van de tarieven in 2024.

Overzicht van de structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves

Terug naar navigatie - Overzicht van de structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves

Volgens de BBV zijn reservemutaties incidenteel tenzij ze als structureel kunnen worden aangemerkt. Onderstaande reservemutaties zijn structureel.

Bedragen x € 1.000
Structurele resevemutaties Geraamde incidentele Werkelijke incidentele
baten lasten baten lasten Structurele resevemutaties Structurele resevemutaties Structurele resevemutaties
Vrij inzetbare reserve 290 290
Reserve dekking kapitaallasten 42
Reservemutaties groei van de stad 962 700
Reserve egalisatie investeringen schoolgebouwen 2.280 1.853 2.280 1.853
Inzet surplus Vrij inzetbare reserve 5.000 5.000
Totaal 7.323 3.104 7.280 2.842
Terug naar navigatie - Toelichting

Elk jaar wordt ten laste van de exploitatie € 0,29 mln. aan de Vrij inzetbare reserve toegevoegd dat is voorgefinancierd ten behoeve van ambtelijke huisvesting uit de Vrij inzetbare reserve en met een jaarlijks vast bedrag wordt 'terugbetaald'. Daarnaast is een reserve ingesteld ter dekking van kapitaallasten. Als gevolg van ‘groei van de stad’ wordt 50% van de extra baten gestort in de reserve Fonds Zoetermeer 2040 voor te maken kosten om die groei te realiseren en wordt er onttrokken aan de reserve als die kosten zich voordoen. De reserve egalisatie investeringen schoolgebouwen dient om pieken en dalen in de kapitaallasten van investeringen te egaliseren. Op deze wijze ontwikkelen de lasten zich in de jaren geleidelijk en minder schoksgewijs. Dit is noodzakelijk omdat de schoolgebouwen (vooral in het voortgezet onderwijs) in een relatief korte periode zijn neergezet en daarom ook de kosten van renovatie of herbouw in een korte periode op de gemeente af zullen komen. In 2024 heeft de gemeente gebruik gemaakt van de nieuwe mogelijkheid om een deel van het surplus in de vrij inzetbare reserve onder voorwaarden te mogen inzetten als structurele bate.

Overzicht van topinkomens

Terug naar navigatie - Overzicht van topinkomens

De Wet normering topinkomens (WNT) schrijft topfunctionarissen een bezoldigingsmaximum voor; over 2024 is dat € 0,233 mln. Daarnaast geldt een maximum norm ontslagvergoedingen per individu voor topfunctionarissen van € 75.000 (één jaarsalaris). Topfunctionarissen zijn personen die leiding geven aan de gehele organisatie. Bij gemeenten zijn dat de griffier en de gemeentesecretaris. Politieke ambtsdragers vallen niet onder de wet.

De WNT verplicht tot een jaarlijkse publicatie in de jaarrekening van de bezoldiging (en eventuele ontslagvergoedingen) van iedere (gewezen) topfunctionaris, ongeacht de hoogte ervan en van iedere andere (reguliere) functionaris in dienstbetrekking, als de bezoldiging of de ontslaguitkering het bezoldigingsmaximum voor topfunctionarissen overschrijdt.
Onderstaand overzicht is opgemaakt met inachtneming van de door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vastgestelde Uitvoeringsregeling WNT.

In 2024 waren er geen (gewezen) reguliere functionarissen in dienstbetrekking van wie de totale bezoldiging hoger was dan de maximumnorm. Geen van de genoemde personen heeft een uitkering wegens beëindiging van het dienstverband ontvangen.